Ik was nog vergeten te schrijven dat ik gisteren naar Brest gereden ben, naar de spoeddienst, les “urgences”. Een dame op de camping had een ernstig ongeval gehad, een botsing met een skateboard. Het leek het beste haar meteen naar de spoeddienst te brengen en niet te wachten op de 112 of ambulance. Zo ben ik dan naar Brest gereden met mijn camionette. Haar man wuifde haar nog uit terwijl hij met de tuinslang klaar stond om het geronnen bloed van het asfalt te spuiten. Toen de dame enigszins tot bewustzijn kwam tijdens de rit, bleek dat zij ook Vlaming was. Ik vond nog net een parkeerplaats bij de spoeddienst tussen twee helikopters. De wonde werd behandeld en ik had een babbel met een van de helikopterpiloten. “En, drukke dag gehad vandaag? “Oh, het is rustig; buiten een lijk dat al twee maanden in zee lag en half opgevreten was door de vissen, hebben we nog niet moeten uitrukken”. Patiënt en ik zijn dan naar het geneesmiddelendepot gereden, ook in Brest. Een mens kan gelukkig zijn met zijn camionette voor zo’n lading geneesmiddelen, die ingeladen werden. Eind goed, al goed. Maar met dit verhaal krijgt de geloofwaardigheid van mijn blog een serieuze deuk. Ik beloof voortaan enkel nog stukken te schrijven, die historische waarde hebben.
|