Kramsvogel – Turdus pilaris – Fieldfare
Tijdens de vlucht zijn de lichtgrijze stuit en witte ondervleugels goed te zien, net als de lange staart met geheel zwart uiteinde. Verder hebben kramsvogels een bruine mantel en een overwegend grijze kop. De onderzijde is zwaar getekend met een oranjegele tint op de borst. Heeft als hij zit vaak 'afhangende' vleugels.
Vooral in de winter zijn ze te zien omdat noordelijke exemplaren hier komen overwinteren. Kramsvogels eten vooral wormen en insecten. In ons land foerageren ze op weilanden op de bekende lijstermanier. Hippen, stilstaan, een regenworm pakken en weer doorgaan. In de winter eten kramsvogels ook bessen; bessenstruiken als vuurdoorns kunnen in korte tijd door hongerige kramsvogels geplunderd worden. Rottend fruit is ook erg populair bij kramsvogels.
Kramsvogel (Alle foto's: Wim MARTENS)
|