Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Mailinglijst

Vercauteren-home@telenet.be


Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Zoeken in blog

HET SCHARNIEREND SCHUURTJE II
de actieve 60 plusser
Begin te lezen van 1st verhaaltje !
22-11-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.IK MAAK GRATIS RECLAME VOOR DE GEHOORAPPARATEN VAN LAPPERRE, AUDIONOVA, HANS ANDERS EN AMPLIFON

“Zeg schatje, heb je al een idee wat ik morgen moet klaarmaken?” “Mmmmm…”

“ Waar heb je nu eens goesting in?” Manlief zit in de keuken over een kruiswoordpuzzelboekje gebogen. Hij denkt heel intensief na en kribbelt lettertje na lettertje in het Zweedse puzzelboekje. Dat is de manier om zijn Alzheimer-light te bestrijden. “Mmmmm, wat?” “Wat, wat! Ik vraag wat we morgen gaan eten!” Manlief zucht en kijkt mij glazig aan: “Wat ben ik nu weer vergeten?” Vergeten, vergeten..ik trippel met lichte verontwaardiging de keuken uit. Een paar minuten later kom ik met de wasmand de trap afgestrompeld en roep heel luid: “ Moet er nog iets mee in de wasmachine?” Verrek, manlief heeft het gehoord, geregistreerd en er volgt zelfs een antwoord! “Die broek, die in de slaapkamer over de stoel hangt”. “Die zwarte, hallo, hallo! ”Ik ga de keuken opnieuw binnen. “Die zwarte?” “Ja zeg, ik ben dat gezever al meer dan beu hoor!””Welk gezever bedoel je?”Ik sta al onmiddellijk in mijn startblokken om de hoorapparatendiscussie op te rakelen. “Awel, dat geleuter over die zwarte, witte, roze en roet Pieten, zo’n fait divers, waar ze zich mee bezig houden!”“Je bedoelt die schoorsteen Pieten?” “Ja zeg ik ben al lang niet meer mee hoor. Weet ik veel of je nu jaarlijks of tweejaarlijks die schoorsteen moet laten vegen? En als wij die open haard nu nooit meer laten branden, moeten wij dan die schouw nog laten kuisen?” Ik geef het op. “Verdomme je luistert weer gewoon niet hé!” “Ja zeg, jij mompelt altijd zo, of je staat in een andere kamer op fezeltoon iets te vertellen. Kom eens hier in de keuken en herhaal het dan nog eens! Wat moest ik horen, wat was ik vergeten, wat moest ik doen?” “Ik stond verdorie niet in een andere kamer, ik stond juist naast je oor in de keuken”.  “Oké, WAT vroeg je nu allemaal?” “Wat, wat, steek je vinger in je gat, dan proef je pure chocolat…” Ik laat manlief een beetje verbouwereerd achter en ga de wasmachine vullen. Ondertussen denk ik na over de toekomstige logeerpartij in de kerstvakantie van de kleinkindjes. Als ik terug in de keuken kom, zit manlief nog steeds obsessief  in de denksport doorloper- editie lettertekens te krabbelen. “Zeg schatje,  als het weer wat meewil, kunnen we met ons prinsesje naar de zoo gaan en als straks Matteoke komt logeren, willen we dan eens naar het Museum voor Natuurwetenschappen in Brussel gaan? Die grote hoeveelheid dinosaurusskeletten zal hem zeker imponeren! Wat denk je ervan?” “Prima idee.” Ik kan bijna niet geloven dat mijn vraag, door het woordjesschrijvende brein doorgedrongen is. “Ik zal direct eens wat meer informatie op de computer bekijken!” Ik duw de PC open en onmiddellijk komt er een mailtje binnen.

“Schatteke, een mailtje van camping Le Boucanet. Ze mailen dat onze plaats in september gereserveerd is. Jij zal wel superblij zijn, dat je opnieuw naar je lievelingscamping kan gaan kamperen, niet?” “Ja, ik dacht het ook al, dat we beter met de trein naar Brussel kunnen gaan, je kan daar inderdaad bijna nergens meer parkeren!”Ik haal mijn schouders op en zucht gelaten: “Matteoke eet graag Italiaans, ik zal eens kijken of er Italiaanse restaurantjes of pizzeria’s dicht in de buurt van het museum zijn.”  “Italiaans, zeg keukenprinses, heb je al eens nagedacht wat je morgen kan klaarmaken? Weet je waar ik nu al dagen goesting in heb, Italiaans!  Als je nog nieuwe ideeën nodig hebt, ik heb er nog een paar”

Ik heb er ook nog een paar, een paar hoorapparaten die nutteloos in de schuif liggen.

 

Sim, 22/11/2016

22-11-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
05-11-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.PLAS-PIS-POEP EN KAKCONTRACT BIJ ONZE NOORDERBUREN
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Gisteren in de krant:

 

“Consternatie in Nederland nu aan het licht is gekomen dat een rusthuis van een concern dat er zeker twintig uitbaat bejaarde bewoners een “plascontract” laat tekenen. Daarin staat dat ze slechts drie keer per dag naar het toilet mogen.

Gisteren maakte RTV Rijnmond bekend dat in rusthuis Grootenhoek in Hellevoetsluis, behorend tot de groep Careyn, de bewoners op vaste tijden om 11, 14 en 18 uur naar het toilet kunnen gaan. Buiten deze tijden om is dat niet mogelijk, of doet het personeel daar moeilijk over. Soms moeten bewoners wachten met toiletbezoek totdat het personeel klaar is met de koffiepauze.”

Als U in Nederland woont, hebt U dan al samen met Uw uitvaartverzekering, een pamper rekening en een plascontract afgesloten? Als U zulke onzin van onze noorderburen leest, denkt U dan als tachtig jarige al eens twee keer na over dat euthanasiepilletje. Misschien hebt U al eens rondgekeken op welke spoorwegovergang U het best met Uw rolstoelwielen kan blijven steken voor er zo’n zelfmoordexpresstrein U uit Uw plaslijden komt verlossen. Stel je voor dat zo’n plascontract een Europese stelregel wordt! Willen wij, zelfs wanneer we gehandicapt en lichtjes dementerend zouden worden, dan nog wel op deze wijze oud worden, als anderen voor ons gaan beslissen wanneer we mogen pissen en kakken? Je moet maar toevallig in zo’n rusthuis met tweedehands verzorgers terechtkomen. Is dit misschien het begin van het opruimen van de steeds groter wordende bejaardenberg? Oké zulke maatregelen ontspruiten uit het brein van rusthuismanagers met een schrijnend personeelstekort. Ik kan me echter niet voorstellen dat zo’n rusthuisopperhoofd zijn eigen moeder of vader een halve dag met een ‘moeraspamper’ tussen zijn benen zou laten zitten! Dit idee is toch van de pot gerukt! Of juist niet, kak of gene kak, de pot op en wel op de uren die in het contract vastgelegd werden. Terwijl U drukt en tevergeefs wacht tot Meneer de Bruin zich meldt, vermindert U in één keer de werkdruk van het personeel. Als negentig jarige niet-Alzheimer rusthuisbewoonster, die echter niet meer zelfstandig uit haar bed of uit de rolstoel kan, heb je dan toch schijt aan zulke contracten! Je moet maar juist na de verversbeurt van 11 uur de drang voelen opkomen om een bruine trui te gaan breien. Moet je dan wanhopig je laxerende verteerde en gecomposteerde avondmaal zitten terugduwen totdat zo’n Nederlands rusthuis verzorgstertje haar koffiekoek met bakje troost doorgeslikt heeft? Kunt U zich voorstellen hoe het moet voelen als men U, tussen de vooropgestelde uren, met een sompige naar ammoniak geurende pamper in Uw rolstoel hijst en U de gangen richting refter door duwt? Kan U ook reeds voelen hoe U tevergeefs Uw bruintje tussen de contracturen zal proberen terug te duwen? Al staat de sluitspier nog zo strak, aan Uw kont kleeft strakjes kak. Leuk dat Uw lotgenoten, die met U samen aan de 12 u lunch zitten, U al op afstand  kunnen ruiken als U komt aanrijden. Leuk om als U met zijn allen de gehaktballen met puree tussen Uw tanden zit te vermalen, de stront langs Uw steunkousen naar beneden sijpelt. Het woordje smeerpijpen krijgt dan ineens de juiste betekenis, niet?  Toen pissen, plassen werd is het gezeik begonnen! Het Nederlandse plascontract plan lijkt wel een Big Brother bejaardenaflevering. Welke incontinente, gehandicapte, Alzheimer of Korzakov dementerende houdt het langst stand zonder tussentijds onderhoudsscenario? Wie het eerst een plas of een mosterd- bruinkleurige baggervijver onder zijn rolstoel krijgt, vliegt er onverbiddelijk uit. De winnaar wint een persoonlijke toiletverzorgster, inclusief een jaar gratis pampers en mag de WC eend voeren op elk gewenst uur van de dag.

Het is onbegrijpelijk dat in een land waar, in het tijdperk van de centrale verwarming, waar kinderen nog nooit een schoorsteen gezien hebben, men zijn hoofd breekt over de Zwarte of de Schoorsteen Pieten en tegelijkertijd met zo’n bejaarden- zeikplan op de proppen komt.  Gehandicapte senioren, AOW’s  en licht dementerede noorderburen verenigt U en vraag massaal in België asiel aan een paar meer of minder zullen de zaak niet maken! Wij hebben hier nog verzorgsters die met plezier Uw pamper zullen verversen!

 

 

 

 

 

 

05-11-2016 om 18:12 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
01-11-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.EEN HAAR IN DE BOTER

Hebt U dat krantenartikeltje ook gelezen? “De brazilian wax is passé, een volle bos schaamhaar is terug in de mode!” Dat wij dames daar nu zo lang moesten op wachten. En gelukkig stond het in de krant, want anders hadden wij nog steeds tevergeefs en tegen alle moderegels in blijven ontharen. We hadden er ‘so not done’ bijgelopen…

Ik weet nog goed, toen de eerste haartjes op de pubis en onder de oksels kwamen te staan, dat dit voor ons, als twaalfjarigen telkens een stap dichter naar de volwassenheid betekende.

Met argusogen werd elke groeiende stoppel met enige trots ontvangen.

Na lang sparen en puberend volwassen worden, stond er dan  eindelijk een volledige bos schaamhaar.  Samen met de eerste aandacht van het andere geslacht, moesten prompt ontharingscrèmes, scheermesjes en wax aangekocht worden en werd de strijd met al deze overbodige haargroei aangebonden. Het modebeeld wou dat zowel oksels als schaamstreek netjes onderhouden werden. Je moest het als jonge vrouw niet aandurven om met bossen onder je armen en met krullen die langs je sexy lingerie of bikini uitstaken te paraderen.

Het schaamhaar moest er volledig af  of zoals bij de poedels, afgetrimd worden. Brazilian wax werd razend populair. Hierbij werd alleen een verticaal streepje haar overgehouden, dat voor degenen die nog in het seksuele beginstadium stonden, de richting aangaf waar de lamp brandde. 

Okselhaar werd weggeschoren en te weelderige wenkbrauwen werden meestal met een pijnlijk proces geëpileerd. Benen moesten haarvrij en fluweelzacht zijn.

Jaren zijn we zo bezig geweest.  Komen er nu ineens een aantal Hollywood sterren, zoals Madonna, Lady Gaga en Miley Cyrus verklaren, dat zij het ongelofelijk sexy vinden als vrouwen grote bossen schaamhaar hebben en dat beharing onder de oksels alleen maar puur natuur is. Waarschijnlijk hebben deze artiestes zelf enorm last van overdreven haargroei en in plaats van urenlang op de ‘ontharingspijnbank’ door te brengen, willen zij deze verloren tijd hoogstwaarschijnlijk nuttiger invullen. Zij willen met hun uitspraken een kantelmoment bewerkstelligen over het wel of niet hebben van schaam- en andere erogene haargroei. Zij willen met deze verklaringen hun achterban en fans ervan overtuigen, dat niets zo mooi is als een donkere driehoek krullend haar. Onmiddellijk barsten er op Facebook en op allerhande sociale media discussies los tussen verschillende pro en contra’s. De meesten jonge vrouwen vinden haarloze vrouwenlichamen toch nog net iets mooier dan gorilla-ogende toestanden, een paar wollegeitesokkenbreiende feministes ten spijt.

Er komt een tijd, dat samen met de overgang , zowel op ons hoofd als op andere behaarde zones het haar dunner en grijzer wordt en de ontharingsklus dus minder intensief wordt. Alleen krijgen wij, ouder wordende dames er dan op minder gunstige plaatsen haren bij. Harde  snorharen boven en rond de lippen die een zweem van zwarte snor doen vermoeden. Lange krullende solo haren ergens op de kin of op een “tâche de beauté” worden er dan door mij dagelijks met een pincet uitgerukt. Als ik bij andere vrouwen zulke haren op de kin, samen met hun babbelende mond,  over en weer zie wippen, geraak ik gewoon gefixeerd en jeuken mijn handen om onmiddellijk deze baardgroei uit te roeien.

In 2014 won Conchita, een Oostenrijkse travestiet met snor en baard, inclusief  een sexy vrouwelijke outfit  en een James Bond girl gehalte het Eurovisie songfestival. Conchita wou met haar/zijn deelname een statement neerzetten over de steeds meer toenemende onverdraagzaamheid over alles wat niet als “normaal”  geldend is in de wereld. Van alle West Europese landen kreeg zij/hij niet alleen de meeste punten voor haar/zijn lied, maar werd er tevens een middenvinger opgestoken naar Rusland en alle landen die de holebis, transgenders  en anders geaarde opnieuw buiten de wet stellen, hen terug als criminelen behandelen en op deze manier een stap terug richting middeleeuwen zetten.

Terwijl de Oostenrijkse dragqueen de overwinningstrofee omhoogstak, haar/zijn lange haren in de ronde zwierde en tegelijkertijd over haar/zijn baard en snor wreef,  ontstond er in alle westerse Songfestivallanden een enorme grote hype.  Alleen in de bij Rusland aanleunende landen werd er lauwer gereageerd op dit behaarde gebeuren, maar waarschijnlijk vindt men daar  besnorde vrouwen al lang niet meer ongewoon in het straatbeeld.

Zoals wij in de vroege jaren zestig de feministische toer opgingen en onze bh’s over de haag gooiden, mieteren nu sinds dat Eurovisie Songfestival de meeste vrouwen simultaan, alle ontharingscrèmes, scheermesjes, pincetten, epilady’s, warme wax en scheerapparaten in de vuilbak. Vrijheid, blijheid, baarden, snorren, venusheuvels vol pels en oksels met krullende vlechten, alles kan en alles mag!

Yiehaa, ik doe onmiddellijk mee, lekker makkelijk. Eventjes op alle bikini- en badpakfoto’s kijken of er weelderige krullen ontsnappen zodat vrienden en familie kunnen zien dat ik met de leeftijd mijn wilde haren nog helemaal niet verloren heb!  Na twee maanden overwinteren op Tenerife, hoop ik dan maar dat mijn kinderen en kleinkinderen die rare behaarde en besnorde vrouw, die plots voor hun voordeur staat, nog herkennen.

 

 

 

 

 

 

01-11-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
29-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE EEN ZIJN DOOD IS DE ANDER ZIJN BROOD
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Jaarlijks worden er in België op 1 november met Allerheiligen de doden herdacht. Dit ging vroeger misschien nog veel meer dan heden ten dage gepaard met het zetten van grote potten chrysanten op de graven. Voor de ingang van de begraafplaatsen stonden overal in het land de chrysantenverkopers, iets meer ingetogen dan op de plaatselijke markten, hun waren aan te prijzen. Destijds waren er nog geen als buxusbollen grote chrysantplanten met een overvloed aan kleine witte, gele of roestbruine bloempjes. Alleen planten met tennisbalgrootte witte bloemen werden er aangeboden. De prijs werd berekend naar het aantal bloemen er op de plant stonden. Naargelang de belangrijkheid van de overledene en de financiële draagkracht van de familie werden er vervolgens bloempotten van twee tot acht bloemen aangekocht. Ik had er als zevenjarige een broertje aan dood, maar jaarlijks moest ik een week voor deze herdenking met mijn grootouders mee naar het grote kerkhof van Antwerpen, het Schoonselhof.  Deze begraafplaats is niet zomaar een plekje gewijde grond rond de kerktoren maar een immens groot park waar de vele grafperken met grote lanen en hoge bomen van elkaar afgescheiden worden. Moemoe* en Vava* wilden steevast als eersten hun pot chrysanten op de zerk leggen zodat de ganse familie, die daarna op 1 november als in een  optocht voorbij schreed, onmiddellijk kon zien dat zij nooit een dodenherdenking oversloegen. Met de tram gingen we richting stadsrand.

Toen wij aan de ingang van het kerkhof kwamen werden de bloempotten gekocht. Omdat we elk maar twee potten in de armen konden dragen, moest er soms een helpertje van de plantenzaak  meelopen. Dit waren meestal kinderen die in de vakantie en op zaterdag en zondag een centje wilden bijverdienen. Zo ook heeft manlief dit jaren gedaan. Een schriel tienjarig jongetje dat er een beetje uitzag als Ciske de Rat. Hij moest destijds eens een dame begeleiden die zwaar op een stok leunde. Hij droeg de twee grote bloempotten en kwam amper met zijn hoofd boven de bloemtrossen uit. Twee uur aan één stuk dwaalde de dame tussen de grafperken zonder het bewuste graf te vinden. Manlief, toen nog mannetje lief, had zijn armen om de planten gekneld, die stilaan voelden als lood. Toen de dame eindelijk moe gestrompeld was, draaide zij zich om en in plaats van haar geldbeugel te openen, zei ze: “Dat hij deze twee mooie planten van haar cadeau kreeg.”  Hij moest ze dan maar op een graf van zijn eigen familie zetten. Manlief was toen nog een klein braaf kereltje en nog niet mondig genoeg om alsnog achter de beloofde centen te vragen. Volledig beteuterd zocht hij toen nog een half uur lang met twee slapende armen om de gigantische potten geslagen naar het graf van zijn eigen grootmoeder.  Enfin we dwalen af..

