Bomen in onze wijk.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
door Dolf Dijk.
Populus of Populier.
De populier kunnen we onderverdelen in vier groepen namelijk:
de abelen, de ratelpopulieren, de gewone populieren en de balsempopulier. Alleen de laatste komt niet in onze wijk voor.
De witte abeel (populus alba)
Hiervan staat er een in de Grieksestraat t.o. nummer 44, als eerste naast een rij Italiaanse populieren. De gemiddelde hoogte van deze boom is twintig meter.
Hij wordt veel aangeplant maar produceert ook veel kreupelhout dat soms ver van de boom is te vinden. De boom wordt nog wel eens aangetast door de wilgenhoutvlinder die onder de bast gangen vreet. Voor houtproductie wordt de boom in ons land niet groot genoeg.
De ratelpopulier of esp (Populus tremula)
Deze boom komt voor in heel Europa tot ver in Scandinavië en naar het oosten tot diep in Siberië waar hij een hoogte bereikt van 15 meter. In onze wijk staat hij o.a. bij de kinderboerderij langs de Tjalklaan die te herkennen zijn door het ritselen van de bladeren die ontstaat doordat een zacht briesje het gegolfde blad al in beweging kan brengen. Dat komt mede doordat het blad aan een platte steel is bevestigd. Het hout wordt bij ons weinig gebruikt doordat het maar een kleine boom is en de stammen dus kort. Zoals over veel bomen legendes bestaan is dit ook het geval van de ratelpopulier namelijk het volgende: Christus zou deze populier verdoemd hebben tot sidderen omdat hij als enige boom niet voor hem wilde buigen. Een andere legende verhaalt dat het kruis van espenhout is gemaakt en sinds de kruisiging is de esp blijven sidderen.
Italiaanse populier (Populus nigra 'Italica')
Als laatste en zeer zeker de bekendste is de Italiaanse populier (Populus nigra 'Italica'). Het is een zuilvormige variëteit van de P.nigra. Velen zullen hem wel herkennen aan zijn hoge slanke vorm die o.a. staan aan de Barkasstraat
(zie foto) en in de Grieksestraat. De laatste jaren zijn er nogal wat gerooid omdat ze te oud werden en een gevaar opleverde voor de omgeving. Oorspronkelijk komt deze boom uit Azië maar eind 17e begin 18e eeuw werden stekken overgebracht naar Lombardijë in Italië waarna hij ook in onze streken werd aangeplant. In de literatuur werd hij al beschreven in het jaar 1745.
Onder de Italiaanse populieren zal men nooit de witte pluizige katjes aantreffen omdat ze allemaal mannelijk zijn. De boom heeft tijdens de groei, hij wordt tot dertig meter hoog, veel water nodig waardoor hij veel schade kan toebrengen aan gebouwen en er zelfs rioleringen raken verstopt doordat hun wortels via kleine scheurtjes naar binnen dringen op zoek naar water. Het hout is van geen enkel economisch belang omdat de boom diepe groeven heeft en door de vele takken is er weinig bruikbaar hout te vinden aan deze soort populier.
|