En wij maar Waterputten sponseren in Afrika, in het HOL VAN PLUTO. Vandaag mijn afrekening gekregen van de Waterdienst in Belgie. Morgen laat ik het bad vollopen met Champagne, het zal goedkoper uitvallen.......
Zondag, PINKSTEREN. 5O jaar geleden deed ik in Wippelgem mijn Plechtige Communie. Toen zaten we meer in de kerk dan aan de feestdis. En 't was ook goed.
Hoe het nu is. Hoe het vroeger was. Is het groener nu ons gras ?
60 jaar achter de rug. Dan denkt men af en toe terug. Aan wat men noemt : DIE GOEI OUW TIJDEN ! De jeugd moet er ons zeker niet om benijden. Of ? Misschien, TOCHWEL ? We leven tegenwoordig wat TE FEL. De tijd van toen....... We moesten het met minder doen ! We werden niet luxueus verwend, toch waren wij volgens mij : KONTENT.................... De kaffee wier nog mee tant gemoaln. Gin sproake van Chinees aftoaln. Van Weetwatchers emme noeit geweetn. Mijma zejt altijd : ge moe veel eetn..... en..... da e mè al vri gespeetn...... Een eletrieke choarge ? Vergeet da moar. De kaaitchoe pulle lag al kloar. En zat den dop der nie goe op ? Hul ou bedde onder 't sop ! Ginnenbus of otto dieter kwam. We moestme juust moar schou zijn van den tram. Nen elikopter en een vliegmaschien, da ek in mijn klente noeit gezien. Moar ijla, ijla ! OPGELET !!! We geme noar Loerde mee ten overzet. Mee onzen grifle en ons lej, de duzze mee tsponsken zatterbej, schunne lans de wirre...... moar 't was gin KIPLING karnaserre !!!!!!
Ieder hart en ieder huis heeft zijn eigen kruis. Het één is klein , het ander groot. Het één is van hout, het ander van lood. Het kruis van een ander schijnt je licht, maar ge bedriegt u in het gewicht. Want op niemands voorhoofd staat hoe het hem van binnen gaat. En als het mocht en mogelijk waar, ruilden velen met elkaar. Zag men echter op een rij, al die kruisen van nabij, ieder koos voor zich en nam, waarmee hij op de wereld kwam. Dus laten wij naar 's Herens wil, met gelatenheid en stil, dragen ons kruisen en ons leed, wijl God ons aller krachten meet. Wat uit de hand der Godheid vliet, is weldaad, soms begrijpt men 't niet................. <Sabine>.........
Mijn hart, het heeft al vaak gebloed. En 't heeft al tegenslag ontmoet. Na dat woelen binnenin, kreeg alles voor mijn hart weer zin. Zo voel ik ook veel beter aan, wat anderen wordt aangedaan. Ik kan begrijpen Vreugd en Pijn. Ja !!!!!!! ik wil volop HART gaan zijn............
En nu in mijn hart eens kijken. Even voor ik slapen ga. Of ik vandaag geen enkel hart heb pijn gedaan. Of ik niemand heb doen schreien, geen weemoed op een wezen lei. Misschien dat ik aan liefdeloze mensen een woord of zo van liefde zei ? En ja, ik weet het zeker, dat ik een droefenis genas. Dat ik mijn armen heb gewonden rondom een hoofd dat eenzaam was. Ze zijn niet meer jong mijn lippen, toch geef ik een avondzoen. Nog even in mijn hart gaan kijken, met een gerust gemoed het gordijn toedoen.
Een Zondag in 196O. Wippelgem. Familie De Poorter. 6 uur 's morgens. BROOD. Gekneed, gebakken gesneden door moeder, DOMO was véél véél later. Nog niet aanraken, enkel ruiken......... De vroegmis om 6.3Ouur. Latijn was voor ons latijn, maar het klonk zo schoon. Vrij van zonden ? Te communie. Sommigen bleven zondig zitten. 7.3Ouur............ Versgemalen koffie. Waar is onze koffiemolen nu ? Bij een verzamelaar. Heerlijk zwijgen aan tafel, en luisteren naar vader en moeder. Geen T.V., geen ochtendhumeur. Een kruisteken, een gebed kruimeltjes voor het roodborstje. 1O.3Ouur........ Met een boekje in de canapé. Dikkie Trom, het domme Gansje, Simonne, Vogeltje blijft zingen. Beslagen ruiten. Geur van ajuin, prei en selder. De dampkap zal men binnen 10 jaar wel uitvinden. 12uur......... De Engel des Heren heeft aan Maria geboodschapt. Angelus. Iedereen evenveel ballekes in de soep. Vaatwasser ? Neen ! Schotels wassen. Linnen handdoeken. 14uur......... Mens erger je niet. Dammen, Ganzespel, Paardjesspel. Kleurpotloden, Prentjes knippen, Prentjes plakken. Artis, Historia, Soubry....Punten tellen. De geur van vaders sigaar....... Cogétama................ Roken was nog gezond !!!!!! Appeltaart. 18uur......... Boterhammen............. met Chesterkaas. Confituur van stekelbezen. Een KRUISKEN op het voorhoofd. GOD ZEGENE EN BEWARE U.................. .... Beter dan een kus................ 19uur............ Stille straat............. Pyjamaatje aan. Roodborstje slaapt. Kinderen ook. Wat vader en moeder daarna deden, we hebben het ons nooit afgevraagd.......... Maar..... 5Ojaar later hebben we wel een VERMOEDEN............. 196O............. Zondag............. ZALIG ........................... 2009..............Zondag..............ZELDZAAM .............