Mijn grootouders hadden op de plattegrond van de begraafplaats een circuit samengesteld waar de ontdekkers van de wandel- en fietsknooppunten jaloers op zouden zijn. Er werd aan geen familielid voorbijgegaan. Op verschillende stukken van het traject zag je een rij zwarte auto’s, achter een met kransen behangen begrafenisauto, staan. De zwartgeklede begrafenisstoet, meestal met de pastoor voorop, schuifelde achter de kist naar de laatste rustplaats van hun afgestorvene.  De bloempotten werden op de grond gezet en Vava nam dan ook steevast uit respect zijn hoed af. (Dit respect voor iemand anders is met de jaren volledig uit het beeld verdwenen. Nu zitten ze met petten op in de schoolbanken en debiel in restaurants te eten) De grootste en zwaarste bloempotten werden als eerste bij de grafzerken van de voor mij totaal onbekende ouders en schoonouders neergezet. Hier werd, onder het plengen van een traan, een babbeltje tegen de verweerde stenen foto’s van de overledene gehouden. De grafzerk werd volledig opgekuist en de grond rond het graf van alle onkruid ontdaan.  Dan werd de rondleiding voortgezet,naar alle mogelijke voor mij vreemde broers, zusters, nonkels en tantes. Die kregen allemaal een tweebloemige chrysant op hun buik. Bij Tante Jeanne, die nog snel de week voor 1 november de pijp was uitgegaan, stond er nog een eenvoudig kruisje op de verse hoop aarde. Mijn grootouders verzekerden haar: “Dat ze volgend jaar zeker terugkwamen om te kijken wat voor een soort grafzerk er op haar lapje grond geplaatst zou zijn.” Ik wipte van verveling van het ene been op het andere en keek bedenkelijk naar deze eenrichtingsconversatie. Bij het graf van Nonkel John hadden zij het wat moeilijker. “Hallo broer” zei mijn Vava dan “Je zou steil achterover slaan als je moest weten wat jouw Roza, nu allemaal uitspookt. Al haar vrije tijd spendeert zij aan haar nieuw lief. Ze heeft ook niet lang gewacht om opnieuw te beginnen hé!”. Ik keek gebiologeerd naar de grafzerk, maar nonkel John gaf geen teken van leven, hij lag al plat en draaide zich niet om in zijn graf. De roddel was misschien niet diep genoeg in de aarde doorgedrongen.  

Om de wandeling over de dodenakker ook voor mij wat aantrekkelijker te maken, werd ik nadien door mijn grootouders op chocolademelk en een taartje getrakteerd. Eén week na 1 november moest er zonder twijfel terug naar de begraafplaats gegaan worden om te controleren hoeveel bloemstukken er achtergelaten waren. Vooral een giswerk, wie en voor hoeveel bloemen chrysanten de appreciatie voor de dode was geweest. Ik was als de dood, dat ik weer op mijn vrije schoolnamiddag deze ‘dodentocht’ moest meedoen. Er hielp geen lieve moeder aan, mijn grootouders waren mijn babysit en hoe hard kleinkind ook zeurde, ik moest mee. De meeste bloemen waren al helemaal verregend en enkele toonden al lichte tekenen van verrotting. Sommige planten waren al morsdood, zo dood als een pier. Op de controletocht werd al snel duidelijk, dat er op de oudste rustplaatsen, jaar na jaar minder chrysantenbollen te zien waren. Veel van de familieleden hadden het aardse leven al ingeruild voor een meer begraven of gecremeerde fase. Die lagen nu zelf onder hun grafzerk of uitgestrooid op eventueel familiebezoek te wachten. Soms dwaalden mijn grootouders ook af naar het perk met de eeuwigdurende grafplaatsen. Hier stonden gigantisch grote grafzerken, net huisjes met een deur, waar volledige stambomen onder begraven lagen. Zerken waren versierd met grote beelden van Jezus, Maria en allerhande engelen, die heel devoot met stenen ogen de hemel in staarden. Bij Nonkel John hielden zij terug halt. Er stonden niet alleen verschillende  chrysantenpotten maar ook een plaasteren vaas met kleurige geglazuurde bloemen, met de tekst ‘Van je lieve echtgenote’.  Vava knikte instemmend:  “Kijk John, Roza is je niet vergeten, jongen. Toch lief dat ze daar toch nog tijd voor gemaakt heeft, nu ze het zo druk heeft met die andere. Och John, die affaire zal ook wel doodbloeden!” Als ik moe werd en uit verveling teveel begon tegen te sputteren, liep Moemoe nog eventjes met mij naar een speciaal kinderperkje. Hier waren kleine steentjes versierd met Teddyberen en miniatuur engeltjes. Moemoe zei niets, schudde alleen treurig en meelevend haar hoofd. Waarschijnlijk wou ze mij er op die wijze op attenderen dat ik in tegenstelling met die arme kindjes nog levend rondliep. Daarna zweeg ik dus maar als een graf. Als afsluitstuk begaven wij ons naar het café recht over het kerkhof. In dit etablissement kwamen soms ook families bij elkaar nadat ze juist een dierbare begraven hadden. Zij schoven aan, aan de koffietafel waar de broodjes met ham of kaas al op schotels lagen te wachten en spoelden de koffiekoeken door met sloten koffie. Onder het vertellen van sterke verhalen over de gestorvene liep de zaak van het afscheid nemen soms wat uit de hand. Sommigen van de familie, vrienden en kennissen vonden dan de weg naar de toog van het café waar ze zich dan gewoon op hun eigen gezondheid lieten vollopen. Na elke necropolisuitstap dronken Moemoe en Vava in deze taverne, ook een paar Trappistbiertjes, liefst met een bodempje grenadine. De tramrit huiswaarts was dan ook altijd een behoorlijk stuk vrolijker, want het verdriet was minder pijnlijk als het weggedronken was.

*moemoe = oma

*vava= opa

29-10-2016 om 13:07 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
24-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.PEUMPERZWEUDEN

Vraagje: In wat voor ‘pampermaatschappij’ leven wij nu toch? Ik las in de krant dat men in Zweden de teruggekeerde jihadisten, gratis woonst, gratis rijbewijs en belastingvoordeel willen schenken! Zijn ze daar nu helemaal van de Zweedse pot gerukt? Ik zou nog verder gaan en ze allemaal een job geven. Vermits de doorsnee jihad- collaborateur met zijn herseninhoud zelfs geen Ikea kast in elkaar gezet krijgt, stel ik voor dat ze allemaal een militaire opleiding bij de Zweedse staat aangeboden krijgen. Bij het leger krijgen ze dan een versnelde opleiding bij de Svenska ontmijningsdienst en dan kunnen de Zweuden ze onmiddellijk terug op missie sturen. Zij weten als geen ander waar hun IS- vriendjes hun booby traps, bergbommen en springstoffen verborgen hebben en hebben voor de volgende vijftig jaar gegarandeerd werk.  Als er dan al eens eentje op een mijntje trapt is er nog geen kalf verdronken. Staan de doorsnee rökt -kaviarpastasmeerders en köttbullarvreters nog achter zulke stupide krantenuitspraken?  Vindt men in de andere Europese lidstaten niet, dat het lijkt alsof de hersens van de Zweedse politici aangetast werden door de, meestal jarenlange, thuisgestookte alcohol ? Raar dat er van geen enkele normaaldenkend Europees land commentaar kwam. Waren de Europarlementariërs allemaal teveel bezig met hun postjesstoelendans en het Canadees handelsverdrag? Zaten ze met zijn allen op de televisie naar debatten tussen de Amerikaanse presidentskandidaten te kijken en zich te verkneukelen hoe Donald modder trumpetterde over Hilary of waren ze te opgefokt door Poetin’s  spelletjes Stratego en zeeslag? Was de Russische vloot misschien via het Kanaal en de Middellandse Zee onderweg om voor ons de zuidelijke Europese grenzen eens degelijk af te bakenen?  Europa blijkt er tot op vandaag niet veel van te bakken. Tot op heden kunnen we duidelijk niet voorkomen dat dagelijks opnieuw overladen opblaasbare bootjes en luchtmatrassen vol zwarte gelukszoekers van de Libische oever weggeduwd worden en onze richting uit dobberen. Heel veel vroeger verzamelden wij, voor de arme negertjes, tonnen zilverpapier van de ingepakte repen chocolade. Wat ze daar, in dat donkere Afrika allemaal met die vrachten zilverpapier deden, bleef voor mij als kind en tot op dit moment voor mij een gigantisch groot raadsel. Toen ginds de zilverpapierberg geen echte oplossing bood, gingen de hulporganisaties allerlei evenementen bedenken om geld in te zamelen.  Het meeste bij elkaar gebedelde geld diende vervolgens om de riante lonen en het grote wagenpark van de zaakvoerende hulpverleners te betalen. Met de overgebleven kruimels besloten de humanitaire instellingen om in de Afrikaanse hongerdorpen waterputten te graven en er pompen bij te installeren.  Al na drie maanden zag je de zwarte vrouwen terug met bidons op het hoofd en emmers aan de hand, op blote voeten, twee kilometer afleggen om drinkbaar water te gaan halen. De dorpswaterput lag er verlaten bij en de mooie koperen pomp hing bij de dorpsoudste in zijn hut te blinken. Het was opnieuw een waterdruppel op de hete kokende Afrikaanse plaat. Daarna betaalden wij met zijn allen, via onze belastingen een deel aan ontwikkelingshulp. Geld dat nooit bij de noodlijdende bevolking terecht kwam, maar waarmee de plaatselijke corrupte presidenten en koningen hun kastelen nog wat rijkelijker lieten versieren. Nog een vraagje: Nu de wereld voor deze Afrikanen, via satelliet en internet zo klein geworden is, schrikken wij er dan van dat die zwarten nu de omgekeerde weg, richting noordwaarts, vanwaar het geld ooit kwam naar oorsprong, onze geldbeugel, al stappend, varend of zwemmend afleggen. Zouden wij in hun plaats niet hetzelfde ondernemen om eindelijk een stukje van de op de televisie getoonde welstand op te eisen? Van honger- naar bijstandsneger. In Antwerpen werd vorige week de eerste sigaretten- en prullariaventer in dienst van de ‘zwartemannekesleurdersmaffia’ op de Groenplaats gesignaleerd, zijn zakken vol asielweigeringen en papiertjes met: U moet ons land verlaten. Voor we het weten, zullen we niet meer ongestoord op een Antwerps terrasje een koffie kunnen drinken, zonder dat we voordurend houten maskers, speren, handtassen en namaak merkkledij onder onze neus geduwd krijgen.

Vraag drie: kijkt U al eens naar ‘De Buurtpolitie’ met zijn fantastisch nagespeelde maar soms lachwekkende en onnozele echte politiezaken?  In de krant stond te lezen dat echter de echte politiemensen en rechercheurs, en zeker diegenen die rond het Brusselse patrouilleren, regelmatig tegen een burn out zitten. Zouden jullie niet gefrustreerd raken als je het crapuul, met het middenvingertje omhoog, vrij voorbij het commissariaat ziet lopen nog voor je het proces verbaal uitgetypt hebt? Al wat deze agenten doen, is gewoon dweilen met de kraan open. Om hun werk wat op te leuken, sluiten ze nu intern weddenschappen af: De pot is voor diegene die kan raden, hoe lang in uren, minuten en seconden het duurt voordat een onderzoeksrechter het juist aangehouden boefje terug laat lopen. Wat voor watjes zijn die rechters! Het voorgeleide schorremorrie was al een veertigtal keer voor diefstal opgepakt en had met een engelengezichtje, met de hand op het hart, voor de veertigste keer aan de onderzoeksrechter beweerd dat hij het nooit meer zou doen en werd opnieuw zonder straf  door die zachte ei-rechter terug de grote boze dievenwereld ingestuurd. Krijgen wij als burger niet stilaan het gevoel, dat deze rechterlijke schijtlijsterreacties de straffeloosheid in België in de hand werken?

Je moet maar als slachtoffer, met een gebroken heup in het ziekenhuis liggen nadat dit handtassentrekkertje je onderuit gesleurd had en horen dat die wereldvreemde halfzachte rechters het gespuis, soms zelfs niet eens onder voorwaarden, terug vrijlaten. Met hun vermanende pasop- vingertje hebben ze het boefje toegesproken en wachten nu geduldig af tot het schoelje zijn 100ste diefstal pleegt, zodat ze hem een ‘volhoudingsmedaille’ kunnen uitreiken!

Nog een vraagje: Begrijpen jullie dat sommige advocaten nog de slaap der rechtvaardigen slapen?  Hebben zij misschien een duister complot met een aantal knoeiboelmagistraten, die keer op keer door procedurefouten het tuig ongemoeid moeten laten lopen?

Wat mankeert er aan ons rechtssysteem? Nu moet men mij toch eens eventjes vertellen, waarom een jihadmoeder, die al in de gevangenis zat, midden in terreurniveau 4, terug vrij gelaten werd in afwachting van de uitvoering van een nieuw proces in beroep! Waarom worden terugkerende Syriëstrijders met een enkelbandje en de hoop dat ze uiteindelijk ooit eens gaan deradicaliseren, terug in onze maatschappij geretourneerd?

En die pedofiel, die door verschillende mensen ontmaskerd werd, waarom liet men die na ondervraging terug lopen? Waarom kunnen drugdealerkopstukken lachend het gerechtsgebouw verlaten, omdat er ergens op een papiertje een verkeerde vertaling staat?  Vragen, vragen, zoveel vragen. Gaat daar ooit een oplossing voor gevonden worden? Ik betwijfel het…meer nog ik weet wel zeker van niet! Dus laat ons al eens beginnen met aan die Zweedse idiotiska retande politiker en linkse grav laxlikkepotte te laten weten dat wij, de rest van Europa,  helemaal niet achter hun naïeve wollegeitesokken- krantenidee staan en dat ze dringend moeten stoppen met hun peumpergedeu!

24-10-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
22-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HET IS DE WIND MIJN KIND
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Al enkele dagen raast de Tramontan- wind, vanuit de Pyreneeën over de camping.  Hij duwt tegen de caravans, probeert de voortenten op te hijsen en laat luifels, bomen en struiken flapperen.

Hij dendert tafels en stoelen omver en jaagt alles op zijn pad in een draaikolk omhoog de strakke blauwe hemel in.  

Als je over het strand wandelt, lichaam scherp vooruit, petten goed vasthoudend en zonnebril op tegen het opvliegende zand,  worden je benen met duizend prikken, “gemistraliseerd”.  Parasols slaan over en tollen over de plage. De zee wordt omgewoeld en koelt onmiddellijk af.

Alleen de "die hards"  hebben het strand in een mini camping veranderd.  Overal staan nu halve iglotentjes , de gesloten kant richting wind. De zonnekloppers houden met hun gewicht, de tentjes tegen de grond. Rukwindsgewijs, krijgen hun koppen en lichamen half zon, half schaduw. Maar elke straal van de reeds minder warme september zon moet zonder pardon nog opgenomen worden.
Wind of geen wind, manlief wil langs het Canal du Midi gaan fietsen ! "Je zal wel zien, eens je op het jaagpad bent, komt de wind niet meer van voor, maar langs de zijkant..."

Tararaboemtajee...Terwijl mijn Eddy Merckx, zonder problemen voort peddelt, krijg ik met moeite mijn pedalen rond geduwd. "Alez vooruit, trappen, dat is goed voor je conditie en het calorie verbranden op de buik".

Het enige wat verbrandt is mijn neus. Mijn billen kondigen een milde vorm van zadelpijn aan en mijn kuiten staan even strak als de wind. Telkens manlief een halve kilometer voorsprong heeft, moet hij wachten op zijn “copain”, die de "Vent Mentoux"*  lijkt op  te fietsen. 

Niet opgeven, niet onderdoen. We zijn er geraakt in een onmogelijk verlaten dorpje langs het kanaal de Sète, met mijn tong tussen de pedalen. Er staat één kerk, vijftig huizen en een gigantische dienst van Toerisme, inclusief een gratis museum.  Twee geïnteresseerde toeristen, wij dus, maakten de dag van de van verveling bijna ingedommelde ambtenaar, weeral goed. 

Op de terugweg was ik niet meer bij te houden. De wind duwde mij voort. de Tramontan bracht me op een Tom Boone -niveau. Ik had zelfs nog adem over om luidkeels te zingen "Hé kleine meid op je kinderfiets...., als een witte stip in het groe- oen " I love to ride my bycicle, I love to ride my bike..maar mijn aria’s gingen in de windstoten verloren. 

Terug op de camping bekeek ik mezelf in de spiegel....knalrode kop van  inspanning, een razende blik en een verwaaid, naar alle kanten stekend, uitgefoned Tina Turner kapsel, “coupe Mistral”.

Bij manlief was de wind naar binnengeslagen en kwam er s avonds hortend en stotend uit.. 

‘t Was de wind mijn kind.. 

