Er zat een man op een terrasje, aan het tafeltje schuin tegenover mij. Met een zwarte pen schreef hij, op A4-tjes. Af en toe keek hij op, zijn ogen zochten beelden verder dan de horizon. De zon die door de laatste blaadjes van de valse christusdoornen scheen, hij zag het niet. Het meisje met de grote PRIMARK-zak, de jongen die op fluo sneakers leek te zweven, de vrouw die met gebogen hoofd maar naarstig lijf een goed gevulde trolley meetrok naar huis, hij zag ze niet, en ook de hondjes niet. De dartele hondjes niet.
Ik vond dat jammer voor die man. Maar achteraf... misschien schreef hij over wat gisteren was.
|