Glimlach naar het leven Hou van dieren en de natuur Luister naar muziek Drink een aperitief met vrienden Ga in goed gezelschap naar een restaurant Help een bejaarde Ga wandelen in de zon met mijn hond Bereid een goede maaltijd Trakteer uzelf op bloemen Ontspannen in een bad Van jezelf houden
Het is winter zonder parfum of liedjes. In de wei doorboren de groene sprieten de glinsterende, harde sneeuw met hun buigende stralen.
Een paar struiken houden nog steeds Gele en broze bladeren Die de harde en harde wind bijt Zoals klimmende geiten doen.
En de stille bomen, die door al deze sneeuw worden geïsoleerd, vertrouwen elkaar niet langer hun vrijwillige vertrouwen toe .
Loofbossen die, in de zomer, In de warmte van de donzige bladeren De wellust hebben gekend En de kreten van de zingende hoppen, Jij die in het zoete seizoen de geur van tandvlees inademde,
Als de vriend zichzelf censureert, verbergt hij zich dan? Als hij zichzelf ontdekt, openbaart hij zichzelf! Als hij wil, spreekt hij. En wat hij niet zegt, spreekt voor hem...
De oprechtheid van een uitspraak, De maskerade van een dialoog, Spreken of zwijgen,
Stilte spreekt boekdelen...
Vertel me "geduld", vertel me over "vertrouwen", "frustratie" en "onwetendheid",
TEDERHEID is een opgetogenheid gericht aan iedereen die in nood verkeert. Het is vriendelijkheid en delicatesse zonder valse beloften. Het is een woeste rijkdom, met geen andere bedwelming dan die welke gestreeld wordt.
GEUR De kou van je huid verwarmt mijn hart. Mijn droom, begraven in mijn vlees , stroomt in mijn lichaam. De onmogelijke dagen van tranenkreten vloeien in stilte. Je verlangens zijn in mijn haar gewikkeld. De moonbark verlicht ons. Mijn wimpers kronkelen . De wulpse nacht omarmt ons.
Het koude front beheerst steeds meer het aanzicht. Het geeft de zon haar glans. Bevroren landschap. Wispelturig vliegen de vogels heen en weer. Stilte in de vroege morgen geeft de opwarmende zon zijn impuls over het fraaie winterse weer.
De winter is aangebroken. Ik heb alle sporen uitgewist, gewerveld... Het heeft de kusten van ons leven gebonden en wacht op de hevige winden en ijzige kou. De gouden eeuw is aangebroken. De koude lucht drong ons hart binnen, vertraagde het ritme en koelde de passie een tijdje af. Een eenzame sneeuwstorm liep door de binnenplaatsen en keek door elk raam, als in een ziel...
Onze gevoelens, als in coma, Vanaf het begin van de winter. Harten slapen in een verstild huis, Achter de granieten muren...
Onze zintuigen zijn als stukjes ijs, Van de kou die is doorgedrongen. Weggevaagd de paden van de liefde Met de witte lijkwade van gedichten...
De winter is aangebroken. Ik heb mijn sporen uitgewist. Wervelende...