De Jeugd van tegenwoordig !

Dit is een veel besproken zinsnede die al jaren gehantteerd word door de “ oudere” mensen.

Het is iets van alle tijden, de tekst die ik gevonden heb in het Oud gemeente archief van Meerhout onderstreept mijn bewering. De berisping van de Meerhoutse jeugd dateerd van 1728. Toen al ondervonden ze dat de jonge mensen goed in het oog moesten gehouden worden.

Also men hoort datteer veele sijn principaelyck jonghe lieden die sich verstouten van met roers ofte fusicken te schieten naer de vogelen op de daecken van de huysen stallen ende schueren tot groot peryckel van brandt ende ruïne vande goede jngesetenen, alhoewel sulcx straftelyck is verboden by de keurboeck, soo ist dat die heeren Drossaert schepen ende wethouderen deser vryheyt nochtans op een nieuws doen verbieden aen ieder aan van met roers of fusicken te schieten op de daecken soo van de kercke, kerckenthoren, huysen schueren ende stallen op pene van ses guldens amende waervan twee derde deelen sullen syn voorden officier ende het ander derde deel voorden aenbrenger met conficcatie van syn roer ofte fusick ende daerboven vervallen inde reparatie vande schaede daerdoor veroorsaeckt/

Vangelycken wordt oock aende kinderen ende andere verboden te worpen met steenen ofte schieten met hunne boghen op ofte tegens die daecken vensteren ende glasen vande kercke ofte scholen op de pene van twee guldens amende ende dat hunne boghen publickelycken sullen gebroken worden, ende in soo verre schoolkinderen sulen comen te doen sullen van hunne meesters met een roede gecastydt worden,

Daerenboven op de clachten datter veele roeckeloose endeonbeaerde menschen nyettegenstaende syne Majestyts placcaerten onlengs gepubliceert sigh vermeten van toeback te roocken ontrent de stallen ende schueren ende selver in de schueren, soo doen de voorschreven heeren Drossaert ende wethouderen verbieden sulcke misbruiycken opde verbeurte by het selve placcaert gestatueert, waer van d’ eene hellicht sal syn ten proffyts van den officier ende d’ andre hellicht voor aenbrenger wiens naem sal verswegen blyven aldus gepubliceert ende geaffigieert door my vorster van justitie deser 13^e juny 1728

Jan f: Nolten

Voetnota:

Peryckel = gevaar

Keurboeck = boek met daarin de plaatsellijke wetten en de gebruiken, vergelijkbaar met een politiereglement.

Amende = boete, staf

Officier = drossaerd van het dorp

Confiscatie = inbeslagnamen

Roer = geweer

Gulden = dit was de toen de Brabantse munteenheid

Onbeaerde = onbejaerde, minderjarig

Placcaerten = publicaties , verordeningen

Verbeurte = inbeslagnamen, verbeurdverklaring

Gestatueert = voorgeschreven

Geaffigeert = aangeplakt om het bekent te maken ( meestal aan de kerkdeur

Vorster = veldwachter, deurwaarder

Bron:

OGAM nr 11 ( Oud Gemeentearchief van Meerhout – zie Rijksarchief in Antwerpen RAA)

Akten van verpachtingen, procuratien, publicaties vanwege Schepenen en Wethouders ( Van Meerhout)