Joepie, we beginnen nu serieus af te tellen naar de terugreis.
Vorige zaterdag zijn we na een dikke week in Sufers Paradise aan de Goldcoast terug naar nicht Brisbane gekomen, per boemeltrein. (een kleine misrekening)
Ongelooflijk hoeveel mensen ons aanspraken en hoe behulpzaam iedereen was.
Zoals ik al zei is een ‘echte Australiër' echt zeldzaam. Uiteindelijk zijn dat de Aboriginals en die wonen veel meer in het binnenland en op meer afgelegen plaatsen.
Op straat en op de trein zie je een bonte mengeling van alle rassen en culturen.
Wanneer ze hun verhaal beginnen te vertellen blijkt dat ze allen afstammen van voorvaders uit één of ander Europees land en ontelbare mensen hebben Europa bezocht en zijn er doorgereisd, maar slechts enkelen hebben de Noordelijke kant van Europa bezocht.
Bij onze terugkeer was de man van nicht Brisbane nogmaals ontslagen uit het ziekenhuis en het lijkt nu alsof zijn longontsteking wat beter is.
Er werd gevreesd dat hij ‘The Swine Flu' (de Mexicaanse griep) had, maar na onderzoek bleek dit niet te zijn. (gelukkig voor ons, want ik wil nu wel hèèl hèèl hèèl graag terug naar huis) maar dat wisten jullie al wel zeker.
Toen wij hier arriveerden leed Australië onder een ellenlange droogte.
Het had sinds april niet meer geregend en ieder sprietje gras, of wat er nog van overbleef, smeekte om een druppel regen.
Maar op Belgen kan je altijd rekenen: zodra wij onze valiezen opendeden was het prijs.
Sinsdien is de regen overal met bakken uit de lucht gevallen, ook hier in Brisbane.
Bij ons doet iedereen een vreugdedans wanneer de zon drie dagen na elkaar schijnt en hier doet iedereen een vreugdedans wanneer het regent en bidden ze om nog meer.
Nog even en de Australische regering geeft ons een vergoeding om te blijven als ‘regenbrengers'.
Hier in Brisbane is het een vochtig, warm klimaat, veel warmer dan Sydney, Canberra en Melbourne. De temperatuur is meestal rond de 28°C en loopt volgens nicht in de zomermaanden op tot rond de 40°C.
De enorme regenbuien hebben wel her en der voor wateroverlast gezorgd en zelfs voor overstromingen op enkele plaatsen.
Mr. Silver en ik hebben een treinreis van één volle dag terug naar Sydney geboekt, om op die wijze nog een impressie te krijgen van Australië, maar nu is het hopen dat de trein de hele weg rijdt, want op enkele plaatsen waren er overstromingen en moesten de mensen overstappen op autobussen (cfr. de nieuwsberichten van zondag).
Het overstappen op bussen vind ik niet zo erg, maar we sleuren wel heel wat bagage mee en we gingen dit in een speciaal compartiment van de trein zetten zodat we vrij in de trein konden rondlopen en enkel onze handbagage nodig hadden.
Ik ben nu al zo ver dat ik bij mezelf denk : pfft.... ‘what will be will be'... we zullen wel in Sydney geraken hoe dan ook, maar ik zou niet graag mijn valies vol geschenkjes voor de kinderen kwijt geraken.
Nicht Brisbane heeft ons gisteren hier de hele prachtige kustlijn laten bewonderen.
Die is zo helemaal anders dan die van ons.
Overal zijn er grote overdekte plaatsen met tafels en banken om te picknicken en er staan ook grote BBQ's die je kan bedienen met munten.
Wat me ook is opgevallen in Australië zijn de VELE en propere openbare toiletten, iets dat je bij ons niet vindt.
's Avonds had nicht een BBQ thuis gepland en al haar kinderen die hier wonen kwamen om afscheid te nemen, het was een gezellige boel.
Morgen zullen we onze valiezen inpakken, want woensdag ochtend om zes uur moeten we al aan de trein zijn in Brisbane, dat wordt vroeg opstaan!
Na een treinreis (of busreis) van circa vijftien uur worden we opgewacht door nicht Sydney, waar we nog de resterende dagen tot ons vertrek zullen verblijven.
Deze vijf dagen zijn ook al volgeboekt.
We hebben afgesproken met ex-nicht Londen die in de jaren zestig ook naar hier is geëmigreerd en de andere nichten willen ook nog allemaal afscheid komen nemen.
Het zullen nog drukke dagen worden denk ik.
We hebben al twee valiezen meer om terug te komen... misschien moeten we overwegen om wat oud gerief hier achter te laten.
Het is bijna niet te geloven dat we onderweg van zomer naar winter zullen vliegen.
Veel vrienden zullen denken: zat ik maar daar in dat ver tropisch land, maar geloof me : ik tel nu zoals ik zei de dagen en uren af om terug thuis te zijn!
Dit wordt mijn eerste en laatste avontuur!
't Zit echt niet in mijn genen.
Bojako die een lekkere 'Snapper' gaat binnenspelen.
Pazke is dit de vis die je toen in Java hebt gegeten?
Dezelfde Snapper hieronder iets later...(aan de tanden zie je waarom het een snapper wordt genoemd)
Het tomaatje werd tussen de tanden gestoken om de vlijmscherpe tandjes te tonen.
De kelner moest toch ook even grinniken.
(maar ik eet toch liever vis zonder kop hoor)
|