Zondag dank zijn naam wellicht aan "de zon" . De zon had in de tempels der oude Germanen haar standbeeld : een menschenlijf met de brandende zonne voor kop en met een brandend wiel in de handen
Voor specifieke weerspreuken is het wachten tot a.s. woensdag. Samen met de herfst vallen er wel enkele te rapen en die zal ik u zeker niet weerhouden. Wel heb ik er enkele aan deze maand gekoppeld :
"Zoals 't begin september weert, goed of slecht, het dikwijls keert.
"Septemberregen komt zaad en wijnstok goed gelegen."
Na de hoogmis wordt, op den buiten, door den veldwachter of roeper, vóór de kerk of het gemeentehuis, melding gegeven van de verkoopingen die gedurende de week plaats grijpen. Daarna vergaderen de mannen in de herbergen om de verschillende gemeente- of eigenbelangen te bespreken. Vroeger waren de mannen nog gekleed met een blauwen kiel en droegen eene zwarte zijden muts op het hoofd; de vrouwen, meest in 't zwart, droegen vooral in de Kempen, eene kanten kaakmuts; tot sieraad droegen ze gouden oorbellen, brochen en médaillons of camées, een familieschat. Na de vespers en lof, gaat men wandelen of naar de herberg waar de mannen en jongelieden zich verlustigen aan het spel : doel- of wipschieten, bollen, kegelen enz.
Wat men de mensen vroeger al niet voor waarheid hield :
Wie des zondags aan een huis werkt, brengt er ratten, muizen en luizen in ! en : Wie des zondags naait, moet zooveel lijden vooraleer te sterven of in het vagevuur, totdat het naaisel versleten is !
Werd er op zondag een kindje geboren geloofde en zei men :
Deze dag zou zijn naam danken aan Sater. Hij was de god van den overvloed, van het weer en den zomertijd. Hij werd afgebeeld boven een zuil, barvoets staande op de stekels van eene baars, om te beteeken dat deze die hem vereeren, ongehinderd door alle bezwaarnissen konden gaan. Hij hield een emmer water in de rechterhand waarin bloemen en vruchten lagen; het stuk stoffe dat in zijnen witte gordelband vrij en los in de lucht vloog, beteekende de vrijheid der Saksen, en door het wiel dat Sater in de hand droeg werd verbeeld de nauwe eenheid en broederlijke verbintenis der noordervolkeren. En remember : " Het weer van zaterdag op de noen, is 's zondags de hele dag van doen."
Vrijdag zou zijn naam danken aan Freya. Freya was de venus van het noorden. Zij stond verbeeld met een zwaard en bogen om, volgens sommige, aan te duiden dat ze aanzien werd als de huisvrouw van Wodan, den oorlogsgod. Op de foto hierbij ziet ze er wel ietsje vriendelijker uit
Een zeer oud gezegde leert ons : Onze Lieve vrouw had de gewoonte om den vrijdag te wasschen, en de windels van haar kindeke op een witte hageroos te drogen te hangen; daarom moest de zon iederen vrijdag schijnen, al was het maar voor een enkel ogenblik.
De donderdag dankt zijn naam aan THOR. dat was de dondergod, de Jupiter der Romeinen. Hij was van groot gezag bij de Noorse volkeren. Hij wordt verbeeld zittende op een troon, den staf in de hand, een koningskroon op het hoofd, en daar rond nog een kroon van twaalf sterren. De donderdag is een gelukkige huwelijksdag. Donderdag is een geluksdag voor de karremakers, smeden en mulders. Maar ja, waar vinden we dat ras heden ten dagen nog?
Vandaag zijn we aan de H. Kruisverheffing toe. Deze feestdag herinnert de gebeurtenis waarbij de Perzische veldheer Salbaras Jeruzalem innam en de reliek van het H. Kruis meevoerde. Keizer Heraclius versloeg later het leger en bracht het H. Kruis terug in Jeruzalem ten jare 629. Te Eksaarde (O-Vlaanderen) is of was er de bijzonderste begankenis ter ere van het H. Kruis. Het is een eeuwenoude devotie tot twee mirakuleuze kruisbeelden, door een zekere pachter, Baudewijn met de negen ponden genaamd gevonden, op een half uur afstand der kerk, waar zich nu de Kruiskapel zou bevinden.
