Vers 10: De Mensenzoon is immers gekomen om te zoeken en te redden wat verloren was.
Hoe zie ik mijn geloven ? Probeer ik aan God te bewijzen dat ik Hem niet nodig heb door mijn zogenaamd ' Goed Leven' of aanvaard ik dat ook ik zondaar ben en verlossing nodig heb ?
Lc 17,11-19: Tien melaatsen worden genezen, één komt Jezus bedanken.
Vers 16:' Vol dankbaarheid wierp hij zich voor Jezus'voeten neer, en deze man was een SAMARITAAN !'
Wat maakt dat Jezus in zijn contacten met de mensen van zijn eigen volk altijd weer zegt dat ze zullen gered worden nooit door hun joodse afkomst maar door hun manier van leven?!
Vers: 24 a: 'Toen riep de rijke uit: 'Vader Abraham, ontferm u over mij en geef Lazarus opdracht de top van zijn vinger in water te dopen en mijn tong daarmee te verfrissen...'
God neemt ons leven ernstig !
Doe ik dat ook?
Durf ik mijn echte 'angsten' bekijken en ook 'voelen' ?
Vers 33: ' Zo kan niemand van u mijn leerling zijn, als hij zich niet losmaakt van al wat hij bezit.'
Niemand kan in werkelijkheid zijn leerling zijn als hij in die man van Nazaret niet De parel heeft gevonden die hem de mogelijkheid geeft al de rest los te laten.
Vers 13: Als gij dus, ofschoon ge slecht zijt, goede gaven aan uw kinderen weet te geven, hoeveel te meer zal dan uw Vader in de hemel de Heilige Geest geven aan wie Hem erom vragen.
Heeft er u geen woord gestoord in deze blijde boodschap ?
Het is niet het zetduiveltje dat hier parten speelt maar een verkeerde inschatting van de vertaling.
Wij verkiezen zwak boven slecht : ofschoon gij zwak zijt!