 

*Vent (Frans voor wind) Mentoux” met verwijzing naar de Mont Ventoux

September 2013

 

 

22-10-2016 om 09:56 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
16-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DROMENVANGER GEZOCHT

Ik scharrel door een donkere buis. Het stinkt hier enorm. Ik kruip hier niet alleen door. Achter mij grijpt een man regelmatig mijn voeten en enkels vast, duwt zijn neus tegen mijn kont. Voor mij kruipt een vrouw met een achterste als een immens grote pompoen. Zij ontneemt mij alle zicht op het einde van de enge tunnel. Het is hier verschrikkelijk warm. Het zweet druipt van mijn gezicht en pikt in mijn ogen. De ruimte is zo eng, dat ik het vocht niet uit mijn wimpers kan wrijven. Het is hier zo smal dat ik mijn armen amper tot aan mijn hoofd kan brengen. Mijn ellebogen schuren tegen de glibberige wand.  De angst omklemt mijn hart en mijn hoofd bonst alsof ik alle seconden een infarct ga maken. Heet, zo ontzettend heet. In de verte hoor ik Herbert Flack naar me roepen dat ik me moet haasten. Als ik hem terugroep dat de lamp op mijn hoofd uitgegaan is, dat ik niet meer zie waar ik kruip en dat mijn hoofd tegen de bovenkant bonkt als ik over die kolossale kont wil loeren, brult hij, dat ik mijn traumatische claustrofobie nu maar eens moet overwinnen! Hij loeit dat ik met mijn handen de wanden moet aftasten en verdomme zo snel als mogelijk in het kantoor moet komen. De vrouw voor mij stopt met kruipen, zij blijft in de benauwde ruimte vastzitten. Iemand moet haar met touwen uit de spleet trekken. De hele menselijke kruiptrein stokt. Warm, de loeiwarme temperatuur stijgt. Er is nauwelijks zuurstof meer. Het is hier om te stikken. Dorst!  Als mijn voorgangster als een gigantische ontstopper uit de rioolbuis plopt,  strompel ik op handen en voeten in een immens grote hal van een grot. Flack duwt mij een draagbare pc in de handen. Mijn vingers zijn verkleumd en hangen vol smurrie, mijn knieën liggen open en in mijn hoofd suizen mijn oren een tamtamliedje. In de grote ruimte staan duizend aangezichtsloze blote mensen, met alleen angstaanjagende ogen, die mij aanstaren en ze wijzen met hun handen naar de computer.  Verhalen, ze willen verhalen. Ik typ azerty- woorden op een querty- klavier. Geen zinvol woord komt er op het computerscherm. Het wordt griezelig stil. Angst, ik moet hier weg. De meute komt dichter en dichter en wil mij vastgrijpen. Ze verandert in de hoofddoekjesbrigade die mij, met mijn inkopen,  naar hun kassa in de winkel willen sleuren. Ik hoor ze schateren omdat ik geen religieusloze kassierster meer vind.  Plots hoor ik een harde knal en de winkel begint in te storten. De bommen zaaien dood en verderf. Een hoop stenen en een zware balk denderen juist naast mij op een groepje winkelende mensen. Ik kan amper de afbrokkelende stenen voor mijn aangezicht wegstoten. Warm, heet, nachtmerrieachtige toestanden en ik kan nauwelijks ademen.  Ik strompel uit het stenen graf.  Overal liggen huilende, vuile en bebloede kinderen. In hun verdrietige ogen wriemelen duizend vliegen. In de verte zie ik mijn zoon staan. Niet de bijna 40 jarige bonk, die hij nu is, maar de kleuter van een jaar of 4, die hij toen was. Hij huilt hartverscheurend. Ik ren naar hem toe en sleur hem mee het winkelcentrum uit recht naar de grote marmeren trappen. Hij roept dat hij moe is en dat hij in de buggy wil zitten. Nergens vind ik een niet beschadigde kinderwagen. Als ik mij omdraai, verandert zijn gezicht in het aangezicht van mijn kleinzoontje. Ik neem hem op mijn arm en ren met hem een lange gang in. Kilometers witte wanden en overal zitten deuren. Ik open ze één voor één, aan de andere kant zie ik alleen maar rotsen en stenen maar nergens een uitgang. Enkel achter één deur vind ik een lift. Paniek bonkt in mijn keel. Tweestrijd, dilemma, red ik ons beiden? Maar ik durf de lift niet in te gaan. Liften zijn eng, traag en blijven overal hangen.  Helemaal in de verte hoor ik mijn tante roepen dat ik mij moet haasten want dat anders de boot zonder mij naar Bordeaux wegvaart. Op het allerlaatste moment kan ik nog aan boord springen. Radeloos zoek ik naar mijn kleinkind. Het schip, dat groter en groter wordt en cruiseschipafmetingen aanneemt vaart met een rotvaart van de kant weg. De boot bonkt tegen de golven in. Mijn maag ramt tegen mijn slokdarm aan. Dorst, ik moet drinken. Heet, warm, de misselijkheid golft over mij heen. Laurette Onckelinck sust mij, zij toetert wat scheldwoorden over mij heen. Het totale horrorverhaal kan niet meer erger worden. Zij troont mij mee naar een kajuit helemaal onderin het megaschip. In mijn kajuit zijn er geen ramen en staat er alleen een bed, er is geen badkamer of wc voorzien. Ik moet dringend plassen. Op zeeziektebenen ga ik op zoek naar een toilet. Het is er aardedonker. Hyperventilerend tast ik alle meubels en muren af op zoek naar de deur. Ik duw ze open, ga twee trapjes af en zet me op het toilet. Net als ik wil plassen hoor ik achter mij geroep. Het geluid komt van heel ver.

Plots steekt er iemand een licht aan en word ik wakker. Ik zit in mijn blote reet in een campingzeteltje onder de luifel van de caravan. Mijn hart gaat nog steeds van boemtataboem en mijn blaas staat op springen.

Manlief kan er niet meer om lachen. Dat is nu reeds de tweede keer deze week dat ik, na een nachtmerrie, slaapwandelend,  in het midden van de nacht mompelend de caravan uitstrompel. Hij foetert dat ik moet stoppen met juist voor het slapengaan die enge thrillerverhalen te lezen!  De nacht heeft nauwelijks voor afkoeling gezorgd. Alle kampeerders liggen gelukkig nog lekker te slapen. Ik blijf nog even zitten, kijk naar de sterrenhemel en luister naar het fluiten van een nachtuil. Mijn hartritme wordt stilaan terug normaal. Ik waggel terug de caravan in en laat me op het toiletje neerzakken. Ik drink een glas gekoeld water en laat me terug in het caravanbed zakken. Manlief duwt zijn arm knuffelend over mij heen. Gered door mijn alerte bedgenoot anders had ik wel degelijk een plas door de campingstoel op het grondzeil gemaakt.

Iemand die mijn droom kan ontleden, schrijf mij gerust!

 

16-10-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (1)
14-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.CARAVAN MET EEN ECHO, MET EEN ECHO, MET EEN ECHO
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Wij hebben geen ‘room with a view’, maar een caravan met een echo. De liefde van mijn leven is (stilaan) hardhorend aan het worden. Langs het ene oor trilt het trommelvlies niet meer op bepaalde klanken en in het andere oor zit er een gaatje in het trommelvlies, een regelrechte toegang naar de hersenen. Doordat ik niet goed articuleer of omdat de wind en de zee teveel lawaai maken, worden alle vragen dus twee tot drie keer herhaald. Van de oeverloze discussies over wat ik wel of niet gezegd heb, word ik zo moe!  Nu heeft manlief ondertussen hoorapparaatjes maar die liggen thuis, in België, veilig in één of andere schuif. Bewust vergeten! Zijn handicap hoeft niet noodzakelijk volledig negatief voor hem te zijn. Zo duwt hij ‘s avonds zijn goede oor in het kussen, de oor met het gaatje recht naar omhoog en creëert op deze manier een volledige rumoerloze camping. Binnen de vijf minuten hoor je hoe de slaap hem al overvalt. Dit terwijl ik nog uren slapeloos lig te woelen, omdat er ergens in de caravan een mug op hoge toon rond zoemt of omdat er ergens op de camping een kraan druppelt. Zo zie je die oorkleppen onmiddellijk toeslaan als ik weer eens begin te zeuren over al de kastjes en schuiven die dagelijks blijven openstaan als manlief iets gezocht of genomen heeft. Doordat ook thuis de radio en tv steeds te hard staan, heb ik op het laatste moment de koptelefoon mee gegrist. Dit zal me in de caravan niet gebeuren! En terwijl de voetbalploegen onder luid gejoel en gezang op het veld komen, wordt met één plug in het gaatje, de caravan in volledige stilte gehuld. De 22 spelers staan als doofstommen hun vaderlandslied te mimen, om vervolgens zonder commentaar van een sportjournalist van links naar rechts te lopen. Maar ik heb geen rekening gehouden met manlief zijn enthousiasme. Regelmatig word ik opgeschrikt, als manlief hardop orders naar de ‘buskesstampers’ roept. Deze lijden waarschijnlijk aan dezelfde handicap, want zij reageren helemaal niet op de geroepen commando's. Helemaal straf wordt het als plots door de volledige stille caravan “GOAL! GOAL!” geroepen wordt, zodat ik in mijn hoekje met mijn e-reader bijna een hartverzakking krijg. Ook babbel ik over dingen waarvan mijn schat maar enkele woorden opgevangen heeft. Met die woorden maakt hij dan zelf een nieuw verhaal. Dit verhaal hoor ik hem dan vervolgens doorvertellen aan vrienden en kennissen, met de vermelding dat het van mij komt. Ik sta er dan als een volledige idioot bij, want ik heb dit verhaal nog nooit gehoord, laat staan, dat ik dit ooit zou verteld hebben. Maar ik moet eerlijk zijn, die handicap is ook voor mij soms ook een positief gegeven. Zo wacht ik geduldig af tot het mannetje wat te lezen heeft. Eén ding tegelijk en dus wordt de bloedstroom van de hersens naar de oren onmiddellijk afgesloten. Ik begin dan mijn verhaal met wie ik nog allemaal wil uitnodigen en wat ik nog allemaal plezants wil doorvoeren. Midden in mijn betoog vraag ik dan voor alle zekerheid: "Dat vind je toch goed hé?" Met één oog op de leesstof en het andere naar mij, antwoordt hij dan: “mmmm ja,” om vervolgens zo snel mogelijk terug in zijn verhaal te duiken. Dan som ik alle nieuwe aankopen en de bijbehorende prijskaartjes op… Zo kan ik nadien, met de hand op het hart, volmondig zeggen: "Maar dat heb ik toch allemaal verteld!" Het strafste is nog steeds als ik zeg: "Zet die tv wat stiller alstublieft! "ZET DIE TV wat stiller alstublieft!" “ZET VERDOMME DIE TV WAT STILLER!” er plots een reactie komt.  "Ge moet niet zo roepen. Ik ben niet doof hoor.” Er is maar één zinnetje dat zonder problemen zijn trommelvlies al na één keer doet trillen en nooit herhaald dient te worden: "Wil je een glaasje wijn?" Je kan dus een debat voeren over 'wat is horen, niet horen of luisteren'.

Dus onze caravanbuurtjes zullen stilaan geloven dat er een echo huist in onze caravan, dat er een echo huist in onze caravan, dat er een echo…

 

 

14-10-2016 om 16:16 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (1)
08-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZAKKENVULLER
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Heel lang geleden, kreeg ik als 25 jarige een uitnodiging om een gratis baarmoederhalskanker onderzoek te laten doen. Gratis is gratis, en dus werd de dure gynaecoloog voor een jaartje uitgesteld. Ik maakte een afspraak in de Middelares kliniek van Deurne, meldde me een kwartiertje vroeger aan en werd prompt als eerste in een kaal wachtzaaltje gedropt met als enige troost een paar roddelblaadjes van 2 jaar geleden. De BV’s die toen kwamen verklaren dat ze de man of vrouw van hun leven gevonden hadden, waren ondertussen al luid vuilspuwend en met veel publiciteit uit elkaar gegaan. Ik keek op mijn uurwerk en zag dat de vooropgestelde afspraak al met een kwartier overschreden was. Iets in het universum liet de uurwerken en klokken van patiënten en dokters niet synchroon lopen ! Ondertussen waren er al een aantal nieuwe dames uurwerkstarend en mopperend bijgekomen.

Na een half uur wachten, kwam er een verpleegster mij halen en nam me mee naar het kleedkamertje, “Mevrouw Cornelis, Alleen de onderkant vrijmaken, ik kom U zo dadelijk halen”. Het deurtje ging aan de andere kant open en zij troonde mij mee in het dokterskabinet.  Ze scheurde een rol papier af op de behandelingstafel en even leek het, dat zij mij zou gaan inpakken als geschenkje. “Leg U maar hierop, de benen in de beugels, de dokter komt zo dadelijk”. Terwijl ik al geruime tijd,  een beetje verveeld met al mijn openingen bloot en bungelende benen in die stangen lag, kwam het me voor dat de uitdrukking “zo dadelijk” in geneesherentaal klaarblijkelijk een totaal andere betekenis had. Juist toen ik de verpleegster wilde vragen, of het nog voor vandaag zou zijn, ging eindelijk de deur open en een gehaaste Alain Delon “look alike” kwam met een nog open flapperende doktersjas zijn praktijk binnen gespurt. Zonder mij aan te kijken wapperde hij me voorbij richting zijn bureau.  Toen gebeurde het onvoorstelbare…ik bleef met mijn grote teen in zijn jaszak haperen !  Een voor hem onzichtbare kracht remde zijn tocht af en trok hem terug in achteruit. De dokter keerde zich om, met een “héla héla wat gebeurt er ?” pulkte hij mijn grote teen uit zijn jaszak en ging met een zucht achter zijn bureel zitten.  Het “schaamrood” verspreidde zich over gans mijn lichaam. Hij nam gejaagd een plastiek mapje en haalde hier een dossier uit.“Mevrouw Cornelis” ?  Hij keek recht in mijn kruis alsof zich daar de bevestiging van mijn naam bevond.

Mijn onderste lippen lagen geopend in een grote O, terwijl mijn bovenste lippen in mijn tomaatrode kop gewoon dienst weigerden.  

Met toe geknoopte doktersjas zette hij zich tussen mijn geopende knieën, duwde een soort metalen eendenbek bij me naar binnen en plukte een stukje uit mijn binnenkant. Dit alles zonder mij één blik te gunnen.

Zie zo Mevrouw Cornelis, toch niet teveel pijn gedaan hoop ik” U mag zich terug aankleden” Terwijl ik in mijn blote reet terug richting kleedkamertje ging, voegde hij er nog aan toe “U mag het resultaat met de post verwachten en bij slecht nieuws, wordt Uw huisdokter op de hoogte gesteld…en in het vervolg, niet meer in mijn zakken zitten hé !

Ik durfde mij niet meer omdraaien, stotterende “dag dokter” en trok mij, met een kop zo rood als een rode biet terug in het kleedhokje. Terwijl ik mijn broeken terug opstroopte, was dit kamertje plots veel te klein en veel te heet. Mijn lichaam voelde als een uitslaande brand ! Ik geneerde mij dood ! Ik had zojuist de eerste man in mijn leven tegengekomen, die mij volledig monddood gemaakt had !

Met een kop, zo rood als een kreeft, kwam ik uit het kleedhokje en terug voorbij de wachtkamer. Vier paar wachtende vrouwenogen staarden mij aan… Een wat oudere vrouw wees heel opvallend naar haar uurwerk en zei: “Awel kindje heb jij daarbinnen soms een speciale beurt gehad, dat willen wij ook wel hé dames?  Ik grijnsde naar ze, haalde mijn schouders op en schreed met het schaamterood op mijn wangen voorbij. Het gemompel en het geroddel volgde mij de ganse ziekenhuisgang door..

Laat ze maar raden wat er daarbinnen gebeurd is ! Eén voor één zullen zij zich later afvragen, “wat heeft zij, wat wij niet hebben”?

Ha ha, Alain Delon,  jullie zouden wel willen !

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

08-10-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
27-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OUDERSCHAPSEXAMEN MISSCHIEN EEN GOED IDEE?
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Weten jullie, dat als de kleinkinderen op bezoek komen en ze al de ganse namiddag kissebissen en vechten over wie de tablet mag vasthouden of welk kinderprogramma op televisie bekeken mag worden, ik ze na een tijdje dreig met: “Als jullie het nu niet als de bliksem met elkaar eens worden, dan gordel ik jullie in de auto vast. Ik rij naar een leuke afgelegen parkeerplaats, liefst ergens in de gloeiende zon, sluit elektrisch de ruiten, doe de auto op kinderslot en ga dan zonder jullie twee, op mijn gemak in het winkelcentrum in alle tienerboetiekjes, waar ze alleen maatjes 34 tot 38 verkopen, op zoek naar een leuk ensemble maatje 44. Dat kan wel eventjes duren, dus tegen de tijd dat ik terugkom, hebben jullie noch drinken noch lucht en dan zullen jullie wel vanzelf stil worden!” Ze kijken mij dan vol ongeloof en angstig aan, luisteren  onmiddellijk en kijken daarna samen mokkend naar herhalingen van de oude K3 filmpjes. Dit is natuurlijk helemaal niet waar, maar in het huidige kinderverwaarlozings -klimaat zou je van niets meer moeten schrikken!

Wanneer is er een mensensoort opgestaan die geen verantwoordelijkheid meer kent en die zijn eigen kinderen vergeet of vermoordt? Een telefonerende, internetende, facebook lezende en pockémon zoekende generatie ouders die alleen maar egoïstisch met zichzelf bezig is. Ik word zo razend als je die dagelijkse krantenartikeltjes leest.

Gisteren in de krant: Eén of andere tienermoeder, of bij nader inzien verander de m in een l, legt haar peuter van twee ’s nachts op de achterbank van de auto te slapen en gaat in één of andere dancing met wat vriendinnetjes uit de bol. Het kindje werd wakker, zette het op een angstaanjagend huilen en een toevallig nachtelijke passant belde de politie om het jongetje te bevrijden. Hoe debiel kan je als ‘moeder’ zijn? Zal die huppeldepup discoqueen het ooit begrijpen, dat ze haar zoon zijn ganse verdere leven opzadelt om van de ene peut naar de andere te moeten lopen om zijn opgelopen kindertrauma te verwerken? Hopelijk werd ze uit de ouderlijke macht ontzet wegens opzettelijke verwaarlozing en heeft het jongetje nu een zorgeloze jeugd bij een fantastisch kinderloos pleegoudergezin .

