James, de huisknecht van de schatrijke maar stokdove graaf, zit 's avonds laat te wachten op de thuiskomst van zijn meester.
Als deze eindelijk arriveert, trekt James z'n vriendelijkste gezicht. Terwijl hij de graaf helpt met het uittrekken van zijn jas, murmelt hij vloekend:
"Zo ouwe dove kurkentrekker, je hebt zeker weer de hele dag in allerlei bars rondgehangen?"
"Toch niet, James," zegt de graaf, "ik ben naar de stad geweest om een gehoorapparaat te kopen."
**********
|