Qoetbah van vrijdag 20 - 5 - 2011 Vanuit de Turkse Moskee Hoogeveenxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Salaam Alaikoem,
Waardige moslims, broeders en zusters !
Een mensenleven kent grofweg drie fases,
een jeugd, een jongeren en een ouderdomsfase.
Van meeste invloed op het leven zijn de jaren die we als jongere meemaken.
Dat zijn ook de jaren waarin de mens het efficiëntst is.
Er is geen twijfel dat de zegeningen van de jonge jaren, op een juiste manier benut moet worden.
Aldus stelt de Koran niet voor niets:
Op die dag zullen jullie worden ondervraagd over de zegeningen.
De Profeet(SAV) die voor ons op alle vlakken als voorbeeld geldt, hechtte een grote waarde aan jongeren.
Zo koos hij bijvoorbeeld de schrijvers van de Openbaring uit jongeren
en benoemde jongeren tot docenten.
En zelfs benoemde hij jonge mensen tot commandant van legers,
die bestonden uit oude sahabés (metgezellen).
Waardige Gemeenschap!
De profeet (sav) vestigde de aandacht op jongeren, hij zei:
De mens kan op de Dag des Oordeels (Qijaamah) niet van zijn plek bewegen totdat hij heeft verantwoord,
waar hij zijn jeugd heeft doorgemaakt en in welke mate hij die heeft verwaarloosd.
Totdat hij heeft verantwoord welke daden hij met welk doel heeft verricht,
op welke manier hij zijn bezit heeft verkregen,
en waar hij het aan heeft besteed.
Hij zal niet kunnen bewegen totdat hij heeft verantwoord,
hoe en in welke mate hij zijn lichaam en gezondheid heeft afgeleefd,
en heeft versleten.
Jongeren zijn de grootste en belangrijkste krachtbronnen van een samenleving. Want samenlevingen, waarin jongeren goed zijn opgeleid en een sterk bewustzijn hebben, verkrijgen een sterke en gezonde constructie.
De toekomst van een land en de grootste energiebron van een land,
zijn de jongeren.
Een samenleving, waarin geen waarde wordt gehecht aan jongeren,
zullen in de toekomst, met grote problemen te maken krijgen.
Waardige Moslims!
Om die reden moeten we ons best doen om onze jongeren op te voeden,
en op te leiden met
kennis, geloof, vertrouwen en juiste moraliteit en zedelijkheid.
Laat God ons allen jongere opleiden die kennis en juiste deugd bezitten,
die verbonden zijn aan hun wortels,
en die hun drijfkracht halen uit hun geschiedenis,
en dat alles kunnen doorgeven aan latere generaties.
|