Vandaag woensdag en die zou zijn naam danken aan "Wodan" een oorlogsgod, hij stond op een zuil met een krom zwaard in de rechterhand en een schild gesnoerd op den linkerarm. Vroeger beschouwde men de woensdag als een slechte trouwdag. Een kind dat op een woensdag voor het eerst naar school ging, zou slecht leren. En een nieuwe koe dan weer, wel die moest men voor de eerste maal melken op den woensdag. Een oud spreukje :
Dinsdag zou komen van "Thys" een der oudste goden van de Germanen; hij stond verbeeld op een voetstuk, droeg kleren van berenvellen gelijk de Germanen, en hield in zijn hand den staf zijner heerschende macht. In Vlaanderen en Brabant was het vroeger de gewoonte dat meiden slechts den dinsdag in dienst kwamen
Nu de notentijd er aan komt : Noten waren voor onze voorouders erg belangrijk en ook de meest gegeerde vruchten. Maar noten waren toen ook het symbool van vruchtbaarheid en dus zei men :
" Veel hazelnoten, veel kinderen "
Wanneer er vroeger een koppeltje trouwde, wierp men geen rijst maar noten over hen heen. In sommige Zuideuropese landen is dat zelfs nu nog altijd in trek. Werd er vroeger een kindje geboren dan plantte men een levensboom. Voor een jongen was dat een notenboom, en voor een meisje een pereboompje. Bij het planten van een notenboom zegt men vaak :
Vandaag dinsdag 13 september is de volksheilige Flederic B(of Frederik) aan de beurt. Hij werd in Frankrijk geboren en na zijn priesterwijding aldaar verliet hij zijn vaderland en vestigde hij zich te Vlierzele in het land van Aalst. In 974 gestorven werd weldra zijn graf door talrijke wonderen verheerlijkt. De genezing van verschillende doven deed hem weldra als bijzondere patroon tegen doofheid aanroepen. Op de 1ste zondag van juli werd de reliekenkas processiegewijs rond gedragen. Op de papieren vaantjes die ter gelegenheid van de begankenis werden uitgedeeld stond gedrukt :
"H. Fredericus, die zyt te Vlierzele verheven wil uwe bezoekers troost en bystand geven, opdat zy van doofheid en oorpyn door voorspraak van U by God zouden genezen."
Dezer dagen zijn er maar weinige weerspreuken te vangen maar ik verzeker u, daar komt in de loop van de maand nog wel verandering in. Ik kan u nu alvast verklappen dat er nog enkele zeer mooie in 't verschiet zijn. Toch heb ik er voor vandaag maandag 12 september eentje gevonden en die luidt als volgt :
" De gerst zaaien met Sinte Wyt, is de gerst met de zakken kwyt."
Wie Sinte Wyt wel is, wel dat vindt ge net onder deze mededeling waar ik over deze heilige ietsje meer vertelde.
Vandaag staat er een belangrijke volksheilige op de kalender met name de H. GUIDO (Wyen) B. De heilige Wyen wordt of werd vooral te Anderlecht vereerd op 2de Sinksendag. men ging er (gaat er) beewegen tegen "den loop" of het afzakken van "den aarsdarm". De bedevaarder ontving er een rode draad die hij/zij aan de hals diende te dragen, alsook een stukje eikenhout van "den Wyenboom" dat men in de spijzen moest raspen. "den Wyenboom" was een eikenboom en uit dat hout was de wandelstok van de H. Guido (Wyen) gemaakt. Het zal da wel een hele grote boom geweest zijn want ze bleven maar stukjes uitdelen. Ook te Erembodegem wordt (werd?) deze heilige aanroepen en wel met volgend gebedje :
"Onze ziekten zal hy helpen, rooden loop, subite dood; beestenkwalen zal hy stelpen, staan ons by in den nood. Komt dan Sinte Guido eeren, uwen toevlucht neemt tot hem, wilt Gods eere in hem vermeeren komt naar Erembodegem. Met Uwen bijstand sinte Wyen ons alle Lieve te Verblijen"