De eerste winter in de Kerkstraat in 1942 was een zeer strenge winter. Het was ijzig koud en de kolen waren raar, het meeste werd naar Duitsland gevoerd. Ook de voedselvoorraden waren zeer schaars, maar daar kom ik later nog op terug in een volgende beidrag. Maar ook die winter ging voorbij, en toen ik in de lente van 1943 zeven jaar was geworden, werd ik tot de eerste communie toegelaten, volgens de kerkelijke leer was ik nu tot de jaren van verstand gekomen, alhoewel ik meen, dat dat eerst enkele jaren na mijn 65. gebeurd is, en dan nog! Maar daar ik nu volgens de kerkelijke leer dus tot de jaren van verstand gekomen was, kon ik nu ook zondigen. En zondaars moeten regelmatig hun zonden biechten, en zo moest ik nu ook enkele dagen voor de eerste communie de biechtstoel in, zuster Veronika, die mee met ons naar de kerk was gegaan, hield het heel precies in de gaten, we konden aan die biechtstoel niet ontsnappen. Wat ik daar precies allemaal verteld heb weet ik niet meer, het kan niet veel geweest zijn, want ik was eerst enkele weken in staat te zondigen. Maar dan kwam de grote dag, daar gingen echter nogal wat voorbereidingen aan vooraf, die mijn moeder kopzorgen maakte. Ons moeder was een zeer vlijtige vrouw, in de keuken stond naast het venster haar Singer, en op deze naaimachiene naaide zij eigenhandig onze kleren. Van oud maakte zij nieuw, want het was haar hele trots, dat wij er steeds ordelijk gekleed bijliepen. Zo had ze dan ook voor de dag van de eerste communie voor mij een nieuwe korte broek, want lange broeken droegen toen de kleine jongens niet, en een zeer mooi hemd genaaid. Haar probleem echter waren de schoenen, wij jongens en natuurlijk ook de meisjes, hadden toen geen schoenen, wij droegen allemaal klompen, "blokken" zeiden we toen. Nu was mijn moeder van mening, dat ik toch niet op blokken mijn eerste communie kon doen. En hoe ze het voor mekaar gekregen heeft weet ik niet, maar de dag voor de grote plechtigheid kwam ze met een paar splinternieuwe schoentjes naar huis, precies mijn maat. Ik was zo fier als een gieter, toen ik `s avonds in bed lag, keek ik vreugdevol naar de nieuwe schoentjes die met mijn beste kleren op de stoel naast mijn bed lagen. De plechtigheid in de kerk, de volgende dag was voor ons kinderen zeer indrukwekkend, de pastoor in prachtig ornaat, de indrukwekkende orgelklanken en, het lied dat zuster Veronika ons geleerd had en dat ik tot de dag van vandaag nog met alle strofen ken, de eeste stroofe was:
Jezuke liefste vriend, waar hebben wij het toch verdiend Dat gij in ons hartje komt wonen? Gij die in de hemel moet tronen, welkom, welkom Jezuke zoet, kom toch alle dagen, zie hoe vurig, hoe welgemoed al uwe kindjes het vragen. En de kerk was helemaal vol, maar dat was tijdens de oorlogsjaren altijd zo. En ik, zo fier als een pauw met mijn nieuwe schoentjes, maar de meeste andere jongens hadden ook schoenen aan, maar die waren wel allemaal een paar maten te groot en zeker niet nieuw. Na de plechtigheid kregen we thuis een boterham met margarine en bruine suiker. De volgende dag ging ik met ons moeder op bezoek bij Tante Mit. Tante Mit was de oudste zuster van mijn moeder, zij was de vorige dag niet gekomen, omdat er toch niets te feesten viel. Zij woonde in Aartselaar in de Hoevelei nr. 2. In de Hoevelei nr.26 was ik op de eeste mei 1936 ook ter wereld gekomen. Als ik toen geweten had in wat voor een wereld ik terrecht gekomen was, en de mogelijkheid had gehad, was ik snel teruggekropen, maar dat zou voor mijn moeder niet aangenaam geweest zijn, want zij was blij dat ze eindelijk van mij verlost was, ik woog bijna vier kilo. Natuurlijk gingen we te voet naar Aartselaar, dat was wel een lange weg, en we hadden pech, het regende. Ik had mijn nieuwe schoentjes aan, want die moest ik toch aan tante Mit laten zien. Maar als we bijna in Aartselaar waren, kreeg ik natte voeten en toen we bij tante Mit aankwamen, waren er bijna geen zolen meer onder mijn schoenen. Dan stelden we vast, dat de zolen uit geprest karton waren. Tante Mit is toen in de blokkenwinkel voor mij een paar nieuwe klompen gaan kopen, ook precies op maat en zo kon ik dan tenminste met droge voeten terug naar huis. Morgen wil ik berichten over de bange oorlogsjaren, toen nacht voor nacht de zware Amerikaanse en Engelse bommenwerpers op weg naar Duitsland over Hemiksem vlogen en wij niet meer rustig konden slapen. Bovenstaande foto van de kerk in Hemiksem is recent, maar het gebouw ziet er nog precies zo uit als toen.
|