Vanuit Belgrado bereikten we eerst het stadje Valjevo, waar in 1805 de Servische opstand tegen de Ottomaanse overheersing begon. Dan stopten we even bij het klooster in Lelic en reden we lange tijd langs onwaarschijnlijk primitieve wegen om uiteindelijk in ons logies in Uzice aan te komen, waar we pruimen plukten en kennis maakten met een bange waakhond, een bende kippen, een aantal schapen en vooral een erg religieuze gastvrouw.
Enkele representatieve grote gebouwen tonen we u (het eerste is het parlement); enkele standbeelden, waaronder dat voor de kinderen die stierven door de NAVO-bombardementen van 1999 op de Servische burgerbevolking, en dat voor de anti-Ottomaanse opstandelingenleider Karadjordje, en dat voor Nikola Tesla, de ontdekker van de wisselstroom, wiens museum we tevens bezochten; enkele orthodoxe kerken, van monsterlijk groot tot klein en intiem; een wandeling langs de kaaien van de Sava-rivier; en tenslotte een namiddagwandeling naar het Veliko Blato-meer in de buurt van ons hotel, in Bortsja.
Goed aangekomen in de Servische hoofdstad! Met de bus naar het centrum, waar we allereerst enkele uurtjes rondkuierden over de Kalemegdan, de parkheuvel waar zich de eeuwenoude vesting (van de Turken en later de Oostenrijkers) en heel wat andere bezienswaardigheden bevinden en van waaruit je een mooi zicht op de wijde bocht van de Donau en zijn bijrivier de Sava hebt.
Eerst weer een monument voor de zoveelste gruweldaad in de Balkan, namelijk de massamoord die de Hongaarse fascistische bezetters in januari 1942 in Novi Sad pleegden: 3100 Servische burgers werden in de ijzige rivier gegooid waar ze verdronken, omdat ze geen Hongaren waren. Aan de overkant van de rivier pleegden de Kroatische fascistische bezetters van de Oestasja soortgelijke misdaden. Dat wordt allemaal in de Balkan NIET vergeten en NIET vergeven.
Vanochtend waren we in de vesting Petrovaradin, aan de overkant van de Donau. Midden in de rivier zie je nog de pijlers van de oude brug, die net als alle andere bruggen van Novi Sad in 1991 door bommenwerpers van de NAVO - waaronder ook Belgische !!! - vernietigd werd (ook verder op onze reis zullen we geregeld dergelijke "heldendaden" van de NAVO zien). Op Petrovaradin is ook het stadsmuseum, dat wij bezochten. En na een lange voettocht in de hete zon gingen wij op het Visserseiland een lekkere vismaaltijd eten ...
Vanuit Osijek kwamen we Oostwaarts eerst voorbij Vukovar bij het herdenkingsmonument voor één van de vele gruwelijke massamoorden uit de Joegoslavische burgeroorlog in 1991 e.v., in Ovcara: Servische troepen hebben toen alle patiënten én dokters én verplegers van het Ziekenhuis van de grensstad Vukovar 's nachts mee weggevoerd, doodgeschoten en allemaal in een vooraf gegraven put gegooid.
Daarna staken we de Donau over en waren we in Servië, om dan aan te komen in Novi Sad, de hoofdstad van de Vojvodina. Dit is altijd een veeltalige streek geweest (op het verkeersbord zie je Servisch én Hongaars én Slovaaks én Roetheens) met kerken van minstens tien varianten (wij tonen onze lezers de sinagoge, de katolieke kerk en de orthodokse kerk) en ook morgen gaan we hier een beetje rondsnuffelen.
De stad Osijek heeft wel wat te bieden: een reeks art-nouveau-gebouwen, een reusachtige kerk, een rivier met veerpontje, een dubbele vesting uit de baroktijd, en last but not least lekkere en niet al te dure vis in het restaurant.
Na weer een erg lange rit zijn we in de hoofdstad van Slavonië aangekomen: Osijek. Deze stad ligt aan de Drava-rivier en heeft zeer erg geleden door de Servisch-Kroatische burgeroorlog na het uiteenvallen van socialistisch Joegoslavië in de vroege 90er jaren, wat ook in de vesting - waar we verblijven - duidelijk merkbaar is. We pikten ook in het raam van de cultuurzomer van Osijek een vrij openluchtconcert met aria's uit verschillende opera's mee, prima door professionele zangers voor een geestdriftig publiek gebracht.
Koning Ludwig 2 van Beieren was heel erg rijk en heel erg van lotje getikt. Hij heeft een aantal super-de-luxe paleizen in zijn land neergepoot, waarvan wij op het Herreninsel in de Chiemsee zijn naar Versailles gemodelleerde paleis bezochten (hij was een echte fan van wijlen de Franse Zonnekoning Louis 14). Binnen mochten wij geen foto's nemen, dus maar buiten en elders op het eiland. In het klooster aldaar werd in 1949 de oprichting van het aparte Westen van Duitsland, de Bondsrepubliek, uitgepraat en voorbereid. Een zonnige dag ...
Vandaag hebben we zo'n 850 kilometer gereden tot aan de Chiemsee in de Beierse Alpen. We tonen foto's van het uitzicht op de bergen vanop ons balkonnetje, van het dorp Prien en van het Chiemsee-treintje.
Als alles goed gaat plannen we op 23 augustus weer voor een lange reis met de wagen te vertrekken, doorheen Duitsland, Oostenrijk, Slovenië, Kroatië, Servië met Kosovo, Albanië, Italië, Oostenrijk en Duitsland weer naar huis waar we op 6 oktober zouden toekomen. Mensen, cultuur en landschappen is wat we verder willen leren kennen.