Filo en Sofie zitten alweer aan de keukentafel. Ze drinken warme Cécémel, zonder slagroom, want de spuitbus zei prrrrt. Op tafel pronkt een heus sierstuk: een bloempotje met daarin een plant, uiteraard, maar ook een kleine heks op een stokje en een plasic pompoentje dat lacht. Filo, die al lichtelijk ontstemd is wegens de lege slagroombus, zegt meesmuilend:
-Wat is dat voor prul? -Awel, 't is toch Halloween? zegt Sofie. -Ha ja, en wie zegt dat? - Heu.. 't is traditie, al de mensen zeggen dat. -'t Is... 't is..., 't is tegenwoordig altijd wat, straks komt er nog een dag-van-de-'t isdagen. -Maar Filo toch, mag een mens zich dan niet eens een keertje amuseren? -Amuseren? Ha, gij zegt daar 'amuseren' tegen? Filo loopt langzaam rood aan, Sofie is op haar hoede, er is een bui op komst. -Ja man, ja... d'r valt wat over te zeggen, over Halloween. Sommigen beweren dat het...
!! BAM !!
Filo slaat met zijn vlakke hand op tafel, het plastic pompoentje rolt van de schrik uit de bloempot, het lacht niet meer. Sofie zwijgt voorlopig in alle toonaarden. Filo verheft zijn stem.
-Zal ík u eens wat zeggen mens, bij ons wilde de traditie dat we op 1 november al de heiligen herdachten, en de dag daarna al de zielen van onze overledenen. Dat was mooi! De kerkhoven waren net bloementuinen, families lazen de kaartjes die aan de chrysanten hingen en zeiden kijk, ons Louise is ook gekomen, en Oscar-van-tante-Trien ook. Dat was mooi! En nu? Nu spelen we spook, nu dansen de geraamten, nu herdenken we juist helemaal niemendal meer...
Vermits zijn stem een beetje zakt durft Sofie terug iets zeggen.
-Heiligen... goh. Gelooft gij in heiligen? Gelooft gij in zielen die in de hemel rijstpap zitten te eten?
(wordt vervolgd, ik krijg honger)
Categorie:Filo & Sofie
|