Hebben jullie ook in de krant of op de site die You tube film gezien van die winkelende bijstandsman? Leuk dacht ik, man doet de boodschappen. Op het filmpje was te zien, hoe die klootjesvolkvader, met beide handen zijn winkelkarretje in de supermarkt op een racetempo voortduwde. Onder zijn rechterhand hield hij echter het haar van zijn vijfjarig dochtertje geklemd en sleurde het kind krijsend voorbij de groenten- en fruitafdeling. Het kind huilde, of papa er aub mee wou ophouden, want het deed zo’n pijn! Ik word daar zo boos van. Boos, gewoon woedend en niet alleen op deze machozieke kloothommel maar tevens op die ‘iemand’ die het hele gebeuren filmde. Moet je op dat moment, in plaats van met je filmende smartphone in aanslag te staan, niet de ganse supermarkt bij elkaar gillen! Brullen, dat er een meedogenloze kinderbeul aan het werk is. Op zijn bek moest je hem timmeren! Oké, je hebt nu het bewijs en je hebt de politie gebeld en daar  komt dan zo’n aspirant- agentje op af, die zegt dat er geen klacht kan worden neergelegd, want dat het kind geen blauwe plekken vertoont. Godverdomme, dat is juist waarom die mishandelpapa zijn dochterbij aan de haren voortrekt. Lekker geen bewijsmateriaal achterlaten.

Soms kan het nog erger en kunnen de baby’s of peuters het niet meer navertellen. Ik slaap ’s nachts niet meer van verontwaardiging en woede als er in de krant of tijdens het journaal weer zo’n verhaal van kinderverwaarlozing opduikt.

Ouderechtpaar laat babytweeling achter in hete auto op de parking van het shoppingcenter en gaat lekker winkelen. Als de shopverslaafden na enkele uren terug op de parking komen, zijn ze heel verontwaardigd, eisen vergoeding en dreigen met een rechtszaak, omdat alerte winkelbediendes de autoruit aan diggelen geklopt hebben om de baby’s te redden. 

Wat dachten jullie van het artikel in een krant van deze week; Echtpaar zit bij vrienden in de zomerse hete tuin te pintelieren en ziet niet dat hun zoontje van vijf al een paar uur verdwenen is. Niemand merkte wat op, niemand miste het kleine jochie! Wat was er gebeurd? Het kleutertje was stiekem terug in papa’s auto geklommen op zoek naar zijn knuffeldekentje, dat nog op de achterbank lag. Het autoportier, met kinderslot, was terug toegeslagen en hun kind bleef uren achter in vaders zuurstofloze heteluchtoven Mercedes. Als het yuppenechtpaar niet zo, met zichzelf ingenomen, had zitten kwekken en cocktails hijsen, dan hadden ze misschien hun kleuter nog kunnen redden. Denk dat zelfs na zo’n tragedie ook het huwelijk niet meer te redden was.

Post natale depressiemoeder vergeet baby in oververhitte auto. Onmiddellijk staan we met zijn allen met onze commentaar klaar en sabelen we de vergeetmama onverbiddelijk neer. Misschien was het echter alleen een samenloop van omstandigheden. Misschien als het winter was geweest en niet die alles verterende warme hete zomer…Misschien had ze, na negen maanden met die dikke toeter te hebben rondgelopen, wel een wolk van een baby verwacht en niet die darmkrampkrijsende huilbaby. Misschien was ze al een tijdje depressief het feit aan het verwerken dat haar vrolijke Frans het sinds de eerste  huwelijksjaren al niet meer zo nauw nam met de eeuwige trouw en regelmatig het groenere gras aan de andere kant opzocht.

Misschien had ze juist ontdekt dat haar carrièremannetje vandaag niet alleen,  maar samen met zijn secretaresse op zakenreis vertrok. Die ging duidelijk niet mee om de koffers te dragen of de dossiers te sorteren. Misschien zag de mama vanmorgen het pak condooms in het koffertje tussen de pyjama zitten?

Misschien had ze een ganse nacht wiegend met een krijsende baby tegen haar boezem rond gedrenteld en zag ze nu haar workaholicventje met een huppelpasje, een zakenkoffertje vol condooms en een beginnende erectie naar zijn auto rennen terwijl hij riep: “Geen tijd vandaag om langs de crèche te rijden, breng jij Sofietje eventjes voor je gaat werken?” Misschien had de burn out -mama juist vanochtend naar haar baas moeten bellen en zeggen dat het vandaag helemaal niet ging. Maar de hypotheek, de twee auto’s, de breedbeeld televisie en de designmeubels moesten nog afbetaald worden en dus kon ze het risico niet lopen om haar job te verliezen. Dus gespte ze de maxi cosy met haar huilende dochtertje in de auto vast en reed richting kinderdagverblijf. De zonnestralen weerkaatsen reeds warm op de voorruit. Het zou opnieuw een hele hete zomerdag worden.  Onderweg hield het dreinen eindelijk op en sukkelde de baby eindelijk in ‘t slaap. Het werd rustgevend stil in de auto en mama vergat haar medepassagiertje terwijl ze snel naar het kantoor reed. De burn out werd een black out! Terwijl papa in het buitenland, tijdens de lunch, aan zijn zakenpartners verklaarde, dat hij het dessert letterlijk en figuurlijk wou laten staan, omdat hij en zijn secretaresse nog wat gegevens en andere dingen dringend moesten inbrengen, stikte Sofietje in de nog niet afbetaalde BMW.

Moeder verdrinkt haar drie kinderen omdat de vader haar verlaat en de echtscheiding aanvraagt. Vader wurgt moeder en zoontje tijdens familiedrama en pleegt daarna zelfmoord. Vader mishandelt stiefzoontje omdat het de ganse nacht huilt. Moeder bindt kind zes jaar lang aan tafelpoot vast omdat het niet luistert…Oom misbruikt nichtjes van acht en zes jaar oud, moeder was op de hoogte.

Terwijl er zoveel kinderloze ouderparen van fertiliteitkliniek naar vruchtbaarheidsbehandeling dwalen, adoptieouders maanden in het buitenland moeten logeren alvorens ze hun wensbaby mee naar huis kunnen nemen, zetten onvolwassen en onverantwoordelijke randdebielen, zonder ook maar enige gêne kinderen met een rugzakje vol miserie op de wereld!

En net toen ik dacht dat het nu weer een beetje krantenartikelstil zou zijn over al die hopeloze probleemouders, las ik vandaag opnieuw in de krant, dat in Maleisië een moeder haar peuter, met zijn blote billetjes, op het hete gloeiende beton dumpte om haar parkeerplaatsje vrij te houden…Je kan het zo erg niet meer bedenken. Zou je voor zulke mensen, die zich ouders durven noemen, niet eventjes stiekem wensen, dat de hel echt zou bestaan

Onze vakantie loopt stilaan ten einde en straks zien we onze kleinkindjes terug. We hebben ze vreselijk gemist! We zullen opnieuw kunnen genieten van hun gekibbel, gegiechel en hun gegrinnik. We worden al warm van binnen als we aan hun glunderende snoetjes denken, aan hun zachte armpjes rond onze hals als ze de duizend opgespaarde zoentjes op onze wangen drukken.  Ik ga ze doodknuffelen…heuh…misschien niet zo’n goede woordkeuze na zo’n sombere column!

 

Sim, Vichy 25 september 2016

27-09-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
21-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.AUTOVRIJE ZONDAG IN BRUSSEL

Dag Sire,

Of mag ik Filiep zeggen?

Ik zag U laatst op het televisienieuws samen met Uw kroost in de Brusselse binnenstad rondfietsen. Hebt U ook zo genoten van de autovrije zondag? Was het een idee van U zelf, om tussen het gewone volk rond te fietsen of vond Uw adviseur dat dit Uw imago goed zou doen? Ach, ik zag dat U er wel degelijk plezier in had, want constant rondjes fietsen over de paadjes van de Koninklijke tuinen begint uiteindelijk heel erg te vervelen. Vindt U de bijna dagelijkse betogingen en stakingen in Uw mooie stad niet belachelijk enerverend worden? Ik zag U ook naar het Federaal Parlement en naar het Koninklijk Paleis gluren. Wat ging er toen door Uw hoofd? Hebt U ook schrik, dat na de volgende verkiezingen, de Wetstraat terug volledig in Vlaamse handen zou kunnen komen? Hebt U Uw kinderen al fietsend van deze mogelijkheid op de hoogte gebracht. En in welke taal hebt U dit gedaan? Wist U dat er vroeger een liedje over vier Weverkes bestond, die ter botermarkt gingen, maar de boter was er zo diere? Toen waren het er vier en nu is er maar één waar U rekening mee zult moeten houden! Hebt U al eens overwogen, dat als de linkse partijen bij de volgende verkiezingen opnieuw zouden winnen, de volgende eerste minister wel eens een isla-mietje (woordspeling) zou kunnen worden. Dat zou dan weeral eens wat anders zijn dan een Italiaanse rode homo aan het roer! Was U de koning te rijk, toen U zag dat er nog echte Belgen waren, die met de driekleur naar U stonden te zwaaien? Was Mathilde niet te moe om mee te fietsen? Misschien moet U haar, voor haar  volgende verjaardag, maar eens een elektrische fiets cadeau doen. Ik heb mij laten vertellen dat zo’n kleren- pas-sessie bij couture Nathan, niet in de koude kleren gaat zitten. In dezelfde week dan nog hier en daar wat lintjes doorknippen en in sommige kleuterschooltjes, in het Nederlands op een wat logopedische zeurtoon, wat sprookjes voorlezen daar wordt je toch zo hondsmoe van.  Leest Mathilde nog steeds voor  uit de sprookjes van wijlen Koningin Fabiola of heeft ze al zelf een oeuvre op stapel?

Dat was op21 juli nogal schrikken hé! Had U nu echt gedacht dat oma Calabria en opa Bibber voor de feestelijkheden naar België zouden overkomen en dan ineens de Koninklijke kleinkinderen terug zouden meenemen naar hun buitenverblijfjes in Rome, aan de Italiaanse kust of Zuid Frankrijk? Met zo’n belachelijk klein pensioentje had U wel kunnen vermoeden dat Uw ouders echt geen retourtje Brussel meer zouden kunnen betalen, niet waar? Hadden U en Mathilde al plannen gemaakt, om nu de kinderen uit logeren waren, net als tijdens in Uw verlovingstijd, elkaar romantisch alle hoeken van de paleisvertrekken te laten zien?

Ik zie dat U en Uw familie allemaal goed kunnen fietsen. Kunnen de kinderen ook al goed zwemmen? Ik zou mijn hart vasthouden als mijn kroost zonder zwemdiploma  bij oma en opa aan de Middellandse Zee zouden gaan logeren. Ze moesten zonder zwemervaring maar eens van die Koninklijke Zodiac flikkeren. Voor ze het merken zet een reddingsboot ze af op Lampedusa.  Als ze met vakantie bij oma en opa logeren, komen de nichtjes en neefjes dan ook? Praat oma Calabria ook een mondje Italiaans met hen? Hebben ze in verband met het koninklijk pensioen het volgende zinnetje : “Io disprezzo la popolazione Belga” al eens horen vallen?

Het zal wel een vrolijke bende zijn, vooral als die gekke oom Lau ook met vakantie komt. Of zijn Uw ouders en Uw jongste broer nog steeds op ‘no speaking terms’? Spijtig dat Tante Fabiola er niet meer is, die kon waarschijnlijk de ganse bende onuitputtelijk met haar Spaanse mopjes entertainen.

Hebt U geen schrik dat Uw oudste dochter op vakantie een Italiaanse Romeo leert kennen en met deze prins op het witte paard een passionele Facebook- en Skype- tienerrelatie gaat beginnen? Gaat U haar dan op het Koninklijke Perzische tapijt roepen? Vakantieliefdes zijn heel gevaarlijk hoor en het kan misschien zelfs in de genen zitten. Uw papa struikelde toch ook, op een Italiaans strand, over een Paola Ruffo di Calabria. Hebt U al opleidingsplannen gemaakt voor Uw drie overige kinderen die de kroon niet erven en straks dotatieloos voor zichzelf zullen moeten zorgen? Misschien kan U voor de troonopvolgster ook al maar wat andere plannen maken, want misschien heeft Uw gesplitste koninkrijk  haar in de toekomst ook helemaal niet meer nodig.

Hebt U werkelijk een vliegbrevet en vliegt U dus nu zelf met de kroost naar Italië? Moet U dit brevet, net zoals alle andere piloten om de vijf jaar vernieuwen?

Mag ik U eventjes een intieme vraag stellen? Hebt U al zo’n hype tattoo?  Ik veronderstel dat U ergens op Uw lichaam zo’n driekleurige Belgische Leeuw staan heeft met daaronder de namen van al Uw kinderen. Mogen wij die dan eens bewonderen als U in short of in zwembroek op de voorpagina van Royalty zal prijken? Hopelijk schuinsmarcheert U niet zoals Uw papa, want dan hebt U naderhand problemen met de grootte van de tattooplaats die maar voor een aantal kindernamen voorzien werd.  Denk U soms aan Uw halfzuster als U zo met de ganse dynastie rond de spaghetti zit? Dat was niet alleen voor Uw familie maar tevens voor de ganse roddel- en rioolpers eventjes smullen, niet waar?

Ach Sire,  als U wat dichter bij Uw bevolking wil staan, tracht U dan eens aan Uw ouders uit te leggen dat de meesten onder ons, hard, heel hard hebben moeten werken voor ons minimale pensioentjes en dat wij ons, na jarenlang sparen, zelfs geen aankoop van een miniflatje , als tweede verblijf kunnen veroorloven in Zuid Frankrijk of in Italië, noch een privéjachtje in één of andere miljonairshaven hebben liggen. Gaat U hen dat uitleggen? U moet toch eens klaar en duidelijk aan Uw vader mededelen, dat door zijn botte en ondankbare reactie op zijn verminderde dotatie, hij zijn vroegere onderdanen en de nieuwe politici de perfecte instrumenten aanreikt om de poten onder Uw troon weg te zagen.

Ach Sire, Filiep, U moet mij niet onmiddellijk laten weten of U dat gesprekje met Uw vader gehad heeft hoor. Als U, voordat U Uw geleuter aanheft bij de volgende kerstrede maar eens recht in de camera kijkt en eens tweemaal knipoogt, dan weet ik dat de boodschap in Italië aangekomen is.

Nu Sire, misschien tot op de volgende autoloze zondag in Brussel, of gaat U nu ook in de Vlaamse gordel meefietsen?

 

Sim

 

Marseillan-plage, met een klein pensioentje, lekker voor de caravan in het zonnetje

 

 

 

 

21-09-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
19-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HOW MUCH IS THAT DOGGY IN THE WINDOW?
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Elke morgen worden wij wakker geblaft door de hond van de campingeigenaar.

Deze bewaakt de privévertrekken en loert door het houten hekje naar de containers in het vuilnisstortstraatje. De hond heeft zijn hondenpoten vol met het afblaffen van de brave rondtoerende ‘selecteerkampeertoeristen’, die ’s morgens vroeg hun vuilnis in de desbetreffende containers komen dumpen alvorens ze opnieuw op pad gaan. Het geblaf wordt erger als hij door het houten poortje andere honden ziet voorbij trippelen.

Helemaal erg wordt het geblaf en gegrom als de lange Hollandse anorexia overgrootmoeder,  met een racesnelheid van een kreupele naaldslak, haar mankepoothondje voorbij sleept. Keesje, haar driepikkelende reumatische hondje zwalpt met zijn tong tot tegen zijn poten achter haar aan. Eén pootje komt nooit meer tot tegen de grond. Het duurt eeuwen alvorens ze de ingang naar het sorteerstraatje voorbij gewandeld zijn. Als we opmerken, dat ze voor Keesje nog te snel doorschuift, zegt ze, dat het diertje bijna 16 jaar oud is en dat, als zij nu nog trager moet stappen, ze met die mistralwind, zelf omver valt. Keesje had het liefst zo snel mogelijk zijn mankepootje tegen de eigen caravan opgeheven. Ergens onderweg had hij ook al op de camping een paar naar andere honden geurende plasstopjes ontdekt, maar dat mag niet van de campingeigenaar en dus wordt het hondje door die magere wandelende tak onverbiddelijk helemaal de camping door getrokken. Dat zo’n reumatisch oud reutje in een hondenkinderwagen zou voortgeduwd worden, zou men nog kunnen begrijpen, maar als je op straat ziet, welke soort honden er als babies in draagzakken op de borst of in handtassen gedragen worden, dan vraag ik mij af wat die mensen bezielt. Die diertjes grommen soms uit frustratie als ze hun soortgenootjes als echte honden snuffelend aan de leiband zien flaneren. De meeste honden zijn echte schatten, echt de beste vriend van de mens, het zijn meestal de baasjes die niet deugen! Blijkbaar is het een nieuw fenomeen, dat zowel mijnheer als mevrouw hun eigen hond moeten hebben. Beiden gaan ze de ganse dag uit werken en dan vinden ze het zo zielig als er één hondje eenzaam, zielig en alleen de ganse dag op hun moet wachten. Dat noemen ze dan dierenliefde.

