4/7 Maria zonder zonde ontvangen - Penance Podcast
Openbaringen van OLVrouw aan de H. Birgitta van Zweden: Loof mij aldus:
Gezegend zijt Gij, Heer God, Schepper van alle dingen, die zich verwaardigde af te dalen in de schoot van de Maagd Maria.
Gezegend zijt Gij, Heer God, die in de ingewanden van de Maagd Maria wilde wonen, zonder haar tot last te zijn, en zich verwaardigde haar onbevlekte vlees zonder zonde te ontvangen.
Gezegend zijt Gij, Heer God, die tot de Maagd kwam, haar ziel en al haar ledematen vreugde schenkend, en die, met de vreugde van al de ledematen van haar zondeloze lichaam, uit Haar geboren werd.
Gezegend zijt Gij, Heer God, dat Gij na Uw Hemelvaart de Maagd Maria gelukkig hebt gemaakt met veelvuldige troost, en met Uw troost U haar hebt bezocht.
Gezegend zijt Gij, Heer God, die het lichaam en de ziel van de Maagd Maria, uw Moeder, naar de Hemel hebt verheven en haar hebt geëerd door haar dicht bij Uw goddelijkheid te plaatsen, boven alle engelen. Wees mij genadig, Heer, voor Uw smeekbeden en voorspraak. Amen.
De woorden van de Hemelse Koningin tot haar geliefde dochter, over de prachtige liefde die de Zoon beleed aan Zijn Maagdelijke Moeder, over hoe de Moeder van Christus werd ontvangen in een kuis huwelijk en geheiligd in de schoot van haar moeder, over hoe Hij met lichaam en ziel naar de Hemel opsteeg, over de kracht van Zijn Naam en over de engelen die aan de mens zijn toegewezen voor goed en kwaad.
Ik ben de Koningin van de Hemel. Heb mijn Zoon lief, want Hij is de meest oprechte, en als je Hem hebt, heb je alles wat oprecht is. Hij is de meest begeerlijke, en als je Hem hebt, heb je alles wat begeerlijk is. Ik houd ook van Hem, want Hij is zeer deugdzaam, en als je Hem hebt, heb je alle deugden. Ik zal je vertellen hoe wonderbaarlijk Zijn liefde voor mijn lichaam en ziel was, en hoeveel eer Hij mijn naam gaf.
Mijn Zoon, hield van mij voordat ik van Hem hield, want Hij is mijn Schepper. Hij bracht mijn vader en moeder samen in een huwelijk zo kuis, dat er geen kuiser echtpaar te vinden is. Ze wilden zich nooit verenigen, behalve in overeenstemming met de Wet, alleen maar om nakomelingen te krijgen. Toen de engel hun aankondigde dat ze een Maagd zouden krijgen, door wie de redding van de wereld zou komen, wilden ze liever sterven dan zich te verenigen in een vleselijke liefde, want de lust was in hen uitgestorven.
Ik verzeker je dat ze door goddelijke naastenliefde en dankzij de boodschap van de engel in het vlees samenkwamen, niet uit lust, maar tegen hun wil in, en uit liefde voor God. Zo werd mijn vlees uit Zijn zaad en door goddelijke liefde voortgebracht. Toen mijn lichaam gevormd werd, zond God er de ziel in, geschapen uit Zijn goddelijkheid. De ziel werd onmiddellijk geheiligd, samen met het lichaam, en de engelen bewaakten het dag en nacht.
Het is onmogelijk om je uit te drukken hoe groot de vreugde was die mijn moeder voelde toen mijn geheiligde ziel zich bij mijn lichaam voegde. Toen de loop van mijn leven voltooid was, verhief mijn Zoon eerst mijn ziel, omdat hij de eigenaar van het lichaam was geweest, tot een meer verheven plaats dan de anderen, dicht bij de glorie van Zijn goddelijkheid, en vervolgens mijn lichaam, op de manier waarop geen enkel ander lichaam van een schepsel zo dicht bij God staat als het mijne.
Zie hoeveel mijn Zoon mijn ziel en mijn lichaam liefhad. Er zijn echter mensen die kwaadwillig ontkennen dat ik in lichaam en ziel werd opgenomen, en er zijn anderen die eenvoudigweg geen verdere kennis hebben. Maar de waarheid hiervan is zeker: ik ben verheven tot de glorie van God, in lichaam en ziel. Hoor nu hoeveel mijn Zoon mijn naam heeft geëerd. Mijn naam is Maria, zoals het evangelie zegt. Wanneer de engelen naar die naam kijken, verheugen ze zich in hun geweten en danken God voor de grote genade die in mij en met mij werkte, omdat ze de menselijkheid van mijn Zoon verheerlijkt zien in Zijn goddelijkheid.
De zielen in het vagevuur verheugen zich op een bijzondere manier, zoals wanneer een zieke in bed luistert naar de bemoedigende woorden van anderen, en dit zijn hart behaagt, omdat het hem gelukkig maakt. Bij het horen van mijn naam naderen de engelen onmiddellijk de zielen van de rechtvaardigen, die hun als beschermers zijn gegeven, en verheugen zich over hun vooruitgang. De goede engelen werden aan iedereen toegewezen als bescherming, en de slechte engelen als beproeving.
Het is niet zo dat engelen van God gescheiden zijn, maar ze staan de ziel bij zonder God te verlaten en blijven voortdurend in Zijn aanwezigheid, terwijl ze de ziel blijven aanwakkeren en aansporen om het goede te doen. De demonen zijn allen verbaasd en vrezen mijn naam. Bij het horen van Maria's naam laten ze onmiddellijk de prooi los die ze in hun klauwen hebben.
Net als een roofvogel met een prooi in zijn klauwen, laat hij die achter zich als hij een geluid hoort, en komt later terug als hij ziet dat het niets was, zo maken de demonen de ziel bang als ze mijn naam horen, maar ze komen snel weer terug, als een pijl, tenzij je ziet dat er daarna verbetering heeft plaatsgevonden.
Niemand is zo koud in de liefde voor God – tenzij hij veroordeeld is – dat de duivel zich niet van hem distantieert, als hij mijn naam aanroept met de bedoeling nooit meer in zijn slechte gewoonten te vervallen, en de duivel blijft bij hem weg, tenzij hij terugkeert om toe te stemmen in een dodelijke zonde.
|