Zaterdag, 24 oktober, kwam de afdeling België van de Organisation Internationale de la Dentelle au Fuseau et a l'Aiguille (Oidfa) in Gent bijeen. De (korte) vergadering ging door in het cafeteria van het Museum voor Industrieële Archeologie en Textiel (Miat), en werd gevolgd door een bezoek aan het museum. De gids kon iedereen met haar kennis en ervaring boeien en wees ons zelfs op enkele kleine zaken die voor ons kantwerksters, zeer interressant waren... Na het middagmaal, in de buurt van de Vrijdagmarkt, gingen we naar het Huis van Alijn. Dit museum vertelt over de cultuur van het dagelijks leven in de jaren '50, '60 en '70. Zeker de moeite waard. Daar mochten we als toemaatje nog enkele mooie kanten bewonderen.
In het MIAT..........
Mechelse kant........... in het Huis van Alijn...... en Gentse Valenciennes
.....De kant waarover we thans niet meer horen spreken; die eens vermaard was; die thans op alle grote tentoonstellingen afwezig blijft; die zoals sommige kantkringen beweren nooit zou hebben bestaan; die de waarborg van een uitvindingsoctrooi genoot; die door koninklijke, hertogelijke en andere hoogheden van binnen- en buitenland zeer op prijs werd gesteld; die op de wereldtentoonstelling van Parijs 1855 een medaille 1e klas van Napoleon III bekwam; is de GENTSE KANT waarvan de officiële naam luidt: "la dentelle de Gand à réseau varié"...... Dit en nog veel meer interressante dingen over de Gentse Valenciennes vind men in het boekje: De Gentse Kant, van M. Broeckhove; uitgegeven naar aanleiding van het vijfjarig bestaan van de kantclub St.Katelijne in Gent in 1973. De postkaart is een gravure uit het Museum van de Dynastie te Brussel. De toenmalige Hertog Leopold en hertogin Maria-Hendrika zijn er op afgebeeld. Zij draagt een kanten kleed in "dentelle de Gand à réseau varié" haar geschonken door de stad Gent in 1853.