In mijn bloed zit SLENS (Sleidinge) en WIBBEGEMS (Wippelgem). Een ODE aan ons DIALECT..................... Algemeen beschaafd, doorspekt met dialect. De jeugd leert heel mooi praten, dat noemt men ABN. Niet dat ik daartegen ben, HO NEEN. Maar met alle respect, ik aa mè an mijn DIALECT. Want......... Zulang de toale leeft es et durp nie dud. Tee'n een bijze zenze nou een schommel. Tubbegeroapten boel es rommel. Een slabbetje ? Ne zivverlap. Ons streekgerecht es Toatchespap. Vensterbank noemekik tabledde. Tegen breiwol zemme Sedde. Een buggy was vroere een poesedde. Mannetjeskonijn es rerre. Een tweespan es een Siedekerre, zwarte pek es terre en Chris Bruggeman noemze Sperre. Een fluitje es een schuifeldink. Ne klennen pruts, nen vernebelink. Een Vallij,kuiln en snodde, gin verstand van, gin petodde. Bang es schou, met u ? mee ou, en nu es nou. Vaatdoeken zijn schoddelvodn. Onhandig zijn da es karrodn. Lisn zijn bodn, opeenvolgen es rodn. Drukken es kakn, applaudiseren es plakn, plassen es pisn en deuresloan es misn. Nietedoen, zijn mè da studn, mij frens zijn weeral noar de kludn ! Boekentas es karnaserre, den bulletin over de wirre. Een grut geluk, een oerechance, iederin wil klabbenanse. Een braadpan da es een platiene, een pertig lief een koeketiene. Foutje, GRUDDE FEDDE, op tiste blad in de gazedde. Een kikker es ne puij, goede middag daddes Huij. Scherlespriet en grachtchensprijn. Een grudde vallij, snibberlijn. Luxeartikel = 't kruimkenuit, ne Gieregoard, nen alvekluit. De vaat ? Da zijn de schoddels. Kommereproat zijn roddels. Een fopspeen es een teude, ne plantrekre een neude, ne kweezle es een seude en kirmesse es leude............. Ekkerdeschekre, overhup. Nen oazoard es nen goeie kup. Een diepe wonde es een gabbe. Mij moedre droag nog geirne een schabbe. De zondag noemt da Schusse. Een boide es een brievenbusse. Boodschappen ? kommisn. Plassen es pisn. Kaarsen ? Zeg moar kisn. Uit de weg goan es ou medn. Tegen wenen zemme bledn. Zuin es tchoesn en Busten zijn loesn. Slechte marchandieze ? Bucht ! Bliksemschicht, nen emelucht. Neusvocht ? Zeg moar snodde. Kmoe ginnen zoen en moar...... een TODDE. In 't geheim esachterbaks, niefeel soeps es niefeel kaks. Een rolluik, da es een persjijne, een trage vrouw es een LAMIJNE. Overdaad es brasn, nen hond die blaft niet, ee moe BASN. Noar de voantches es bescheedn, en gekoksle es woarm eetn. Konklefoezn, achtertgat. Poebeloere es goe zat. Veel verkir, begankenesse, en oarmoe en, es korteresse. Obbelijk edder wa van verstoan ? Zuniet meude mè toch nie sloan.......... kstobbe mee zivveren....................................... TESGEDOAN..............
Moeder ! Dank voor mijn leven, Dank voor mijn jeugd. Dank dat je er was bij Verdriet en bij Vreugd. Ik zeg Dank voor uw goede zorgen. Gisteren, Vandaag en........ Morgen ???????...........
Meestal zijn we bang van dingen die nooit zullen gebeuren. Wees niet bang om 's morgens onbekenden vriendelijk te groeten. Een GLIMLACH kan een leven redden. Geef 1OOgram Liefde, maar verwacht dan geen kilo terug. Een gesproken woord, een afgeschoten pijl en een gemiste kans, die komen nooit weer. Knipoog van Sabine. Als mijn ma een beetje kwaad is op mij, dan noemt ze mij SabineKEN...... Geestig, dat Bloggen. Ik kan iets zeggen, en niemand die mij onderbreekt. Hier ga ik mijnen stek gevonden hebben.
Je bent jong en je wil wat. Je wordt ouder en er is altijd wat. Dit terzijde. Verleden zondag zijner bij ons ZEVEN poesjes geboren. Jaja ! Zeven. Wat zwartjes, wat grijsjes en ééntje wreed speciaal : met een rost plekje op zijn kopken. Straks ga ik toch wat eten. Ik denk dat het zalm zal zijn.