Het verdriet van de aardexml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Gisteren keken wij nog in jouw twee helder
blauwe oogjes,
gisteren hoorden wij nog jouw lieve lach weergalmen
doorheen de vroege ochtenduren,
onvermoeibaar leek jij wel de wezen.
Gisteren spraken wij nog over dromen
waar jij als flinke meid jouw eerste stapjes zou gaan
nemen in de grote mensenwereld.
Gisteren fantaseerden wij nog over jouw eerste schooldag,
waar jij dan als een grote meid zou staan zwaaien aan
de schoolpoort waar wij jou dan zouden achterlaten
voor heel even.
Maar t zou maar voor even zijn,
voor slechte een kort moment,
want wanneer de schoolbel rinkkelen zou
zouden wij jou weer mogen omarmen,
en zou jij dan trots kunnen vertelen
over jouw eerste schooldag
Maar iets besliste daar anders over,
was het God, de duivel,
of was het de zwakheid van een mens,
niemand kan daar een antwoord op geven,
maar dat wij jou nu,
nu wij jou moesten achterlaten
daar in dat kinderdagverblijf
nooit meer in onze armen zouden kunnen sluiten
dat sijpelt nu langzaam als een snijdend
mes bij ons naar binnen.
Wij hopen dat jij slechts een fractie van een seconde
uit dit toch wel korte leven
het ware kwaad hebt moeten in de ogen kijken,
dat jij niet teveel hebt moeten lijden.
Wij hopen dat jij al lachend bent heengegaan,
want geen enkel kind zou het verdriet
van de aarde mogen de zien krijgen.
Gisteren droomden wij met een glimlach
aan jouw eerste stapjes,
jouw eerste schooldag,
vandaag lijkt elke droom van toen
slechts op een oase.
Want nooit meer zullen wij jou achterlaten
voor even,
vanaf vandaag moesten wij jou afstaan
voor altijd en eeuwig.
Maar wij zullen nooit vergeten
jouw lieve lach,
en jouw twee strakblauwe oogjes.
|