Als we ’s middags op het terras van een restaurant lunchen, komt er een echtpaar met een hond aan een tafel recht tegenover ons zitten. De hond wordt door mevrouw als een kind vertroeteld en van elke schotel wordt er een stukje in het hondenbekje geschoven. Als het baasje binnen in het restaurant de rekening gaat betalen, laat mevrouw het kroezelsmoeltje los en het dier loop door het restaurant recht naar zijn baasje. Als de restauranteigenaar zegt, dat hij niet kan tolereren dat honden loslopen tussen zijn gedekte tafels, roept de beledigde mevrouw haar pluizenbol terug. Hij wordt op de arm genomen en begint zijn bazinnetjes mond af te likken. Zij opent haar mond en de twee likken aan elkaars tong. De rillingen lopen over onze rug. Manlief houdt het niet meer en zegt dat dit heel onhygiënisch is, zeker in een restaurant. De vrouw antwoordt, dat haar hondje veel properder is dan de meeste mensen. Hierop reageert manlief,  dat dit misschien wel zo kan zijn, maar dat de mensen niet aan hun eigen ballen likken, niet met hun neuzen aan alle man’s urine lopen te snuffelen en niet eerst willen neuzelen welk ras die enorme stinkende grote bruine bolus gelegd heeft, alvorens zijn eigen keuteltje ernaast te leggen. De vrouw haalt verontwaardigd haar schouders op en laat opnieuw het hondje met zijn kleine roze tongetje aan haar tong likken. De echtgenoot staat er wat beschaamd bij en denkt waarschijnlijk met enige weemoed aan de tijd, dat hij zijn vrouw nog niet moest delen met een tongende poedel.

Sinds 15 september mogen de honden terug op het strand.  Ze lopen en zwemmen uitgelaten achter de bal aan die hun baasjes in de zee gooien. Sommigen rennen totdat de eerste golf zeewater tegen hun pootjes komt en blijven dan plots als een versteend standbeeld staan. Ze zetten zich in hun achteruit en gluren verontwaardigd naar hun baasjes om te zien of die idioot nu werkelijk zou verwachten dat ze de grote zee zouden ingaan. Anderen kwispelen langs de vloedlijn en leggen er een grote drol. De baasjes kijken dan, zogezegd per toeval, juist de andere kant op. Als wij ze blijven aanstaren komen ze betrapt op hun stappen terug en wriemelt de man een plastiek zakje uit zijn zwembroek. Daarna loopt hij met zijn stronttrofee naar de eerstvolgende vuilnisbak.

In de namiddag gaan ook wij naar het strand. Juist naast de strandingang zit de schriele Tante Sidonia, in monokini, in een stoel te zonnen. Iedere campinggast die het strand betreedt, staart vol ongeloof naar die twee necrofiele bruine theezakjes. Het doet bijna pijn aan de ogen. Misschien is die Nederlandse mevrouw wel degelijk ziek, of ziek geweest en geniet ze nu van de weldadige zonnestralen op haar  lichaam. Wie zal het zeggen? Van Keesje, haar hondje is niets te bespeuren. Die heeft misschien zijn Hollandse laatste hondenadem op Zuid Franse bodem uitgeblazen.

19-09-2016 om 20:27 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
13-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HELAAS PINDAKAAS

Sinds enkele jaren voert mijn lichaam een gevecht tegen allerlei voedselallergieën. Als kind had ik al last van een melkintolerantie, zodat ik ook nu nog bij elk dessert moet wikken en wegen hoeveel melk, room, of naar melk smakende pudding of ijs, mijn lichaam zonder problemen kan afvoeren. Nu heb ik er onlangs een look- en champignonallergie bij gekregen. Argeloos één lepeltje saus eten,waar deze ingrediënten in verwerkt werden, kan voor mij reeds resulteren in een namiddag, een avond en een nachtje krampachtig pot zitten met de rol toiletpapier op mijn trillende knieën. Daarboven op komt nog mijn schelpallergie, door op een welbepaalde vakantie teveel oesters en mosselen van Bouzigues te hebben gegeten. Mosselen, oesters, messen, venusschelpjes en sint jacobsschelpen behoren sedert jaren tot het verleden. Eventjes het lot tarten en een mosseltje meepikken, leidt niet alleen tot helse kolieken maar doet het licht uit in mijn hersenpan en laat me gewoon tegen de vlakte gaan. Dus vrienden moeten voor elk etentje op de hoogte gehouden worden van mijn allergie evolutie, in het restaurant moet ik het menu tot in het kleinste detail bestuderen of een welwillende kok vinden die de boel wil aanpassen.

In mijn ‘pre-allergisch tijdperk’ ging het er dus helemaal anders aan toe. Tijdens onze wereldreizen zetten wij onze tanden in alles wat wij enigszins door de lokale bevolking als voedsel aangeboden kregen. Hoe uitzonderlijker of vreemder, geurend of stinkend, soms smakkend van genot, soms rillend van afkeer, het ging er allemaal probleemloos in.

Men had ons echter verwittigd om tijdens een Egyptische Nijlcruise, alles te pellen en geen gewassen sla of rauwe groenten te eten. Dus tomaten en zelfs dadels werden geschild. Na een uitstap naar de vallei der Koningen, kieperde ik, en met mij bijna alle medepassagiers, op één onoplettend momentje toch een aangeboden citroendrankje achterover. Na een uurtje stond er een lange rij toeristen met reizigersdiarree aan de receptie om de lokale, volgens de reisbegeleider, veel beter werkende anti-diarreepillen te krijgen. Na inname stopte binnen het uur de spuitpoep en het reisprogramma kon zonder borrelende darmen voorgezet worden. Nadien bleek, dat er sinds die dag helemaal niets meer op natuurlijke wijze mijn lichaam verliet en er blijkbaar ook geen ruimte meer over was om er nog voedsel bij te proppen. Toen we na een weekje Nijlcruise in Cairo aangekomen waren, kwam ik na het bezichtigen van de piramides, met hevige kolieken en koorts terug de hotelkamer in waggelen. Manlief, die mij reeds terug naar België gerepatrieerd zag worden, charterde een taxi en reed in het avondlijke Cairo op zoek naar een apotheek. Toen hij terugkwam, vond hij mij hevig zwetend en koortsig vloekend op de Farao, in een bruine kliederboel naast de wc pot liggen. Hierin was ik juist bevallen van een kachelpijpdikke, half versteende, gigantische mega bruinzwarte salamidrol, gevolgd door een walgelijk stinkende racekaksmurrie- explosie die de volledige toiletpot vulde. Manlief waste me, legde mij in bed en deed me de Egyptische medicijnen slikken. Ook dit is liefde. Vervolgens besteedde hij de rest van de nacht, hevig kokhalzend, om die vloek van de faraostront door de Egyptische afvoerbuizen weg te krijgen. Maar hoe dikwijls manlief de wc ook doortrok, de gedurende één week opgespaarde Egyptische voedselstront weigerde richting riool te vertrekken. De substantie blokkeerde de afvoer en de toiletpot bleef zich vervolgens tot de rand toe opvullen met een ranzige bagger. Toen ik bij het ochtendgloren, door de eerste Allah Akbar, die over Cairo werd afgeroepen, wakker werd voelde ik mij een totaal andere toerist! Eens de faraovlaai eruit was, kreeg ik na een kleine week dieet en onthouding eindelijk opnieuw honger. En yes, ik was enkele kilo’s kwijtgespeeld en dus zoals wijlen Johan Cruyf steeds zei: “Elk nadeel heb ze voordeel”!

Onze drang naar avontuur en de ontdekkingsreis naar allerlei lokaal voedsel ging onverminderd verder. Zo aten wij in Thailand, onder luid gegil van onze medereizigers, allerlei gefrituurde sprinkhanen en insecten die lekker naar chips smaakten. In plaats van mee aan te schuiven aan de rijkelijk gevulde hotelbuffetten, liepen wij tweetjes de straat op en gingen naar het restaurantje juist om de hoek. Wij spraken geen Thais maar Engels, de man achter het eetstalletje sprak geen Engels alleen Thais. Met de universele gebarentaal van “wij willen eten”, bracht de eigenaar ons zo trots als een pauw, als de Keizer en de Keizerin van China, naar twee plastiek stoelen bij een kwakkelend tafeltje achter zijn naar kokos en curry geurende kookpotten. Wat we allemaal gegeten hebben weten we niet zo direct te benoemen, maar het was heel lekker. Nog voor we onze stokjes tot aan onze lippen konden brengen, was de Thaise tamtam al rondgegaan en kwamen twee trotse grootouders hun pasgeboren kleinkind aan deze twee toeristen tonen. Verlegen vroeg de oude vrouw of ze soms eventjes over de buik van manlief mocht wrijven, want wrijven over de belly van pappa Boeddha bracht volgens hen geluk! We hebben daar voor 1 US$ gegeten en het duurste was vermoedelijk de originele coca cola die ze in de aanbieding hadden.

 In Ecuador kochten wij aan een plaatselijk  barbecuestandje gegrilde cavia’s. In Riobamba kweekten de marmotten als konijnen en smaakten er ook naar. Terwijl onze medereizigers aan hun jeugdmarmotjes dachten en ons rillend bekeken, peuzelden wij aan die caviagrill en kloven wij smaakvol de beentjes af. In Zimbabwe wilden we tijdens een etentje zeker de locale aangeprezen delicatesse proeven. De kelner bracht heel trots op een soort gebak toren een paar lagen zwarte wormen. Niet meteen ons idee van lekkernij, maar in Victoria Falls een gegeerde knabbelspijs. Dat laatste was ook hetgeen er oranje blubberig en kleverig uitspoot als je op de worm beet. In Zuid Afrika logeerden wij in bungalowtjes in een ananaskwekerij. In een soort schuur had de eigenaar een lange eettafel klaargezet met daarop zoiets dat er uitzag als rijst met rozijnen en noten. Juist toen wij allemaal ons bord vol geschept hadden, ging het licht uit. De ananaskweker haastte zich om overal kaarsen neer te zetten, wat dan weer de insecten massaal aantrok. Overal hoorden en voelden we ze fladderen en zoemen. Ik ben er vrij zeker van dat ik op dat moment een aantal levende en bewegende rozijnen weg gekauwd heb…

Toen we in Vietnam bij de lokale bevolking sliepen, kregen wij ’s avonds een heel lekker stoofpotje voorgeschoteld. Wij konden niet onmiddellijk thuisbrengen wat we juist aan het eten waren. Toen we de homestay- eigenaar erbij haalden, bleef hij maar nee knikken op onze vraag of we koe, varken, kip, geit of lam aan het eten waren, maar toen we blaften, lachte hij heel geheimzinnig…Ach misschien had hij Boomer of Lassie wel moeten opofferen om de toeristen te kunnen voeden!

 

Zo heeft iedere bevolking zijn eigen eetgewoontes. Sommigen zijn zoals ik, carnivoren, anderen eten de zee leeg of worden vegetariër of veganisten.

Tot slot wil ik jullie ook nog het verhaal vertellen van de eerste en misschien de enige vegetarische hond, die wij ooit tegenkwamen.

Deze zomer, voordat wij naar de Middellandse Zee trokken, kampeerden wij eerst een weekje ergens ten zuiden van Anduze, langs de rivier de Gardon. Met de twee Nederlandse vegetarische campingbuurtjes en hun grote loebas labradorachtige hond Dusty, hadden wij onmiddellijk een prettige band. De twee mannen hadden een gezamenlijk punt van interesse gevonden en wisselden ideeën uit over de gezonde voeding volgens het boek ‘de voedselzandloper van Verburgh’. Ik noemde hun ondertussen al, de bende van Verburgh. De Nederlanders maakten alles, van ’s morgens de havermoutpap tot het vegetarisch ‘prakjesdiner’ klaar in een soort elektrische stoom- pruttelpot. De maaltijd bestond meestal uit gepureerde aardappelen vermengd met doosjesgroenten of macaroni met een vleugje van iets ondefinieerbaar. Van elke vegetarisch brij mocht die joekelhond de restjes uitlikken. Manlief  probeert, met het volgen van dit Verburgh- boek, zoveel mogelijk gezonde jaren aan zijn seniorenleeftijd toe te voegen. Alleen, beweert manlief, met de hand op zijn hart en zwerend op zijn communiezieltje, dat in het hoofdstuk, waarin staat hoeveel glazen rode wijn nog aanvaardbaar zijn om die gezonde levensstijl te kunnen volhouden, hij niet zelf handmatig de toegelaten hoeveelheden glazen per dag veranderde in flessen per dag! 

Enfin terug naar de camping in le Cardet. Wij zagen Dusty nooit genieten van hondenbrokken, een flinter vlees of een kluif.  En geloof het of niet, nog nooit hadden wij een hond zo snel de rivier zien overzwemmen en de oever zien opklauteren, toen zijn baasjes riepen: “Dusty, boterhammen met pindakaas!”  Dusty’s trouwe hondenblik scande kwijlend en bedonderd de lege campingtafel. Nog net zag ik boven zijn hondenkop een grote tekstballon verschijnen waarin stond: “Waf waf, vandaag toch geen ossenhaas, woef, woef, helaas weer pindakaas!”

13-09-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
11-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.SLAAP TOERISTJE SLAAP
Klik op de afbeelding om de link te volgen

 

Via mijn vaders genen, kreeg ik bij de geboorte de reismicrobe geïnjecteerd. Zowel hij als ik wilden de hele wereld zien en beleven. Ik ben een hartstochtelijke wereldreiziger geworden, die evenveel plezier heeft en tijd  besteed aan de voorbereidingen. Manlief noemt mij nog steeds zijn persoonlijke toeristenadviesbureau. Nog steeds plan ik, zelfs onze caravanreisjes, maanden op voorhand en er is geen bezienswaardigheid of natuurverschijnsel in de wijde campingomtrek dat aan mijn interesse ontsnapt. Dus ook nu had ik een camping gevonden die aan alle criteria voldeed. Geen animatieprogramma, geen kinderdisco, geen miss camping verkiezingen, geen kareoke en vooral pal aan het strand van de Middellandse zee. Camping La Créole in Marseillan-Plage, een camping die in zijn programma schreef dat het om elf uur ’s avonds muisstil moest zijn, dat er geen radiomuziek, geen harde televisieprogramma’s en er geen hardop praten met de campingburen getolereerd zou worden na 23uur. Dus, voor personen zoals ik, die graag op tijd in bed duikelden, veruit de meest ideale camping. Ware het niet dat er juist aan de overkant van de straat en pal voor de ingang van de camping een café/restaurant was dat zich na negen uur ‘s avonds als een openlucht dancing ontpopte. Tot ver na middernacht stond er dagelijks een Claude François look alike ‘Alexandrie, Alexandra’ te kwelen. Voor hem aan de tafeltjes zaten, zoals wij het in het Antwerps zeggen, twee man en een paardenkop. Tien man, vol getatoeëerd klootjesvolk met zelfs een baby in een buggy, die als summum van hun vakantie, naar die kontdraaiende kermisattractie kwamen luisteren en de halve camping uit zijn slaap hielden. Gek, dat je echter niet de meest stille en slaapverwekkende campings en hotels onthoudt, maar dat je steeds alleen over de meest onverwachte, wonderlijke en bizarre kampeerterreinen en hotelaccommodaties blijft vertellen.

Niet de prachtige eenheidsworst hotelkamers in het chique Thaise hotel te Chiangmai, waar de witte marmeren inkomhal volledig met grote boeketten rode rozen versierd was, maar die ene hotelkamer in Amasya, ergens in het midden van Turkije, daar praten we nog steeds over. Toen we deze Turkse kamer openden, zagen we dat de hoteleigenaar, grootmoeders donkerglimmende bombastische, vooroorlogse slaapkamermeubels, waarschijnlijk van de plaatselijke kringloopwinkel, kris kras de kamer ingeduwd had. De grote hangkast stond half voor het raam en we moesten over de commode kruipen om in het hoge dubbele bed te kunnen slapen. Het meest gekke van deze kamer was de badkamer. Deze kwam niet gewoon op gelijke hoogte in de slaapkamer uit, maar de badkamerdeuropening, trouwens zonder deur, bevond zich zo’n grote halve meter hoger boven de slaapkamervloer. Er was geen trapje noch laddertje en dus moesten we onze kont op de badkamerrichel zetten en vervolgens onze benen naar binnen zwaaien. Dit maakte, dat een nachtelijke plas een behoorlijk avontuur werd. Slaapdronken mocht je gewoon eventjes niet vergeten dat je zo’n 50 centimeter boven het slaapkameroppervlak zweefde en een slaperige stap voorwaarts in twee gebroken benen kon eindigen.

  Niet één van de prachtige Best Western hotels in Amerika was echt het vermelden waard, maar dat kleine torenkamertje in Chichicastenango in Guatemala dat vergeten wij nooit. Achter het gewone hotel was nog één kamertje vrij, de torenkamer. Heel romantisch met een veel te groot bed voor in de enkele vierkante meters grote kamer. Voor de badkamer hadden ze een ongeziene oplossing gevonden. Juist naast het bed in een bijna ingemaakte kast, stond er een WC annex waslavabo. Heel ingenieus had men het bovenste deel van de spoelbak in een lavabo veranderd met daarboven een kraantje. Dus tandenpoetsen en wassen gebeurde half voorovergebogen over de wc pot. Het water liep in de spoelbak en werd later gebruikt om het toilet door te trekken. Onder het torenraam zaten een aantal hanen en wij kunnen jullie verzekeren dat Guatemalteekse hanen niet alleen kraaien bij het ochtendgloren, maar om tien uur, dan nog eens om twaalf uur, om half twee, om kwart voor twee en vervolgens was er steeds één haantje de voorste, die om het kwartier krijsend zijn bek opentrok tot de zon effectief opkwam.  ’s Anderdaags stonden wij geradbraakt op, met gigantische wallen onder de ogen en het was zeker niet van de romantiek!

