Sommige lezers van mijn blog hebben zich waarschijnlijk al gewonderd, dat een kartuizer Trappist drinkt. Voor alle duidelijkheid, ik ben geen echte kartuizer maar ik leef wel als een kartuizer.
Mijn dagelijkse trappist drink ik uit respect voor de monikken die door het brauwen van hun bier en het maken van hun kaas hun eigen levensonderhoud verdienen en niemand tot last zijn.
Aan de abdij van Westmalle heb ik zeer mooie herinneringen: tijdens mijn toen,verplichte, legerdienst kwam ik door een heftige griep enkele weken in het militair ziekenhuis in Antwerpen. ik leerde daar toen twee Trappisten monikken kennen die daar ook hun legerdienst vervulden. Daar ik geen thuishaven had waar ik tijdens een weekeind vergunning naar toe kon, nodigden zij mij uit met hen mee naar de abdij van Westmalle te geen. Ik nam deze uitnodiging graag aan en tot nu toe heb ik daar geen spijt van. Ik leerde het leven in de abdij kennen, ik ontmoette gelukkige tevreden mensen die in stilte leefden en werkten. De weken die ik in de refter der monikken mee aan de maaltijden mocht deelnemen vergeet ik mijn hele leven niet, deze maaltijden waren sober maar energierijk, vandaar, dat de meeste monikken een zeer hoge leeftijd bereiken zonder ziekte. De door hen zelf gebrauwde trappist dronken zij ook, maar met een zeer laag alcohol persentage van amper 2 %.
Nu drink ik elke avond mijn Westmalse trappist met 9% maar, maar één per dag. Ik vrees echter dat de generatie die na mij komt niet meer zal kunnen genieten van dit heerlijke bier omdat de Trappisten langzaam een uitstervend ras worden, er komen geen jonge monikken meer bij, maar dat is dan een probleem voor de na mij komende generatie mijn tijd zal het nog wel meegaan.
Groetjes,
Kartuizer.
|