De regen plensde deze morgen zonder ophouden op het tentzeil. Ik was om 6u wakker en draaide me nog eens om. We baalden al een paar dagen van het warme weer, nu er een regendruppeltje viel draaide ik me nog eens, eigenlijk om mee te lachen. Ik ga me toch niet laten boenen door een paar regendruppels? Toch bleef ik nog een half uurtje in mn slaapzak, het kantoor ging pas om 8u open, we moesten nog afrekenen en onze identiteitskaarten ophalen zodoende
Om 8.20u waren we op weg, we hebben noodgedwongen onze tenten met inhoud in de gietende regen moeten inpakken, en nu
reden we de eerste meters in de regen. Eerlijk gezegd het deed deugd en uiteindelijk, met het regenzeiltje aan leden we niets. We fietsten naar het oude centrum van Ferrara, de kraampjes en stalletjes van gisteren lagen er verlaten bij en verkeer was er niet, met uitzondering van een verdwaalde automobilist. Het bleef onophoudelijk regenen en er kwam ook nog een deftig windje opzetten, pal op de kop! Maar goed, op een klein half uurtje waren we aan de rand van de stad. Dat was vlot gegaan. De eerste tien kilometer volgden we de Po Morte di Primaro, een oude zijarm van de Po. Toen we Ferrara verlieten kwamen we al heel snel in een vrij groen landschap, dat we al kenden van een paar dagen terug. Boomgaarden van appelen en peren, maar ook kwekerijen van abrikozen, perziken, kiwis en pompoenen!! Gedurende een kleine veertig kilometer veranderde dit decor niet en we profiteerden ervan om nog eens een lekkere verse peer te plukken. Plots veranderde het landschap, al het fruit was verdwenen. Er werd plaats gemaakt voor een afwisselend panorama van immens grote akkers van maïs en bieten. Af en toe wat zonnebloemvelden en jaja ook weer de lekkere tomaatjes die tegen de grond groeiden. Ik maakte weer van de gelegenheid gebruik om er een paar te eten en een voorraadje mee te nemen in de zakken van mn shirt. Wat nu opvalt zijn de kaarsrechte wegen, waar we alleen op fietsten. Ook waren er verschillende kanalen en gemalen. De Valle del Mezzano waar we nu doorrijden, werd in de jaren zestig drooggelegd. Met de eigenlijke inpoldering van het oosten van de provincie Ferrara werd al begonnen rond 1870. Tussen Longastrino en Sant Alberto was een grote lagune de Valli di Comaccchio het is tegelijkertijd een enorm vogelreservaat waar flamingos, puperreigers, kraanvogels, lepelaars en zelfs visarenden vertoeven. Wij zagen op een gegeven moment de koereiger, in onze contreien totaal onbekend, hij is totaal wit. We maakten wat tijd vrij om deze prachtige natuur te bewonderen, het was een af en aan vliegen van vogels. Het was een aangenaam schouwspel en natuurlijk maakten we een paar fotos voor het album, alhoewel het op foto allemaal een beetje tegensloeg. Voor dit soort fotos moet je eigenlijk een groothoeklens hebben. De regen is al een tijdje achterwege gebleven, het bleef wel regenachtig maar het was uitstekend weer om te fietsen. We kregen ook weer een andere rivier in het vizier namelijk de Reno. Met een pontje staken we de Reno over om verder koers te zetten naar Ravenna, daar stopt de Po-vlakte en komen de Apennijnen in zicht! Over het ontstaan van Ravenna zijn de meningen verdeeld, wel zeker is dat de Romeinen in de 2de eeuw voor Christus een groot deel van de Po-vlakte hebben gekoloniseerd. De bekendheid van Ravenna begon toen de Westromeinse keizer Honorius in het jaar 402 zijn zetel verplaatste van Milaan naar Ravenna, bevreesd als hij was voor de invallen van de barbaren. Naar mijn gevoel is Ravenna een sobere stad, niet zo kleurrijk als de vele andere steden die we op onze tocht hebben gezien. Maar Ravenna blijkt, cultureel gezien dan, toch heel wat in huis te hebben. Wereldberoemd zijn de mozaïeken. In de oudste daarvan wordt Christus nog afgebeeld zoals Apollo. Onder invloed van de Byzantijnen echter krijgt hij de beeltenis van de heerser. Een man met baard, gezeten op een troon. De grootte van de frontaal afgebeelde figuren wordt niet meer bepaald door het perspectief maar wel door hun belangrijkheid. Verder biedt Ravenna nog de volgende bezienswaardigheden. De San Vitale, de rijkst versierde kerk van Ravenna. Het Mausoleo di Galla Placidia met binnenin blinkende mozaïeken die muren en plafonds bedekken. Nog meer mozaïeken zijn te zien in het Domus dei Tappeti di Pietra. In het zuidwesten van het Piazza del popolo is in de Battistero Neoniano, Christus uitgebeeld die door Johannes de Doper in de Jordaan wordt gedoopt. De muren van deze doopkapel zijn geheel bedekt met mozaïeken van profeten. Het zou in dit reisverslag te ver gaan om alles onder de loep te nemen wat Ravenna nog te bieden heeft en ik verwijs alweer naar de vele goede naslagwerken om alle gebouwen en kunstwerken eens op te zoeken. Op weg naar Cezena komt de zon erdoor, de warmte is gaan liggen en het is aangenaam fietsen over rustige landelijke wegen. Af en toe rijden we over verbindingswegen van dorp naar dorp en een eerste maal gaan we in Settecrosiari op zoek naar een B&B. Op de deurbel werd niet gereageerd, dan maar de grote middelen. Het touwtje aan de grote gong was zo voor het grijpen en het geluid galmde door het straatje. Een mevrouw die ons in het zijpoortje tewoord stond zei dat er geen plaats was. Een tweede poging was met een vriendelijke meneer die overigens goed Duits sprak. Hij wist een Agritourismo in Celetta en was zo vriendelijk om ons er naartoe te brengen. Ook daar vingen we bot, maar de dame vertelde ons dat de enige bar in Celleta ook kamers verhuurde en zoals we al enkele keren hadden meegemaakt op onze reis was het ook deze keer weer de gouden tip! Een ruime en nette tweepersoonskamer met afzonderlijke douche en wc, voldoende handdoeken, alles kraaknet. In het dorpje een tweetal kilometer verderop was een pizzeria vertelde de barman, daar zouden we wel aan eten komen. We zagen er echter tegenop om alweer op de fiets te stappen en we besloten om niet te eten en wat mueslikoeken op te peuzelen met een glaasje wijn erbij. Toen we na het douchen naar de bar gingen zagen we allerhande hapjes op de toog staan, te vergelijken met de tappas in Spanje. Op mijn vraag of we ook enkele hapjes mochten nemen was het antwoord positief. Een Italiaan die behoorlijk Engels sprak vertelde me dat die hapjes bestemd waren voor de klanten, dat hadden we goed begrepen. De vrouw van de patroon kwam ons zelfs aan tafel bedienen en om onze dankbaarheid te tonen hebben we die avond twee flessen wijn soldaat gemaakt. Voor wat hoort wat dachten we zo! We hebben de avond verder doorgebracht met het aanvullen van onze notas in ons dagboek en het was donker voor we er erg in hadden. Morgen wacht ons weer een dag met nogal wat klimpartijen, de Apennijnen zijn geen hooggebergte maar toch stevige kuitenbijters! We zullen zien.
|