Wij kunnen jullie niet meer beschrijven hoe het hotel er in Saigon uitzag, maar we weten nog heel goed hoe het in de kamer op de eerste verdieping leek alsof dag en nacht de gehele scooterende Vietnamese bevolking dwars door je kamer reed. Wat ons echter altijd zal bijblijven, was het slapen onder de blote hemel op bedjes met een muskietennet in een Homestay bij de lokale Vietnamese bevolking. Alleen het sjirpen van de nachtvogels, het blaffen van enkele nog niet opgepeuzelde honden en het gesnurk van de medereizigers weerklonk in de nachtelijke stilte.

 

En dan die ‘oorverdovende nachtelijke stilte’ in Malealea, in het kleine Lesotho tijdens onze Zuid Afrika reis, is onvergetelijk. Slapen in rondavels met een ijskast als nachtkastje tussen de twee eenpersoonsbedjes. Een ijskast die ’s morgens heel vroeg plots begon te rammelen en hijgen als de generator in werking gesteld werd en die ergens in de namiddag eensklaps zweeg als de elektriciteit uitgeschakeld werd. De overweldigende sterrenhemel, met vallende sterren en een blik tot voorbij het volgende galaxy, die je zonder lichtpollutie te zien kreeg! Dat zijn de dingen die wij ons levenslang herinneren!

En dan spreek ik nog niet van het meest rare voedsel dat wij gedurende al onze wereldreizen naar binnengespeeld hebben, maar daar wordt zeker nog een ander verhaaltje over geschreven. Stof genoeg!

Camping La Créole in Marseillan-Plage zal net, zoals al die andere nachtelijke lawaaikampeerterreinen in de toekomst vermeden worden en in de vergeethoek geraken.

 

 

 

 

 

 

 

11-09-2016 om 10:31 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
07-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE WERELD SCHOKT EN SCHUDT

Toen manlief, vorige week, zijn grote teen tegen een steen stootte, riep hij driemaal op een niet al te lieve wijze god aan. Ik zei dat ik veronderstelde dat god momenteel wel wat anders in gedachte had in plaats van naar die vloekende kleine man te luisteren. Hij, god dus, had juist de bergen in Italië wat door elkaar geschud, wat kerken en huizen in elkaar doen storten en wat mensen verbrijzeld en levend begraven. Gaan we aan zo’n god en zijn gelovige achterban nog hulp vragen om de boel opnieuw op te bouwen? Gaan we in zijn kerk nog bidden en kaarsjes branden omdat hij de zieltjes van de overledenen zonder pardon in de hemel zou ontvangen?  Of  gaan we gewoonweg heel hard tegen hem roepen en tieren dat hij een sadistisch ontoerekeningsvatbaar individu is? In een ‘godvergeten’ bergdorpje waar meestal alleen wat ouderlingen wonen, maar waar tijdens de vakantieperiode nu de kinderen en kleinkinderen op bezoek gekomen waren, liet god in het midden van de nacht complete chaos ontstaan. Hij had toch de aarde en de hemel gecreëerd en als architect moet je dan toch ook de foute constructies kunnen voorzien en de falende consequenties dragen?

Op de televisie zag men een oude vrouw in shock met de armen naar de hemel: ”Dio, dio, dio” roepen. Riep ze het in een hulpeloze jammerklacht, al vragend: “waarom god?” of riep ze het razend: “Godverdomme waarom?” Ze begreep totaal niet waarom juist zij door god gestraft werd! Door haar slapeloze nachten had ze de schokken gevoeld en gezien hoe de brokstukken van haar huis haar man, kinderen en kleinkinderen opgeslokt hadden. Krijsend had ze hun namen geroepen. Nog eventjes hoorde ze het gehuil van haar kleinste kleinkind en had ze met haar blote handen, in de pikdonkere nacht de stenen proberen weg te duwen. Alle aardse en hemelse hulp kwam echter te laat. Met haar ganse familie had de herder nog 280 slapende burgerschapen een claustrofobische dood bezorgd. Op één uur tijd was haar ganse bestaan van de wereld weggeveegd. Dio, dio, dio! Zij, die steeds zo christelijk geleefd had. Ze was gedoopt, had de communie ontvangen. Ze was in de kerk getrouwd, had nooit seks gehad voor het huwelijk en had nooit een andere man begeerd dan haar eigen Alfredo. Voor elke maaltijd hadden ze god bedankt voor de dagelijkse spijzen en elke zondag was ze trouw naar de kerkdienst gegaan. Boven haar bed hing er een kruisbeeld en in de bovenste lade van haar nachtkastje lag de bijbel. Haar kinderen en kleinkinderen waren gedoopt en haar hele volwassen leven had ze kaarsen gebrand voor het Maria beeldje. Dio, dio, dio! Waar was het misgelopen? Was het een sadistische straf omdat haar jongste zoon niet meer geloofde? God hoorde en zag toch alles? Dio, dio, dio,  Gaat die Italiaanse nonna nu het stenen Christusbeeld van zijn houten kruis slopen en met heel haar nog resterende  kracht, onder zijn stenen lendendoekje tegen zijn stenen kl…stampen? Gaat ze vervolgens, uit pure razernij de devote heilige blik van het Marie beeld met haar vuisten bewerken, haar de hersens inslaan en de brandende kaarsen onder haar ingebakerde kindje Jezus plaatsen. Gaat die Italiaanse grootmoeder haar geloof vanaf nu als een kaartenhuisje in elkaar zien vallen, net zoals de huizen van Amatrice? Gaat deze vrouw nog ooit gelukkig kunnen zijn, verwonderd over het avontuur van het leven of gaat zij en met haar nog vele anderen, na deze traumatische ervaring nog voor de rest van haar verwoeste leven op de verlosser zitten wachten?  Of maakt ze zichzelf wijs, als enige vorm van troost, dat God op dat moment eventjes met iets anders bezig was. Misschien luisterde hij wel met volle aandacht naar de vloeken en verwensingen van die kleine atheïst met zijn pijnlijke grote teen? Of bedenkt deze nonna, omdat haar geloof in de herder stevig wankelt, dat God eventjes niet in Amatrice aanwezig was, dat hij er om onduidelijke redenen eventjes niet was? Eventjes niet? Al miljarden jaren is hij er helemaal niet! 

Maar als God nu toch zou bestaan? Zou het dan niet eens tijd worden dat hij uit solidariteit niet alleen de aarde doet beven bij de armen en de ouderlingen, zoals in Nepal, Haïti en in de Italiaanse bergen? Zou hij er, gewoon om de mensen te laten voelen, dat voor hem elk individu even veel waard is, geen kleine aardbeving kunnen tegenaan kunnen gooien in bijvoorbeeld Vaticaanstad? Gewoon het goud, zilver, edelstenen, kunstwerken en de marmeren vloeren van Sint Pieters wat laten ineen storten, zodat zijn vertegenwoordiger op aarde en de carnavaleske aangeklede achterban zich een kardinaalshoedje schrikken en zich kunnen inleven in de miserie van de echt getroffenen? En liefst geen chaos ’s nachts, wacht dan liefst eventjes tot de Roomse bende weer een of andere seniele paus, een pedofiele priester of een controversiële Moeder Theresa heilig verklaren, dat zou pas een leuk bewijs van zijn bestaan zijn…

07-09-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (1)
04-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VIVE LE ROI, VIVE LA BELGIQUE

Koning Albert is boos! Koning Albert is boos op onze vorige eerste minister Di Rupo, die hem een jaardotatie van Euro 1.400.000 beloofd had op het moment dat hij zijn Koninklijke staf aan zijn zoon Filip zou afstaan! Koning Albert, die al lang geen koning meer is, is boos, want de nieuwe regering gaf hem slechts een jaarsommetje van 900.000 euro om als gepensioneerde majesteit nog wat Belgische lintjes door te komen knippen. Ex Koning Albert is boos en hij weigert zijn Koninklijke kont nog voor dit pensioenbedrag vanuit Italië richting België te draaien. De koning is boos..zelfs op 21 juli, de Belgische Nationale feestdag, weigert hij voor dit minieme pensioentje nog op de defilé aanwezig te zijn. Hoe hard mogen wij, burgers, lachen om zo’n arrogante slappe reactie van onze ex- Koning? Arme man toch, vanaf nu zal hij zijn eigen bescheiden spaarrekeningetje moeten aanspreken om jachten en kasteel- villas te kunnen kopen. De Belgische burgers, die gemiddeld met een maandelijks pensioentje van plus minus Euro 1000 moeten rondkomen en die jaarlijks die gepensioneerde koningsdotatie moeten bij elkaar sparen, worden door zo’n uit een Koninklijke broek geschudde spermatozoïde werkelijk minachtend behandeld. Het purperpaarse schaamrood moest van zijn wangen tot in zijn Koninklijke overspelige liezen doorwroeten en het moest pijn doen, heel erg veel pijn doen. Maar zoals we al kunnen veronderstellen, heeft dat soort typetjes, die doorgaans hun ganse leven in de ivoren toren geleefd hebben, totaal geen schaamtegevoel noch respect voor wat eens zijn onderdanen waren.

Ik hoop dan ook dat de meeste Belgen nu eindelijk eens inzien welke hypocriete poppenkast ze al eeuwen financieel in stand houden!

Hoe hypocriet kan je zijn, als je na een Delphineke gedaan te hebben, de ring van de paus gaat kussen? Ik zie ze nog op de televisie, zij de heilige Koninklijke boon met een kanten niemendalletje op haar hoofd en hij met zijn doorzondige blik, neerknielen voor die jurkenman om door die kus al hun zonden af te kopen. Ik dacht dat de voltallige roddel- en rioolpers gierend van het lachen achter hun computer zouden kruipen om ons opnieuw een smeuïg verhaal over ‘papillon’ te brengen en minstens ons geheugen nog eventjes zouden opfrissen, maar niets daarvan. Kappersblaadjes vol knielende devote majesteiten. Hoe gaat dat dan in zijn werk, zo’n audiëntie? Praat de ene geheelonthouder dan met een vermanend vingertje de schuinsmarcheerder toe, alvorens de verlossende kus mag gegeven worden? Vraagt deze mijterman dan: “Sire, vertel het mij eens allemaal in geuren en pornokleuren!” “Ach U weet, of weet het niet monseigneur, maar het vlees is zwak en toen ik net over de grens zag, dat een prins met wat Lockheed- centjes er een minnares op kon nahouden, dacht ik, hé bien pour moi la même chose. Het was tenslotte niet helemaal alleen mijn fout, dat ik na jaren uitgedoofde Italiaanse passie, mijn Koninklijke staf in het verkeerde paleis parkeerde. Ik maakte van mijn dotatie een beetje een natuurlijke donatie. ’t Was tenslotte maar één letter verschillend hé!” Knipoogt die seksloze sinterklaas dan en vertelt die dan op een Alzheimer-light timbre: “Denkt U Sire, dat wij nooit in de verleiding komen? Dat onze jurk niet nu en dan omhoog komt, omdat onze kruisgang geprikkeld wordt? Wij bidden dan tot onze Heer, dat onze kleine heer van purperrode schaamte ineen zou schrompelen! Onze Heer hoort ons soms niet en dan behelpen wij ons met nu en dan een neefje, een misdienaartje of een koorknaapje op onze schoot te trekken. Voor een paar extra ouweltjes en een likstok krijgen we ze soms zo ver, dat ze ook onder onze jurk het wijwater gaan zoeken. Dus Sire, kus straks samen met Uw madame mijn goddelijke ring en al Uw zonden zullen vergeven worden!”  En als u die debiele onderdanen dan nog zover krijgt dat Uw dotatie alsnog wat opgeschroefd wordt, denkt U dan eventjes aan de katholieke offerblok??

Di Rupo, van de Partie Socialiste , die reeds droomt van een tweede herkansing als eerste minister, laadt nu reeds snel, voor de volgende verkiezingen,  een ballonnetje op. In plaats van de vijfdaagse werkweek, wil hij de burgers slechts vier dagen laten werken met behoud van loon. Met zulk populistisch gewauwel mikt hij in 2018 op een hernieuwde socialistische overwinning. Hij rekent erop, dat het plebs zichzelf elk verlengd weekeinde, met een cocktail in de hand onder een palmboom ziet zitten. Hoe simpel moeten zulke kiezers zijn om opnieuw in zulke sprookjes te gaan geloven?? Het zijn waarschijnlijk diezelfde simpele geesten die steen en been klagen als ze hun belastingsbrief thuis krijgen, maar die dan toch met Belgische vlaggetjes zich een tenniselleboog zwaaien als de door de belastingbetaler zwaar overbetaalde Koninklijke familie op het balkon verschijnt. Vive la Belgique et vive le roi!

 Sim, 4/9/2016 Marseillan-Plage

 

04-09-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
07-08-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OVER ARTRITISNEKKEN, REUMADUIMEN EN VIRTUELE FIGUURTJES

Wanneer bedenk je ineens; ik word een Pokémonjager? Is dit een besef dat al een aantal dagen in je bovenkamer suddert, of plopt zo’n idee spontaan bij je binnen. En wanneer gebeurt zo’n openbaring dan? Lig je met je luie krent al meer dan enkele vakantieweken al zappend voor de televisie of verveel je jezelf zodanig te pletter voor je tablet alvorens je echt actie onderneemt? Word je door je ouders om de vijf minuten aangemaand om toch iets te gaan doen en je luie lijf uit je bed te hijsen of zie je werkelijk zelfstandig het licht in de duisternis?

Als je in een opwelling van ondernemingslust dan werkelijk tot inkeer komt en je snel uitdijende vakantiekont uit de sofa opricht,  gaat er dan plots een lichtje branden met de tekst; Pokémon, Pokémon??

Hoe begin je er dan aan? Zachtjes, solojacht, helemaal alleen, of  lijkt zo’n tandem duojacht je interessanter? Slenter je liever als een jagende Gaston en Leo, met zijn tweetjes door de straten? Of sluit je jezelf liever ineens aan bij het Pokémon- debielenclubje om met zijn duizenden tegelijk op jacht te gaan? Vind je jezelf ook niet ongewoon dwaas, als je jezelf in de winkelruiten weerspiegelt ziet? Zo’n opgeschoten tiener met een half neergeknakte hals en een tot een tenniselleboog geforceerde arm met daarin aan het einde een schermpje dat ergens ten velde virtuele cartoondiertjes signaleert, die jij, en met jou duizenden anderen, moet zien te vangen. Houden de winkeliers die de Pokémon-rage in hun straat bestelden er geen kater aan over? Een populatie van ongeveer drieduizend man, die door hun straat zwalpten, het verkeer volledig blokkeerden, terwijl ze alleen oog hadden voor hun smartphone, de virtuele fictieve wezentjes en zelfs geen blik in de winkeletalages wierpen? Je moet maar als grootouder juist die ene dag uitgekozen hebben om, tijdens de vakantie, met je kleinkinderen naar de Antwerpse dierentuin te gaan, terwijl er plots zo’n 15.000  tekenfilmfiguurjagers te horen kregen dat er Pokémons in de Zoo gesignaleerd waren…

Hoe lang gaat het nog duren alvorens personen met slechte bedoelingen een groep jeugd naar één welbepaalde plaats gaan lokken en hun dan met een hele speciale en exceptionele Pokémon- boem gaan verwelkomen?  Een hele nieuwe generatie met artritisnekken en reumaduimen..Ach, er zijn al meer rages over ons heen gekomen die wij als zoete koek geslikt hebben..eens worden wij allemaal waarschijnlijk wel ooit volwassen zeker! Of niet?

07-08-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
23-07-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.SPROOKJES BESTAAN NIET!

Ik las deze week in de krant, dat men na een afwezigheid van 60 jaar, in Antwerpen, op de vooravond van de feestdag op 15 augustus Maria- Tenhemelopneming, terug een Maria processie in de straten rond de Onze Lieve Vrouwe- kathedraal gaat organiseren. Waarom is men 60 jaar geleden ineens met deze rondgang op haar feestdag gestopt? Werd toen door de pastoor aan het teruglopend aantal katholieken niet meer met het vermanend vingertje gepredikt dat zij minstens langs de kant van de ommegang moesten gaan staan om Maria alle eer te bewijzen? Werd er toen al een Rubens- en rommelmarkt in Antwerpen georganiseerd, zodat de inwoners liever met zijn allen daarheen gingen? Werden vanaf die datum de mensen slimmer en liepen de kerken daarom leeg? Wanneer ergens in de geschiedenis zijn een paar seksloze mannen zichzelf en de gelovigen beginnen wijsmaken, dat zowel Maria als haar zoon Jezus (als één van beiden dan ook maar al bestaan heeft?) uit de dood herrezen en ten hemel opgestegen waren? Wie was er wat eeuwen later begonnen met deze verhalen in de horror- sprookjes bijbel neer te schrijven?

Vroeger begonnen de gelovige inwoners van Antwerpen al weken op voorhand papier in grote snippers te snijden, om samen met zand en rozenblaadjes voor de aankomende processie op de grond te strooien. Vergelijk het een beetje als de voorloper van de carnavalconfetti. Daar was er ook een stoet met hilarisch verklede mannen.

