Bevlogen
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ik weet niet zeker of het zwanen waren, een najaarsnanacht dat hun vleugelslag in duizendvoud over het huis heen lag, om pas tegen het daglicht te bedaren.
De hele dag liep ik als uitverkoren, of ik door engelen was aangeraakt. Maar hoeveel lege nachten zijn doorwaakt waarin sindsdien geen wiekslag viel te horen?
Nu moet ik mij weer met de zon verzoenen en, nooit meer zo bevlogen, wennen aan het wassen en het slinken van de maan, het komen en het gaan van de seizoenen.
uit: 'Onmogelijk geluk', 1992.
|