Indexsprong zinloos door negatieve inflatie
Als de negatieve inflatie zich doorzet kunnen de onderhandelaars voor de federale regering de indexsprong begraven als maatregel om onze concurrentiekracht te verbeteren. Dat zegt onder meer professor Economie Koen Schoors (UGent).
België kende in september een negatieve inflatie van 0,12 procent. Vooral de lagere energieprijzen liggen aan de basis. Het is nog lang niet zeker dat de negatieve inflatie zich doorzet, maar indien dat gebeurt kunnen de onderhandelaars hun indexsprong opbergen. Een indexsprong is een van de opties die momenteel op de onderhandelingstafel van de ‘Zweedse’ onderhandelaars ligt.
‘Die maatregel wordt volkomen zinloos, omdat de lonen toch niet stijgen’, aldus professor Economie Koen Schoors. ‘De index doet nu eindelijk zijn werk in goede zin, onze lonen stijgen minder snel dan die in de buurlanden. Laat het mechanisme zijn werk doen en kijk verder dan de symbolen.’
De negatieve inflatie is deels te wijten aan een daling van de vraag in eigen land, onder meer door een laag economisch vertrouwen. ‘Daaraan zullen de geplande besparingen van de Vlaamse regering weinig goeds doen’, zegt Schoors. Daarnaast spelen ook internationale effecten, zoals wisselkoersen.
Wat dan wel doen?
De federale onderhandelaars hebben een aantal hefbomen in handen waarmee ze de inflatie opnieuw zouden kunnen opkrikken. ‘Een BTW-verhoging, bijvoorbeeld, kan de index weer opdrijven’, zegt specialist Dirk Heremans (KU Leuven). Ook aan de energieprijzen hebben de onderhandelaars iets te zeggen.
De twee experts waarschuwen voor het ‘kortetermijndenken’ van een indexsprong. ‘De loonkosten mogen dan wel even dalen, maar ook de belastinginkomsten zullen snel omlaag gaan’, aldus Heremans.
|