In de verte hoorde men eerst de trommelaars met een angstaanjagend tempogeroffel de optocht aankondigen. Daarachter liep dan stapsgewijs de fanfare van Sint Cecilia of Sint Jozef. Deze speelde geen vrolijke evangelische omroep gitaarmuziek van: “we gaan met zijn alles naar de hemel, naar de hemel, joepiejee”, maar religieuze requiemmuziek die het stapritme van de stoet aangaf. Na wat vaandels, bejaarde zwartrokken en afgevaardigden van de katholieke gezelschappen, die met een vroom ongelukkig gezicht voorbij schuifelden, liepen dan de plechtige communicanten van dat jaar, de handen in gebedshouding in elkaar gestrengeld. Zij waren opgetrommeld zodat ze met hun lange witte bruidskleren nog eens konden pronken en de stoet zo wat meer luister konden geven. Per communicant betekende dit tevens minstens twee trotse ouders die langs de kant van de optocht stonden en knielden. Daarna liepen een aantal misdienaartjes, die nog totaal van slag waren van wat ze daarstraks achter de kansel meegemaakt hadden. Eén luidde de bel zodat iedereen wist, dat het heiligste der heiligen in aantocht was. Dan kwam er een kluit ‘langejurkenmannen’ voorbij geschreden met zwaaiende wierookvaten en op gouden stokken vastgemaakte kruisbeelden. Als apotheose schokten er een achttal mannen voorbij met een loodzwaar schrijn op hun schouders. Hierop stond de met brokaat, kant en edelstenen aangeklede pop, die Maria moest voorstellen. Het beeld leek heel goed op het houten schrijn vastgenageld, alsof ze schrik hadden dat de poppenmie Maria nog voor de processie goed en wel afgelopen was, ten hemel zou willen opstijgen. En als allerlaatste waggelde dan de pastoor van de parochie, onder een baldakijn, met een gouden monstrans voor het gezicht aan de knielende gelovigen voorbij.

Het Madonna beeld helde met elke gesynchroniseerde stap van de acht mannen van links naar rechts, van links naar rechts, alsof ze het schuinsmarcheren van de Heilige Maagd nog wat wilden accentueren. Want wat was er, volgens mij toch, dan zo’n twee duizend jaren  geleden eigenlijk juist gebeurd. Een jonge maagd, genaamd Maria was uitgehuwelijkt aan de oude timmerman Jozef.  Maria haar inwendige kinderwensklok bleef gestaag voortikken, maar noch voor eigen plezier, noch voor de gebruikelijke voortplanting kreeg de oude Jozef zijn Charel niet meer in formatie. Maria heeft dan maar haar Lourdes- grotje met wat wijwater door één van de volwassen nog inwonende zonen van Jozef, laten inzegenen. Jozef was nog niet zo seniel, dat hij niet zag dat Maria’s buik maand na maand dikker en dikker werd en eiste een verklaring. Ik heb hier thuis ook zo’n exemplaar dat mij wil doen geloven dat zijn dikke buik uit de hemel is komen vallen, maar ik weet wel honderd percent zeker, dat het bij manlief niet de Here God, maar wel degelijk Bacchus, de god van de rode wijn was, die het tonnetje tevoorschijn toverde. Dit eventjes ter zijde..

Maria kwam toen met het verhaal dat God de Vader himself, Jozef een paar horens gezet had. Op een nacht was hij tussen de twee echtelieden in komen liggen en had zonder ook maar één spetter achter te laten, de maagd Maria onbevlekt zwanger gemaakt. Zij zou bevallen van de nieuwe koning der mensheid, die hij dan na 33 jaar op de meest gruwelijke wijze voor onze zonden zou gaan opofferen. Vermits Jozef nog nooit van Pinokkio, wiens neus na elke leugen langer en langer werd, gehoord had, dacht hij dan ook dat die langer wordende neus van Maria bij het zwangerschapsbeeld hoorde. Vrolijk vertelde hij het bevruchtingsverhaaltje overal rond. Ook de toenmalige Koning Herodes hoorde deze vertelling. Hij zou niet lijdzaam zitten afwachten tot er een staatsgreep plaatsvond en besliste dat alle in dat jaar geboren en nog als foetus ronddobberende jongens uitgemoord zouden worden. Jozef die niet wou wachten tot er plots een afgevaardigde van Herodes met een mand giftige appels aan de deur zou staan, vluchtte met de hoogzwangere Maria op een ezel,weg uit Betlehem. Hij kon het risico toch niet lopen dat als Maria in zo’n appel beet, zij voor eeuwig in het slaap zou vallen…Heuuh, foutje,  sorry dat is een totaal ander sprookje.. Enfin nergens was het koppel welkom en uiteindelijk kwamen ze aan een soort huisje midden in het bos. Ze klopten aan en een bibberend griezelig stemmetje riep vanuit het peperkoekenhuisje: “trek maar aan het touwtje, het deurtje zal wel opengaan…” Ach ik geef grif toe dat ik sommige sprookjes totaal door elkaar hussel. Maar wie begon er ineens met die Lieve Vrouwkes verering? Overal in de Katholieke landen zag men plots op de meest ongewone plaatsen Maria’s verschijnen. Was dit een katholiek opgezet spel, om op deze plaatsen, terwijl de halve bevolking scheel zag van de honger, zonder verkavelingvoorwaarden, zonder aankoop van de bouwgrond en zonder bouwvergunning zo snel mogelijk een buiten proportionele kathedraal of kerk met torens tot in de hemel te kunnen bouwen?  Een bedevaartsoord waar de armen en de simpelen van geest dan het goud, zilver, de edelstenen en de schilderijen konden komen bewonderen, waarmee ze de boel volstouwden? Begon men op dat moment ook reeds met de religieuze merchandising van in grotten afgebeelde Mariabeelden,  plaasteren Madonna’s met de ogen devoot richting hemel, de plastic Jezus- flessen vol wijwater en de houten Christuskruizen? Waar liep het ergens fout? Waarom beseften ze juist 60 jaar geleden, dat ze beter met die komedie konden stoppen?

Ik kan mij voorstellen, hoe frustrerend het werd om met die poppenkast door de bijna lege straten van Antwerpen te schuifelen terwijl er in elke straat nog maar één oud vrouwtje te zien was, dat amper nog kon knielen. Langs het begijnhof en langs de kloosters van de witte of de zwarte paters stond soms nog wel eens een, in zwart geklede biddende, begijn en een paar kloosterlingen langs de weg, maar ook dit was een uitstervende soort?  Waar waren ineens al die Antwerpse gelovigen gebleven? Wie verwachten ze nu plots langs de straten van de koekenstad te gaan vinden, als ze die processie nieuw leven inblazen? Wie gaat men dan nog warm krijgen om opnieuw naar dit circus te komen kijken nu er steeds meer moslims dan rasechte katholieke Antwerpenaren in onze straten rondlopen? Wil men nu ineens reageren tegen de opkomst van die andere idiote religie?

Willen ze, net als met Tomorrowland, vliegtuigen en busladingen vol Zuid Amerikaanse, Italiaanse en Spaanse gelovigen naar Antwerpen halen? Gaat men  alle hier werkende Poolse arbeiders optrommelen? Belooft men aan alle grijze kwezels en terminale senioren, die voelen dat hun einde bijna nadert, dat ze met wat verlate devotie hun hemel alsnog kunnen verdienen, als ze hun religieuze twijfel in God, Maria en Jezus maar zo snelmogelijk wegmoffelen? Roept men de Chiro- leiders, met hun vakantiekinderen van hun kamp in de Ardennen terug om devoot aan de uitgang van de kathedraal te gaan staan? Misschien gaat men de senioren van de katholieke rusthuizen, volledig ingepamperd,  in hun rolstoelen langs het parcours vastzetten? Men moet dan vooral de licht dementerenden heel goed op voorhand verwittigen dat ze alleen voor de pop Maria hun hoofd moeten buigen en niet voor alle Maria look a likes , die met hoofddoeken op, dikke buiken en lange gewaden in het Antwerpse straatbeeld rondlopen.

Sim,  Antwerpse atheïst in Edegem, 23/7/2016  vol verwachting naar 15 augustus.

 

23-07-2016 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (1)
30-06-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ZOEKEN JULLIE EEN REISBIJSTAND IN HET BUITENLAND??
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Regelmatig zie je nu, juist voor de zomervakantie, reclame op de televisie voor Reisbijstand en assistentie bij pech in het buitenland. Voor jullie eventueel zulke polis afsluiten, lees ons onderstaand verhaal en hoe wij geholpen werden door de firma waaraan we al decennia lang voor zulke bijstand in het buitenland  betalen. Ik zal de volledige naam niet noemen, want ik ga deze mail aan alle familie, vrienden en kennissen doorzenden met de vraag om hem op hun beurt als” reclame”aan alle familie, vrienden en kennissen door te mailen. Tevens ga ik dit op Facebook zetten. Maar de naam begint met T van teringlijders en eindigt met de G van geschifte telefoondames, daarachter komt nog Family Full en voertuig bijstand.

Op één van onze laatste vakantiedagen vertrokken wij met auto en caravan vanuit ons Zuid Franse vakantieoord richting noorden. We waren nog geen 15 km voorbij de oprit in Cavaillon op de autosnelweg A7 richting Avignon, toen het leek of onze caravan een geweldige wind liet. De caravan slingerde niet maar achteropkomende auto’s toeterden. Klapband. We reden de auto op de pechstrook. Gelukkig was het een lekke band aan de kant van de reling en was er verder niets beschadigd. Terwijl de vrachtwagens voorbij denderden, kwamen wij dus uit de auto en trokken onze fluo- vestjes aan. De gevarendriehoek werd achter de caravan gezet. De autokoffer werd uitgeladen om de krik op te duikelen en het reservewiel van de caravan werd uit de disselbak gehaald. Manlief begon onder de reeds brandende zon aan de job, krikte de caravan op, draaide voor alle zekerheid twee pootjes tot op de ondergrond en probeerde uit alle macht de wielbouten los te draaien. De krengen weigerden los te komen! Oké, vermits er geen beweging in kwam, besloot ik de pechstrook noordwaarts af te wandelen tot aan een praatpaal. Mijn schoenen waren al bijna versleten van op het hete beton lopen en iIn de verte zag ik manlief met caravan al helemaal niet meer staan, maar nog steeds had ik geen aanduiding noch een praatpaal gezien. Ik herinnerde mij opeens dat wij wel degelijk een T….g Assistance, hulp in buitenland hadden. Yes, eventjes bellen en het zou voor ons opgelost worden… dacht ik. Terwijl ik terug richting auto en caravan stapte, toetste ik mobiel het nummer van onze reisbijstand in. Terwijl de camions mij luid dreunend voorbijreden, waren de meerkeuzevragen, jullie kennen ze wel, druk 1, druk 2 enz voor de taal die we verkozen bijna niet te verstaan. Vervolgens meerkeuzevragen voor alle mogelijkheden, met als nummer één, wenst U een nieuwe polis af te sluiten…ik dacht het niet! Toen ik eindelijk het juiste nummer ingetikt had om technische bijstand te krijgen, bleek de persoon die mij kon helpen in gesprek. Blijf aan de lijn hangen, wij helpen U zo dadelijk voort…Nog voor ik contact had, hoorde  ik een opgenomen bandje, dat zei : Dit telefoongesprek wordt opgenomen, zodat wij later kunnen nagaan, hoe wij onze service kunnen verbeteren. Eindelijk nam er een hulpdesk- dame met een Hollands accent op en vroeg of ze ons kon helpen.  Ik begon mijn verhaal, dat wij, op juist zo’n 15 km na de oprit van Cavaillon op de autosnelweg A7 richting Avignon een klapband aan de caravan gekregen hebben, maar dat manlief de wielbouten niet loskreeg en of zij iemand met wat meer kracht onze richting konden uitsturen. Dat leek toch een min of meer simpele vraag niet? Maar de telefoniste van de firma met de T van trut en de laatste letter een G van geestelijk gehandicapt begon mij op een trage slepende toon allerlei ergerlijke vragen te stellen. Ik ben er van overtuigd dat de allereerste vraag, ‘wat is de nummerplaat van Uw caravan’ wel degelijk heel belangrijk is, maar wat er volgt is volgens mij alleen handig voor hun eigen statistieken en niet voor twee gestresseerde senioren die langs de kant van de weg op hulp wachten. Het gaat als volgt en voor alle duidelijkheid ik overdrijf niet! Ik ben uiterst kalm en beleefd gebleven, maar in mijn hoofd ketsten de de verwensingen als bliksemschichten tegen elkaar!

Nou Mevrouw, nu heb ik de nummerplaat van de caravan, kan U ons ook zeggen hoe lang deze is? Welke kleur heeft Uw caravan en welke merknaam staat erop te lezen? Hoe oud is Uw caravan en hoe breed is Uw caravan en hoe hoog? Weet U dit niet, wat zal ik dan invullen Mevrou? Hoeveel weegt Uw caravan in lege toestand en hoeveel weegt hij nu Mevrou? Hé dame van de firma met de T van Toedeloe…en de G van gaan we er nog iets aan doen,  wij vragen U toch niet om onze caravan te slepen of te repatriëren, wij vragen gewoon om iemand te sturen die de wielbouten er af kan draaien! Voor zover ik weet, staan er hier geen twintig caravans met een klapband langs de snelweg hoor! Voor zover ik weet staan er geen 10 caravans met een lekke band op hetzelfde stuk van de A7 juist na de oprit van Cavaillon....

Nou Mevrou, ik weet dat dit niet leuk is, maar ik moet U nu eenmaal al deze vragen stellen om ons dossier in orde te maken, dus nog eventjes geduld hoor! Welk merk is Uw auto? Heeft hij nog steeds dezelfde nummerplaat, die U destijds aan ons doorgegeven heeft? Ja zeker, staan al deze gegevens niet  allemaal in Uw dossier opgeslagen, sinds het moment dat wij een nieuwe auto aangekocht hebben en ik Uw diensten van al deze veranderingen op de hoogte bracht? De helpdesk- bediende leutert doodleuk ongestoord verder.

Welke kleur heeft Uw auto? Hoe oud is Uw auto? Hoeveel kilometer hebt U reeds op de kilometerteller staan? Bent U met zijn tweeën of hebt U ook nog een huisdier bij U?

Luister eens mevrouw, ik begrijp niet goed waarom U mij nu reeds meer dan 10 minuten aan de telefoon houdt, terwijl wij gewoon iemand nodig hebben die kracht op de wielbouten kan zetten?

Nou Mevrou, nog eventjes hoor, nog een paar vraagjes gaat ze op dat Hollandse bekakte toontje verder alsof we gezamenlijk aan een theekransje zitten. Zijn jullie met vakantie? Ja..Wanneer zijn jullie met vakantie vertrokken? Hé, of wij nu op 1 mei, 15 mei of 10 juni met vakantie vertrokken zijn, wat heeft dit allemaal te maken met onze vraag, we staan op de A7 en hebben hulp nodig om die wielbouten er af te halen!!

Ik veronderstel dat de call center juffrouwtjes nog nooit met een lekke band langs een heel drukke snelweg gestaan hebben, noch een klapband vervangen hebben, terwijl de helft van het Europese vakantiewagenpark en camionbestand met een snelheid van 130 km per uur voorbij zoeft.

Het schuim staat me bijna op de lippen, als ze doodgemoederd voortgaat, leuk! Vakantie. Bent U nu op de terugweg? Ja..Ho, Mevrouw bent U onderweg of staat U reeds op Uw tussenstop overnachtingadres?  Godverdomme, ik heb U nu reeds driemaal verteld dat wij op de A7, juist na de oprit Cavaillon, richting Avignon staan, we een klapband aan de caravan hebben, niet gerepatrieerd, noch gesleept dienen te worden, alleen wat hulp…De stoom komt nu langzaam uit mijn oren.

Nou Mevrou, heeft U een reserveband voor de caravan bij U?

Miljaarde Teletubbie van de Pech-verhelping in het buitenland, met de T van truttebees en eindigt met de G van geen kloten waard, dat is nu juist wat wij proberen te doen, die reserveband op de caravan krijgen!

Jullie houden het niet voor mogelijk, maar dan zegt die stomme telefoniste, die mij ondertussen een half uur heeft beziggehouden, Ik hoor het voorbijrijdende verkeer, staat U nu soms op de autosnelweg?

Als ik op dat moment aan die Hollandse truttemie had gekund, dan had ik haar met plezier door onze mobiel gesleurd. Ik wil nog begrijpen dat haast en spoed zelden goed zijn, maar wij zijn ondertussen een half uur verder en manlief had mij al gevraagd of ik soms, op onze telefoonkosten, mijn levensverhaal aan het vertellen was en of er nu nog iets ging gebeuren. Eventjes verwachtte ik dat er plots een Candid camera filmploeg uit de struiken zou springen en ons lachend zou vertellen dat het allemaal om een grap ging. Dijenkletsen en jolijt alom. Maar niets is minder waar, want daar gaat de telefoonjuffrouw zeurend verder.

Nou Mevrou, eventjes mijn dossier overlopen en kijken of ik alle vraagjes heb ingevuld, misschien nog één vraagje. Ze taterde verder alsof we gezamenlijk aan een theekransje zaten! Ik kan het niet laten, mijn tenen krullen van verontwaardiging en vraag of ze godverdomme mijn gewicht en de maat van mijn schoenen ook nog nodig heeft. Ik hoorde een oorverdovende stilte aan de andere kant, haar adem stokte eventjes in haar Hollandse keel. Nou Mevrou, wij gaan U helpen hoor, ik verbreek dadelijk onze verbinding en dan moet U 17 bellen, die mensen gaan U onmiddellijk helpen. Als die garagist U geholpen heeft, wilt U onze diensten dan hierover eventjes van op de hoogte brengen aub. We hadden blijkbaar ineens tot volle voldoening van onze reisbijstand- dame haar computer- enquêtelijstje vervolledigd. Met deze vragenlijst kon je doctoreren en afstuderen.

Halleluja er kwam schot in de zaak, dacht ik…

Dus, vol goede moed draaide ik 17. Bonjour, en dan in het Frans, kan ik U helpen..Nu betalen wij al jaren onze reisbijstand, omdat het altijd handig is om je probleem in je eigen taal uit te leggen en nu wordt ineens van ons verondersteld om het verhaal helemaal opnieuw, in het Frans,  aan die nieuwe dame uit te gaan leggen. Bon soit, het lukte!

