Waar komen wij vandaan?xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Vandaag vroeg ik aan de wind,
waarvandaan kom jij?
Maar de wind antwoordde niet,
en blies zichzelf hier vandaan.
Toen vroeg ik aan de regen,
waarvandaan kom jij?
Maar eveneens antwoordde de regen
En viel gestaag op aarde neer.
Toen kwam ik bij een oude eik,
en opnieuw stelde ik diezelfde vraag,
maar ook die eik antwoordde niet,
en liet een blad naar omlaag vallen.
Toen kwam ik bij een beekje en zag ik een steen,
alweer stelde ik mijn vraag,
maar net zoals de wind, de regen, en die eik
zweeg hij, en deed hij alsof hij dood was.
Ik kwam langs een heg, een treurwilg,
een nachtschacht en steeds vroeg ik
waarvandaan komen jullie?
Maar niet een haf mij een antwoord.
Toen zag ik een mus zitten op de nok
van mijn huis en wederom vroeg ik
waarvandaan kom jij?
De mus keek me aan en sjilpte
waarom vraag jij me dat?
Ik vroeg het reeds aan de wind, de regen,
een oude eik, een steen,
en dan nog aan een heg, een treurwilg en aan die nachtschacht
maar niet een gaf mij een antwoord.
De mus keek me wat vreemd aan en sjilpte
hoe kun je nu zo stom zijn om dat aan de wind de vragen,
hij komt op zoveel plaatsen en word om de minuut veranderd,
en de regen, hij valt zo snel omlaag dat hij dat niet kan weten
want elke druppel leeft slechts enkele seconden,
en die eik verliest zovaak zijn kleed dat hij het reeds lang niet meer weten kan
welk kleed hij ooit als eerste aangeboden werd,
en die steen daar is reeds zoveel eeuwen versmeten dat hij zich niet meer
kan herinneren waarvandaan hij komt,
en die heg, die treurwilg, en die nachtschacht bloeien en verwelken
steeds maar weer.
En ik sjilpte het musje,
ik ga gewoon waar de seizoenen mij brengen zal,
ik weet geus niet meer waar ik ooit aan mijn eerste vlucht begon.
Maar mag ik jou eens een vraag stellen sjilpte het musje tegen mij,
Je mag dat, ja
waar kom jij eigenlijk vandaan?
En hier stopt nu mijn verhaal
want zelfs ik wist geen antwoord de geven.
|