Foto
Inhoud blog
  • Costa Rica 14 (EINDE)
  • Costa Rica 13
  • Costa Rica 12
  • Costa Rica 11
  • Costa Rica 10
  • Costa Rica 9
  • Costa Rica 8
  • Costa Rica 7
  • Costa Rica 6
  • Costa Rica 5
  • Costa Rica 4
  • Costa Rica 3
  • Costa Rica 2
  • Costa Rica 1
  • Reis naar Lviv, deel 7 en einde.
    Zoeken in blog

    De wereld van Ciske en Lieke
    Francis Velleman en Julia Oosterbaan geven je een inkijkje in hun leven.
    21-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Costa Rica 3

    Donderdag 17 februari

    xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" /> Dit zal een dag worden die we niet gemakkelijk zullen vergeten. Een dag waarin we geflirt hebben met de Dood. Nu weten we eindelijk waarom hij lukraak en blindelings met zijn zeis zwaait.

    De dag begon  zoals de dag van gisteren. We waren vroeg op en gingen vroeg ontbijten. Het eekhoorntje dat ons gisteren gezelschap hield was wat later dan wij opgestaan.Na het ontbijt was het koffers pakken. Tijd genoeg, want de huurwagen kwam eerst om negen uur.

    Uiteindelijk werd het toch nog een uur of tien voor we de eerste kilometer achter de wielen hadden, omdat we eerst nog een hele administratieve procedure door moesten en controleren of de auto alles aan boord had, zo ondermeer een babystoeltje en een GPS. En over die GPS zal ik het maar direct hebben. Er staan geen namen van straten of wegen in. Om de eenvoudige reden dat de straten en wegen in Costa Rica geen namen hebben, alleen maar nummers. Probeer jullie dat maar even voor te stellen. Wat zit er dan wel in die GPS? Alleen maar “points of interest”. Een supermarkt in een bepaalde stad, of een kerk of een hotel bijvoorbeeld. Maar niet alle hotels en supermarkten, dat ondervonden we meteen. De supermakrt van Alajuela waarheen we zouden rijden om Katina en Tupac te ontmoeten was onvindbaar, zodat we via GSM een nieuw punt afspraken.

    Voor we aan het ontmoetingspunt komen toch nog even een woordje over onze huurauto. Een beest van een Toyota. Een Landcruiser Prado. De diameter van de wielen is groter dan Maïté hoog is. Je moet instappen met een lift, al overdrijf ik nu een beetje. Hij heeft een automaat. Om te starten zet je je in P, duw je de voetrem in, leg je de autosleutel in een bakje achter de handrem  en druk je op een dashboardknop waarop start/stop staat. Vroem. Daarna ga je van P naar R en als je achteruit moet rijden blijf je daar en duw je het gaspedaal in. Vroem. Als je echter vooruit moet rijden – wat regelmatiger voorkomt – ga je van R over N naar D. Daar aangekomen druk je de pook naar links. Je ziet nu de D op een dashboardscherm verschijnen, met erachter een cijfer. Dat cijfer zegt je in welke versnelling je staat. Om weg te rijden sta je best in 1, zodat je kleine klopjes geeft tegen de kop van het pookje tot dat cijfer verschijnt. Je duwt op het gaspedaal. Vroem, je bent weg.

    De eerste kilometers met een nieuwe wagen zijn natuurlijk de gevaarlijkste. Je moet het beest eerst temmen en ondertussen toch je ogen op de weg te houden. Bovendien zaten we in een stad van anderhalf miljoen inwoners. En veel van die inwoners hadden ook een auto. Maar de goden waren met ons. We kwamen zonder kleerscheuren aan in Alajuela en even later waren Katinka en Tupac er ook. Eerst reden we naar de supermarkt – je weet nog wel, die niet in de GPS stond – en kochten er wat versnaperingen voor onderweg. En daarna ging het richting Poàs vulkaan. San José ligt op zo’n duizend meter boven de zeespiegel. De Poàs op tweeduizend zeshonderd vijftig. Bij het naar boven rijden begon de zon langzaam achter de wolken te verdwijnen en zagen we de buitentemperatuur gestaag naar beneden gaan. Toen we aan de ingang van het Nationaal Park kwamen – want elke vulkaan ligt in een nationaal park – en we ons geld opdiepten om binnen te mogen, zei de beambte dat we vijftig procent kans hadden om de vulkaankrater te zien. Dat betekent dus ook dat we vijfitg procent kans hadden om hem niet te zien. Maar gezien onze vroegere ervaringen met  vulkanen in andere landen schatten we onze echte kansen op 25 procent.

    Toen we bij het uitkijkpunt aankwamen feliciteerden we onszelf met ons inschattingsvermogen: er was geen fluit te zien. Duistere wolken hadden de driehonderd meter diepe vulkaanmond tot boven toe gevuld. Bovendien regende het en was de temperatuur gezakt naar twaalf graden. We bleven er toch een half uurtje in de hoop dat de wolken ons toch nog een glimp van het moois zouden laten zien, maar helaas. We wandelden dan maar verder, op weg naar een oudere vulkaanmond, omringd door een spookachtig maar prachtig landschap waar trollen en feeën woonden. Maar ook hier hadden de wolken het voor het zeggen, en bovendien begon het nu echt door te regenen, zodat we onder een houten afdakje schuilen gingen.

