Tijdens Kerstmis lag een meisje te kleumen in de wintersneeuw. Het gebeurde lang geleden, zeker langer dan een eeuw. Zij warmde zich aan zwavelstokjes in die ijzig koude nacht. Droomde van een prachtig Kerstfeest, niemand die toen aan haar dacht.
Ook nu zwerven er nog kinderen, zwavelstokjes verkopen ze niet, Maar ze zijn net zo ontredderd, vaak verteerd door zwaar verdriet. Handel volgens de kerstgedachte: wees barmhartig, wees kordaat, Schenk een gedeelte van uw rijkdom aan deze kinderen van de straat.
mooii
.Donkere dagen
De donkere dagen zijn weer gekomen, Mensen lopen weer te slepen met hun bomen. De kerst is voor iedereen een beetje dromen, Dromen over vrede, liefde en gezelligheid. Laten we met zijn alle denken aan de goede tijd. Laten we wensen voor ieder wat wils, En dat kerst een feest mag worden, Zo als ieder persoon dat zelf wilt..
24-11-2007
mooi
VREDE
Ieder jaar met kerst hoop ik weer op vrede. Vrede voor ons thuis en vrede in de wereld, maar het schijnt zo te zijn dat het niet mag zijn. Overal ter wereld is er pijn. Mensen zijn alleen voor zich, die wat heeft die heeft en die die niet heeft,,,,, Ach ja wat maakt het uit. De regering doet het voor en anderen doen het na. Vele zeggen dat ze echte christenen zijn, In ander geloof weet ik het niet, Maar echte christenen doen dat niet. Gelukkig zijn niet alle mensen zo en is er altijd nog de hoop op VREDE.
landschap
.
arrenslee
Kerstfeest is een feest van vrede. Men wenst elkaar het allerbeste toe. Je viert het met familie en/of vrienden. De huizen zijn prachtig versierd met mooie kerstdecoratie. Er worden heerlijke dingen gegeten. Zoals kalkoen, beenham of its anders. Een kerststol mag natuurlijk nooit ontbreken. Deze hoort er altijd bij. Iedereen zingt er de mooiste kerstliedjes. De kerstboom ziet er mooi opgetuigt uit. ook zitten er cadeautjes onder. wat zou de kerstman hebben gestuurd? Buiten is er heel veel sneeuw. De kinderen maken mooie sneeuwmannen. Opeens horen ze een geluid van boven. Het is de kerstman in zijn arrenslee.
.
22-11-2007
Let it snow
De Kerstman op zijn arrenslee, Was met zijn rendier zeer tevree. Zijn neusje was rood, Zijn trekkracht zeer groot. Zo ploeteren ze door de sneeuw,
De kerstman gaf een geeuw. De pakjes waren zo groot, Sinterklaas had het makkelijker met zijn stoomboot. Maar de Kerstman bleef aan de kinderen denken, Die hij deze cadeaus zou schenken.
.
kerstbal
Glinsterende ballen tussen het felle dennengroen, Onder de mistletoe geeft iedereen elkaar een zoen. De kersttijd is weer aangebroken, Het kerstgevoel volop ontloken. Het is de tijd van geschenkjes geven, En een gezellige sfeer creëren. De tijd van gezellig samenzijn, Met een kruidig glaasje gluhwein.
De tijd voor een overvloedig kerstmaal, En daarna nog het kerstverhaal. Als je jezelf hierin herkent, Weet dan dat je door het leven bent verwend, Want diezelfde mooie kersttijd, Is voor velen het besef van hun eenzaamheid.
21-11-2007
Creddykerst
Er waren eens tien kaarsjes met vlammetjes zo fijn, Ze wilden op het Kerstfeest graag goede lichtjes zijn. Eén kaarsje viel het tegen altijd in vlam te staan, Hij doofde snel zijn lichtje en is toen uitgegaan. Er waren eens negen kaarsjes, een van de negen zei: "Ik vind het hier niet prettig," en stapte uit de rij. Er waren nog acht kaarsjes, het was een mooi gezicht, Eén dacht: "Ik ben de beste," meteen verdween zijn licht. Toen stonden er van de kaarsjes er zeven nog in vlam, Maar een vergat te branden, hij wist niet hoe het kwam. De vlammen van de kaarsjes, die brandden honderduit, Eén zei: "Ik ben de mooiste," en ja, toen ging hij uit...
Nog maar vijf kaarsjes over, wat zullen we gaan doen? Eén brandde veel te haastig, opeens verdween hij toen. Er stonden nog vier kaarsjes, ze brandden feller op. Eén werd uitgeblazen, hij lette niet goed op. Van die drie laatste kaarsjes ging één met het donker mee, Hij vond het niet meer nodig, toen stonden er nog twee. Die beide kleine kaarsjes, wat waren ze alleen, De kleinste ging van moeheid slapen, toen was er nog maar één. Het laatste kleine kaarsje dat eenzaam achter bleef,
Dacht: "Als ik mijn lichtje eens aan een ander geef?" Toen heeft dat ene kaarsje het feest nog net gered, Het heeft alle andere kaarsjes opnieuw in vlam gezet. Nu brandden alle kaarsjes met een vlammetje zo fijn, Ze wilden op het Kerstfeest graag goede lichtjes zijn!
winter
t
T
Eens in het jaar vallen de bladeren van de bomen, En hopen we dat er een witte Kerst zal komen, Dat is toch waar alle mensen van dromen. De kaarsen branden en de lichtjes in de kerstboom zijn aan, En we kijken dan omhoog naar de maan, Dan vragen we ons af of we sneeuw krijgen dit jaar, Maar die zal wel weer komen na het nieuwe jaar. Kerst zonder sneeuw is nu alweer een eeuw, Maar laten we ondanks alles vrolijk zijn, ook al is er geen sneeuw.
kerstsfeer
T
Wie komt daar in de arreslee, Met luid gebel glijdend naar benee? Dat is de Kerstman met pakjes bemand, Want Sint is nu weer uit 't land. Winkels straten.. zijn versierd, Iedereen die weer Kerstmis viert. Winkels vol met de leukste dingen, Kinderen die Kerstliedjes zingen. De Kerstman schatert luid: "Ho, ho, ho, Vrede op aarde.. 't Mooiste cadeau."