Zei die dame, kan U eens op de pechstrook wandelen totdat U ergens op het beton een cijfer ziet staan? Dus ik begin nu een wandeling op de pechstrook richting zuiden. Ergens na 5 minuten wandelen met nog steeds de mobiel tegen het oor, zie ik het cijfer 6 op het beton staan met een pijl die nog verder van de auto wegwijst. Eh bien Madame, gelieve nu nog 600 meter te stappen en daar staat een praatpaal! We waren op dat moment  in het totaal reeds drie kwart uur verder!

Wat is er nu simpeler:  Hallo, reisbijstand in het buitenland? Wij zijn bij U verzekerd, dit is onze polisnummer, wij staan op de A7, na de oprit Cavaillon, richting noorden Avignon, wij hebben een klapband aan de caravan met nummerplaat…, wij moeten niet gesleept en moeten niet gerepatrieerd worden, er is geen ongeval, stuur ons iemand om de wielbouten er af te draaien..

Zij beantwoorden onze telefoon en regelen een interventie.

Desnoods sturen zij hun vragenlijst per mail of per post aan ons op en vragen deze in te vullen, maar hou in godsnaam de mensen, die zich reeds in een stresssituatie bevinden, geen half uur onnodig bezig.

Ondertussen had manlief de wielbouten van de caravan losgekregen en riep mij om te assisteren, want telkens er een vrachtwagen voorbij denderde, werd de caravan de ene kant aangezogen en werd hij met de windverplaatsing richting vangrail geduwd. Samen kregen we het reservewiel erop. Wij reden naar het eerstvolgende tankstation en pompen het reservewiel tot de juiste luchtinhoud op.

Terwijl wij verder richting Avignon reden, belde ik onze hulpverlening met de T van toeternietmeertoe en de G van geen chique waard, terug op. Ik krijg een hele vriendelijke mijnheer aan de lijn. Ik verwittig hem, dat wij geen interventie meer nodig hebben, dat er niemand komen opdagen is en dat wij zelf de reserveband vervangen hebben. Prima Mevrouw Vercauteren, antwoordt deze man, we annuleren deze interventie, goede reis verder. Eventjes later opnieuw telefoon. Diezelfde mijnheer, alles nog steeds oké Mevrouw Vercauteren?Geen problemen meer op de snelweg?Dat kan tellen als klantvriendelijkheid nietwaar, een overbezorgde hulpdesk- bediende!

We reden een vijftal minuten richting noorden, als de telefoon opnieuw rinkelde. Nou Mevrou Vercauteren, U heeft blijkbaar geen interventie meer nodig?Wilt U nu eventjes opnieuw 17 bellen en daar vertellen dat U afziet van de …...

Ik luister verstomd naar dat Hollandse accent. Nou Keesje, Treineke, Bep of hoe je ook mag heten,  je bekijkt het maar, bel zelf die 17 en vertel hun in je mooiste Frans dat wij Uw hulp niet meer nodig hebben! Ik hoop alleen, dat iemand zijn euro valt, als men later het telefoongesprek op het bandje beluistert, dat dit niet de manier van handelen is, die twee opgefokte caravanbezitters met een lekke band op een razend drukke snelweg nodig hebben! Hoe noemen jullie dit klantenservice?

Dit was nu die spreekwoordelijke druppel, die ons heeft laten besluiten dat de Pechverhelping- Reisbijstandpolis van de firma met de eerste letter T van Trek zelf jullie plan en die eindigt met de letter G van gesjareld, nooit meer verlengd zal worden.

 

Sim,   Nog steeds stomend van verontwaardiging!       Edegem 28/6/2016

 

 

30-06-2016 om 14:10 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
16-06-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE OUVERTURE VAN WILLEMCAMPERTELL
Klik op de afbeelding om de link te volgen

We staan nu al meer dan een week op een camping in Saint Rémy de Provence. Over bijna heel Frankrijk dondert,bliksemt en regent het. Aan de Middellandse zeekust worden de wolken met hevige windstoten door de mistral  uiteengedreven, maar hier, in dit zalig stukje van de Provence worden de meest grijze wolken door de warme zon tot witte Vincent Van Gogh wolkjes herleid.

Twee Nederlandse en twee Vlaamse caravanechtparen bivakkeren al een tijdje in hetzelfde campingstraatje met 6 beschikbare staanplaatsen. De camping was volledig volzet behalve nog twee heel smalle plaatsjes achter aan ons laantje. Eergisteren kwam er een nieuw Zwitsers camperkoppel ons laantje ingedraaid. Ze wilden de mobilhome met zijn voorkant in het smalle plaatsje plaatsen. Er in, er terug uit, terug erin, dichter tegen de haag, verder van de haag. De campingeigenaar zelf begeleidde het moeizame parkeren van de Gruyèrechauffeur, maar tevergeefs. Het knoeigemanoeuvreer bleef echter maar duren en de campermotor blies de ganse tijd zijn diesellucht de Provençaalse dampkring in. Zijn echtgenote stond achteraan met haar armen te zwaaien, klopte nu en dan met de vlakke hand op de camper en riep allerlei onhandige aanduidingen. De campingbeheerder hield het voor bekeken want de eigenzinnige Zwitser was blijkbaar ‘oostzwitsersdoof’. Eén van onze kamperende noorderburen kreeg het zo danig op zijn heupen, dat die op de camperruit tikte en riep:” Nu gaat die motor uit, nu onmiddellijk!” Een norse redelijk volslanke Zwitser kwam uit de camper gekropen en brulde wat naar zijn koekoeksvrouw. En kijk, ik verzin dit echt niet! Hij droeg een camouflage kakikleurige mouwloos T-shirt op een rood glanzend satijnen onderbroekshortje, met witte Kerstmannetjes erop. Het was voor de man misschien zo’n ontgoocheling geweest toen hij met kerst zijn geschenkje uitpakte en daarin de desbetreffende satijnen onderbroek vond, dat hij nu zijn frustratie op zijn echtgenote uitwerkte door niet alleen in het gesatineerde geval te slapen, maar er vrolijk in rond te rijden en over de camping te stappen.  Zijn echtgenote, met conventionele lange beige broek en een witte klassieke bloes stond er wat beteuterd bij en leek niet alles meer te begrijpen. Misschien was het wel terecht dat mijnheer slecht gezind was op zijn klunzige vrouw, want de eerste keer dat mevrouw Gruyère richting camping afwasplaats trok, balanceerde haar wasteiltje vooraan op het fietsstuur en nog voor ze met haar voet de eerste pedaal kon raken, flikkerde de ganse afwasboel de grond op. Een paar uur later ging ze met een plastiekzakje vol lege flessen richting afvalcontainer en scheurde na twee stappen de bodem uit de zak. Tja..je mag zo’n mensen natuurlijk niet op grond van hun uiterlijk beoordelen, maar in dit geval ben ik bijna zeker dat die twee geen onverdeelde vrolijke vakantie tegemoet gingen. Als je een oudere dikke misnoegde ‘grumpy old’ man, met een kerstmisonderbroek over de camping ziet fietsen, dan hoop ik voor hem en zijn klokkenspel, dat hij hier onderaan nog minstens een ander broekje aanheeft. De man leek ongelukkig en had duidelijk zijn eerste camperreis helemaal anders voorgesteld. Misschien had hij wel degelijk, buiten zijn onhandige vrouw, ook nog een goede reden om slecht gezind te zijn. Misschien was zijn firma wel failliet gegaan? Misschien werd hij tegen zijn pensioenleeftijd wel met een gewone, in plaats van een gouden handdruk op straat gezet? Misschien had hij thuis nog twee inwonende onhandelbare kinderen achtergelaten, die vroeger eender verbeteringsgestichtje of drugdealertje speelden als alternatief voor vadertje en moedertje of doktertje? Misschien werd hij, vanaf nu, verplicht de vakanties door te brengen met moeder de vrouw in plaats van te genieten van snoepreisjes met zijn mooie blonde sexy secretaresse? Dus waarom die man zo nors voor zich uit bleef staren had wel duizend redenen kunnen hebben, alleen welke weten wij niet.

Al enkele dagen, werd er op het internet gewaarschuwd dat het ook hier zou kunnen gaan regenen of onweren. Terwijl wij ’s morgens buiten aan het ontbijt zaten en de hoeveboter uit zichzelf veroliede van de warmte, kwamen Willem Tell en zijn vrouw voorbij gefietst. Hij droeg een dikke fleecetrui en was volledig in fluo ingepakt, zodat hij eender op een straatarbeider leek, die op gevaarlijke plaatsen op de autosnelweg de gaten moest gaan opvullen. Zij droeg een anorak en op haar hoofd bungelde een gebreide muts met oorflappen. Het was een winteroutfit waar je minstens mee naar het Noorderlicht of naar Antartica zou kunnen fietsen, maar waarmee je hier in de Provence bij 28 graden in de schaduw heel wat bekijks zou kunnen hebben.

Al na enkele minuten kwam Madame terug ons campinglaantje in gefietst. Blijkbaar vergeten haar sneeuwkettingen op te leggen! Maar ze was alleen vergeten haar fluo- hesje over haar seizoenuitdossing te dragen. Wij hebben er het raden naar hoeveel liter zweet ze weg gepeddeld hebben.

De ganse dag bleef de zon schijnen en de temperatuur ging zelfs nog een beetje de hoogte in. Het werd een beetje onweerachtig en toen er ’s avonds enkele druppeltjes vielen, begonnen de Zwitsers opnieuw met hun campertje te manoeuvreren.  Wij, de Nederlands- Vlaamse bezetting,  stonden er bij en keken er naar, benieuwd wat er nu weer aan de gang was.  Dit maal zat mevrouw achter stuur. Ze reed de auto in tien, vijftien bewegingen, onder luid geroep van mijnheer Kerstmanbroek, achteruit het laantje uit. Eerst vergaten ze hun elektriciteitskabel uit te trekken, dan leek het alsof ze in de Vlamingen hun voortent zouden belanden en na de tiende poging ramden ze bijna het watertappunt. Hun uitleg was, dat ze schrik hadden dat ze de volgende ochtend, moest het hard gaan regenen, niet achterwaarts meer uit hun staanplaats zouden geraken. Dit was de eerste rechtstreekse taal die ze tot ons richtten. Er was tot op dat moment, geen goede morgen, geen goede avond of smakelijk over hun Zwitserse lippen gekomen. De camper werd ergens ver op de camping gedraaid en kwam vervolgens, nu met mijnheer aan het stuur, in zijn achteruit terug ons laantje ingereden. Het zweet stond in hun schoenen maar geen van beiden kreeg de camper terug in de campingplaats gedraaid. Het was overduidelijk deze Willem Tell kon niet mikken noch rijden. Wij zijn met zijn allen met een giechelkramp in onze caravans gedoken..we konden het gesukkel niet meer aanzien. Ze bekeken het maar! ’s Morgens hebben wij ze niet horen wegrijden, spijtig want er had hoogstwaarschijnlijk nog een verhaaltje ingezeten!

 

Sim, Saint Rémy- de-Provence   16 juni 2016

16-06-2016 om 18:29 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (2)


Inhoud blog
  • SARZUELA
  • CALIMA, CORONA EN GUAPA, GUAPA
  • ALAAF, ALAAF
  • SCHEEFPOEPERSFEESTDAG
  • BREXITVRIJGEZELLENFEESTJE
  • TERREURUITKERINGKJE
  • OVER EUTHNASIE, VOETBALPLEZIER EN REGERRGEILHEID
  • PECHVOGELS
  • AAN ALLE LEZERS EEN FIJNE KERST EN EEN GELUKKIG 2020 !
  • EN ZO LANG DE SINJOREN BESTAAN, ZAL ANTWERPEN NOOIT NIET VERGAAN...
  • KIJK, DE MOON SCHIJNT DOOR DE BOMEN
  • WIJ ZIJN WEG VAN JOU
  • ROCCO EN DE AIRCO
  • THE KILLING FIELDS
  • SCHIPPER MAG IK OVERVAREN?
  • IEMAND EEN FRANS OOR AANNAAIEN
  • DOOR EEN VEEL TE ROZE BRIL!
  • 'T WAS NACHT, 'T WAS NACHT, 'T WAS MIDDEN IN DE NACHT!
  • R.I.P.
  • REIS ROND DE WERELD IN TACHTIG DAGEN
  • HET NIEUWE PASEN
  • BRAINSTORMEN ROND DE REDACTIETAFEL
  • TABLEAU VIVANT CANARIAS
  • TINDERITIS
  • DE TEN-BEL WACHTTOREN
  • WE HEBBEN DE WIND IN DE ZEILEN.
  • WIE HET SCHOENTJE PAST
  • DONDERDAGNAMIDDAGHOBBY
  • NIEUWJAARSNACHT IN THE HELL HOLE!
  • HET GELE HESJES GOEDE DOEL
  • DE FEESTDAGEN STAAN VOOR DE DEUR
  • 33 GRADEN WEG VAN MEKKA
  • IEDER ZIJN HOBBY
  • DONOR IN THE DARK!
  • MISS CAMPING LE FLORIDE ET L'EMBOUCHURE LE BARCARES
  • DE KOGEL IS DOOR DE KATHEDRAAL !
  • HET JETLAGUURTJE
  • MIJN HERSENS KRAKEN VAN ONGELOOF!
  • WE ARE BELGIUM!
  • WAT RIJMT ER OP STENT EN OP EEN FLUITJE VAN EEN CENT?
  • MOET ER GEEN ZAND ZIJN?
  • DE SCHAAMTE VOORBIJ!
  • DE POLITIE, UW VRIEND!
  • EERSTE MIRAKEL VAN SIM DUIDELIJK MISLUKT
  • HET EERSTE MIRAKEL VAN SIM
  • VLAAMS TELEVISIEAANBOD VOOR GEESTELIJK GESTOORDEN...
  • #TATTOEDELOE
  • OUVERTURE 1812
  • DE ANTWERPSE BURGEMEESTER BART DE WEVER WOENSDAGAVOND MET SPOED NAAR HOSPITAAL!
  • EEN COLA LIGHT OF EEN COLA ZERO NO SUGAR AUB.
  • ER ZIJN GEEN ZEKERHEDEN MEER IN HET LEVEN!
  • #MIETOE
  • MON FRANCAIS PREFERE...
  • HET KUNNEN NIET ALLEMAAL JOVIALE KAMPEERNEDERLANDERS ZIJN...
  • KWAK KWAK, DIE EEND IS DOEIT!
  • SATELLIET TELEVISIE OP REIS
  • DE RARE KAPSELOORLOG
  • TROUBLE IN PARADISE
  • VAN DE PRINS GEEN KWAAD WETEN
  • VAN DIE BOER GEEN EIEREN!
  • DE HEILIGE KOE
  • STRINGELING
  • WANNEER GAAN 'DE GELOVEN' ER EINDELIJK AAN GELOVEN?
  • PANIEK IN MANDAATJESGRAAIERSLAND
  • CANARISCHE PISPALEN
  • TERUG VAN WEGGEWEEST
  • PAISAJA LUNAR HET MAANLANDSCHAP
  • IK BEN DUIDELIJK EEN EMOTIONELE ETER!
  • LIEFDESVERKLARING OP EEN STEUNPILAAR ONDER DE BRUG VAN DE AUTOSTRADE
  • ZIEKENHUISBLUES
  • BEJAARDENGYMNASTIEK
  • Săptămâna trecută în ziare, vorige week in de kranten
  • RODE NEUZEN DAG KOMT VOOR HAAR EEN HALVE EEUW TE LAAT
  • IK MAAK GRATIS RECLAME VOOR DE GEHOORAPPARATEN VAN LAPPERRE, AUDIONOVA, HANS ANDERS EN AMPLIFON
  • PLAS-PIS-POEP EN KAKCONTRACT BIJ ONZE NOORDERBUREN
  • EEN HAAR IN DE BOTER
  • DE EEN ZIJN DOOD IS DE ANDER ZIJN BROOD
  • PEUMPERZWEUDEN
  • HET IS DE WIND MIJN KIND
  • DROMENVANGER GEZOCHT
  • CARAVAN MET EEN ECHO, MET EEN ECHO, MET EEN ECHO
  • ZAKKENVULLER
  • OUDERSCHAPSEXAMEN MISSCHIEN EEN GOED IDEE?
  • AUTOVRIJE ZONDAG IN BRUSSEL
  • HOW MUCH IS THAT DOGGY IN THE WINDOW?
  • HELAAS PINDAKAAS
  • SLAAP TOERISTJE SLAAP
  • DE WERELD SCHOKT EN SCHUDT
  • VIVE LE ROI, VIVE LA BELGIQUE
  • OVER ARTRITISNEKKEN, REUMADUIMEN EN VIRTUELE FIGUURTJES
  • SPROOKJES BESTAAN NIET!
  • ZOEKEN JULLIE EEN REISBIJSTAND IN HET BUITENLAND??
  • DE OUVERTURE VAN WILLEMCAMPERTELL
  • STOELENDANS
  • COMMUNAUTAIRE STRUBBELINGEN OP EEN FRANSE CAMPING
  • NOIR AVEC PARFUM DE PIPI
  • KUDDEGEESTSYNDROOM
  • WHY WHY WHY DELILAH
  • HEMELEN
  • SPAARCENTEN

    Blog als favoriet !

    Over mijzelf
    Ik ben Cornelis Sim, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Sim.
    Ik ben een vrouw en woon in Edegem (Belgie) en mijn beroep is gepensioneerde secretaresse.
    Ik ben geboren op 17/12/1951 en ben nu dus 72 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: Reizen, lezen, schrijven, fotografie en koken.

    Foto

    Foto

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Categorieën
  • allerlei leuke verhalen (4)
  • columns (199)
  • humor (0)
  • kleinkinderen (1)
  • vakantie (6)
  • vrouwen (1)

  • E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.



    Mailinglijst

    Geef je e-mail adres op en klik op onderstaande knop om je in te schrijven voor de mailinglist.




    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!