Goed nieuws in den namiddag. Ze zegden dat de Engelsen in Rijkevorsel waren, neen, ze waren aan de Papenvoort, ze hadden in Bolk geweest want ze hadden sigaretten en chocolade gekregen. Is 't waar of niet, we weten het niet.
De Engelse tanks waren aan de Papenvoort, weer iets wat we niet geloofden. Broer Charel gaat dinsdag morgen zien bij onzen Nand. En waarlijk ze hadden daar geweest, 50 à 60 man zegde hij. Wat daar gebeurde, weet men niet. Men wacht naar Nand zijn woorden.
Charel en Nand, die in dit fragment vernoemd worden, zijn twee broers van mijn grootvader Jaak. Charel woonde in bij Jaak in Wortel, nadat zijn eigen woonst in Limburg (in Heppen of Beringen, dacht mijn moeder) was plat gebombardeerd. Hij wist met zijn familie inclusief vier kinderen geen raad, en trok dan naar Wortel op invitatie. In de (schuil)kelder is hun vijfde kind geboren.
|