    Toen het regenwoud weer wat meer woud was en minder regen, gingen we de weg terug tot aan het bezoekerscentrum, waar we onze verkleumde lijven op een kopje koffie trakteerden, om daarna de vulkaan Po0s definitief de rug toe te keren. Terwijl we naar beneden reden gebeurde net het omgekeerde als bij het naar boven rijden: de wolken verdwenen, en de temperatuur klom weer omhoog tot hij bij 27 graden hangen bleef. We stopten ergens onderweg in een restaurante muy tipico en vulden onze innerlijke mens, waarna we afscheid namen van Kalinka en Tupac met de wederzijdse belofte dat we elkaar op het einde van onze rondreis nog eens zouden ontmoeten.

     Daarna begonnen we aan onze afspraak met de Dood. In Costa Rica donkert het om zes uur, en eigenlijk hadden we al zeker een uur vroeger moeten vertrekken om bij klaarlichte dag aan te komen in Sarapiqui, onze volgende bestemming. Maar goed, het grootste deel van de trip zou toch nog bij daglicht gereden worden. Maar we hadden geen rekening gehouden met de nieuwe verkeersconfituur die op ons zat te wachten. Ongelofelijk. Brussel en Antwerpen gecombineerd. En het probleem is dat je in een land als Costa Rica geen uitwijkmogelijkheid hebt. Toen we de stad Heredia door waren, waren we nog nauwelijks aan onze reis begonnen en was het al donker…

    En daar was  hij dan, de man met de zeis, in de vorm van een kronkelende weg over de cordillera. Hij heeft  staar. Zijn ogen zijn blind en melkwit van de wolken die zowel hem als ons het zicht totaal belemmeren. We zien geen hand voor ogen. We zien niet waar de weg is. Soms zijn er rode reflectoren langs de rechterkant van de baan en kun je die kronkelende dingen proberen te volgen, soms ook zijn die er niet. We rijden voort op onze adrenaline, stapvoets. Koen hangt uit het raam en probeert me aanwijzingen te geven. Maar soms weet hij het ook niet meer. Hels. We horen hem lachen, Pietje, of hoe hij hier ook noemt.

    We worden bijgehaald door een vrachtwagen. Na een tijdje toetert hij en knippert met zijn lichten. Hij wilt dat we hem doorlaten, maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan op een kronkelende baan die op- en neergaat en waar je de volgende bocht niet ziet. Je weet ook dat de Seitenstreifen nicht befahrbar zijn, zoals je in Duitsland ziet staan. En plots is daar toch dat stukje plat van dertig meter waarnaar je uitwijken kan. Ik stop, de vrachtwagen rijdt ons voorbij, en achter hem nog twee andere auto’s. We sluiten aan, vastbesloten de lichten voor ons niet meer te lossen. Ons adrenalinepeil zakt een beetje, maar niet veel. Het is nog een lange weg. De auto’s voor ons zijn duidelijk bemand door mensen die weten op welke weg ze rijden, want als ze de mogelijkheid zien, rijden ze de vrachtwagen voorbij. Wij blijven er mooi achter. De brave man geeft ons zelfs aanwijzingen met zijn lichten.

     En zo geraken we over de bergpas en laten de Dood achter ons. We horen hem vloeken. Of  is het gewoon de regen op het dak van onze auto? De rest van de reis verloopt vlekkeloos, zeker in vergelijking met wat we daarnet beleefd hadden. We hadden ons lesje geleerd: in Costa Rica nooit meer aan een reis beginnen als je die in het donker moet afleggen.

    Toen we ons lodge Quinta de Sarapiqui gevonden hadden, kregen we echter nog wat op ons bord. Ze hadden ons ergens anders geboekt, omdat onze bungalows nog niet helemaal afgewerkt waren. Maar de lieve dame vertelde ons dat we in een lodge van een hogere categorie zouden logeren, en dat we bovendien als compensatie voor het ongemak het avondmaal van die dag en van de volgende dag gratis kregen. Daar konden we mee leven. Nat dat eerste avondmaal genuttigd te hebben piloteerde ze ons naar ons nieuw verblijf, de Selva Verde Lodge. En waarachtig, ze had beslist niet gelogen. Dat merkten we de volgende dag.

    Maar dat verhaal komt later.



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (1)

    21-02-2011
    Avontuur
    Jawadde mannekes, jullie kunnen echt wel gewagen van een avontuurlijke reis, zie ik :-/ Dat in het donker rijden was in Cuba ook geen goed idee, maar gelukkig nooit zo geen bergweg gedaan in de wolken, pfff. Gelukkig hadden de andere voertuigen dan precies toch lichten, en dat was in Cuba niet het geval, zelfs geen reflectoren bij de meesten. Pretty peligroso.. Maar bon, dat zal jullie geen twee keer overkomen, zeker? Geniet nog van de rest, en dikke knuf voor allen Jo x

    21-02-2011 om 11:04 geschreven door Jo




    Archief per week
  • 07/03-13/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 14/02-20/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 13/12-19/12 2010

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!