Vroeger ging in ons land het zaaien met allerlei gebruiken gepaard. Sommige hadden wel iets van wangeloof en superstitie, doch algemeen erkende men het vroom geloof van den landman die in de algever hoopte om de oogst te laten gedeien. In sommige streken werd het Sint Jans Evangelie gebeden bij het bereiden van het zaaigraan; men voegde er ook processiestrooisel aan toe tegen het zwart, evenals eieren op Witte donderdag of Goede vrijdag gelegd. Het zaaigraan werd gewijd op Sint Denijsdag (9 oktober) en alvorens men dan begon te zaaien, maakte ze een kruisteken en zeiden ze :
"God zijn macht, is boven den duivel zijn kracht."
|