In Europa bestaan grote verschillen tussen leeftijds-, inkomens- en opleidingsgroepen wat het gebruik van computers en internet betreft. De cijfers van het Europese bureau voor statistiek, Eurostat, maken gewag van een digitale kloof. Europese jongeren veel vaker gebruik van computers in het algemeen en internet in het bijzonder dan vijftigplussers. 85 procent van de studerende jeugd (tussen 16 en 24jaar oud) maakt gebruik van het internet. Een schrijnend verschil met de categorie van 55 tot 74 jaar: 13 procent daarvan surft al eens op het web.
Opleidingsniveau heeft een sterke invloed op het internetgebruik, zo blijkt uit de cijfers. Driekwart vande mensen met een universitaire of hogeschoolopleiding gebruiken het internet. Ook voor mensen met een diploma in het voortgezet onderwijs ligt het gebruikerspercentage nog boven de vijftig procent (52 procent om precies te zijn). Maar van diegenen die het middelbaar onderwijs niet volledig uitzitten, is slechts een vierde online.
De oorzaken liggen volgens Eurostat niet alleen bij een gebrek aan goede infrastructuur, maar ook bij een tekort aan triggers voor computer- en internetgebruik. Ook het gebrek aan computervaardigheden weegt door.
De studie werd uitgevoerd in 25 EU-landen in 2004, maar de resultaten zijn nu pas bekend.