De heer Fris zag er een overblijfsel in van de heidense plechtigheid ter ere van Ceres en Bacchus. Hij vond er twee gewoonten in die bij de Kelten en Franken bestonden, namelijk : het vereren van het water en inzonderheid van de bronnen, en het vieren van de terugkeer der Lente door het aanleggen van vreugdevuren. Vroeger zal men wel op den Oudenberg feestvuren ontstoken hebben om de aankomst van het nieuw Jaargetijde te vieren (Tonnekensbrand weet je nog?). Men zal er ook de bron vereerd hebben door er allerlei voorwerpen in te smijten, zoals het toenmaals gebeurde en nog gebeurt bij heidense volkeren. Wanneer het Christendom zich hier inplantte, zal de Kerk die heidense gewoonte gekerstend hebben ter ere van Maria. Rondom de stad op twee uren afstand, staan (stonden?) de kinderen op de heuvelen of in de boomkruinen te turen naar den Oudenberg, wanneer zij de klaarte bemerken van den tonnekensbrand, haasten zij zich met stro en schavelingen, naar ene aangeduide plaats; de oudste binden dit op ene peers, het vuur wordt er aangebracht, en dan begint de rondendans en een algemeen lawaai van wallemkebrand. De ouderen springen door het vuur en maken tuimelpaarten. In Limburg noemt men de eerste zondag van de Vasten Kaaszondag en Broodzondag. Men smijdt een verse kaas op en eet zeven verschillende soorten van brood. Om zeker te zijn van het getal, gaat men rond bij vrienden en kenissen, om overal iets te gebruiken. Die oude gewoontes van vroeger toch ! ! ! Morgen vertel ik wat over de spelen die vroeger in maart plaats vonden. Volgende woensdag heb ik het dan weer over de 2de woensdag van de Vasten en Ieper. En zo naderen we dan Halfvasten en...de Graaf van halfvasten
|