In Djosers (Horus Netjerihet) trappenpyramide te Sakkara.
Deze site heeft sinds het eind van de twintigerjaren tot in de vijftiger jaren van vorige eeuw meer dan 20.000 fragmenten en honderden inscripties opgeleverd. (Gunn A.S.A.E.26 and 28 voor de twintiger jaren en Lacau-Lauer 'La Pyramide a Degrees' vol. IV, 1959- gebeitelde inscripties- en vol V, 1965-inscripties in inkt voor het vijfde decennium)
Zij vormen een van de voornaamste bronnen om inzicht te krijgen in het functioneren van de administratie in het Vroege Tijdperk. Een uiterst nauwkeurige cataloog ervan (dynastieën 0 tot 3) vinden we in het corpus (=verzamel werk, cataloog) van Kahl 1994.De vazen van Ninetjer die in Sakkara gevonden werden zijn genummerd 2104 tot 2821. De ganse verzameling van Ninetjer bestrijkt de nummers 2097 tot 2848. Van de 717 gevonden in de trappenpyramide zijn er maar 20 die de naam van de koning dragen de andere 700 werden door Helck aan zijn regering toegeschreven (Z.A.S. 106, 1979 p.120-32 expec. p.130).
Maar in ambitieus project, dat van start ging in 2002, om alle voorwerpen uit de koninklijke graven van de eerste dynastieën te Abydos, die bewaard worden in het Koninklijk Museum van Kunst en Geschiedenis te Brussel opnieuw te bestuderen werden door de ploeg van Hendrickx heel wat nieuwe bevindingen gedaan (Hendrickx, Van Winkel, Bull. MRAH, 64, 1993, 5-38; Hendrickx, Bielen, De Paepe, in: MDAIK 57, 2001, 73-108; S. Bielen, niet gepubliceerde MA thesis. S. Bielen, in: S. Hendrickx et al. (eds.), Egypt at its Origins, 2004, 621-635).
In het bijzonder gaat de aandacht naar het werk van Ilona Regulski, die data verzamelt voor haar doctoraatsthesis over Palaeografie (dit is een hulpwetenschap van de geschiedschrijving die zich bezig houdt met het bestuderen en ontcijferen van oude handschriften en archiefstukken) van het Vroeg Egyptisch schrift van Nagada IID-IIID tot Netjerichet-Djoser. In een recent artikel (2006) "Inkt inscripties van de Tweede Dynastie uit Sakkara (in: S. Hendrickx et al. (eds.), Egypt at its Origins, 2004, 949-970) stelt zij dat de grote massa van de stenen vazen, ook die afkomstig van het Vroeg-Dynastisch kerkhof te Sakkara en het trappenpyramide complex aldaar, origineel van Abydos afkomstig zouden zijn. Verder stelt zij nieuwe regels voor om de uit Sakkara afkomstige met inkt beschreven vazen te dateren. Voornamelijk deze afkomstig uit het de oostelijke gallerijen VI-VII van het TPC van Netjerichet/Djoser zou ze eerder tijdens de regering van Chasechemoei situeren dan tijdens deze van Ninetjer zoals eerder werd aangenomen door de studie van Helck We komen hier later nog op terug.
Het is onmogelijk om hier zelfs in algemene trekken een overzicht te geven over de verschillende aspecten van dit corpus. Het volstaat om te zeggen dat veel administratieve titels, topografische namen, domeinen, en namen van hofdignitarissen (Chnoemneferhotep, Chnoemenii), van enkel obscure koningen en verder namen van paleizen, goden en feesten genoemd worden. Deze kunnen min of meer geordend worden in een chronologisch raamwerk door paleografie en door het herhaald voorkomen van de namen van enkele stichtingen en domeinen. Het talrijk voorkomen van deze laatste tijdens de regering van Ninetjer getuigt van een uitzonderlijke graad van welvaart en een strikt georganiseerde staatsbureaucratie. Iets wat beter te vergelijken valt met de regeringen van Den en Qa'a dan met deze van zijn onmiddellijke voorgangers.
Eigenaardig genoeg vinden we nergens een vermelding van het Heb-sed jubileumfeest dat hij toch minstens éénmaal moeten hebben gevierd. Maar sommige van de inkt-inscripties, die door Helck in het tweede deel van zijn regering werden gedateerd ( onder ambtenaar Chnoemenii) vermelden wel een Heb-sed feest alhoewel dit nergens direct verbonden is met de naam van de koning.(Pyr.Deg. V n. 273,4; cfr. Helck op.cit. p. 128).
Verschillende van deze vazen, meestal daterend uit de Eerste Dynastie, zouden door Ninetjer aan sommige hoge ambtenaren zijn geschonken als koninklijke gift. Enkele van deze vazen dragen dan ook in inkt aan de binnenzijde van de vaas inscripties van deze ambtenaren terwijl er aan de buitenzijde inscripties uit de Eerste Dynastie zijn ingegraveerd.(PD IV 22, 30, 41, 97).
De vrij ingewikkelde geschiedenis van deze vazen, ontdekt in het trappyramidecomplex van Djoser (Pyr.Deg. IV-voor de gegraveerde koningsnamen en Pyr. Deg. V - voor de inkt inscripties van private personen)werd gereconstrueerd door Helck 1979 in het van hem afkomstig en hogerop aangehaalde artikel (ZAS 106, 120ff.). Hij veronderstelt dat er op zijn minst drie groepen van vazen dienen te worden onderscheiden: de eerste en grootste groep uitgemaakt door deze die door Ninetjer in de tweede helft van zijn regering werden bijeen verzameld en daarna door Peribsen en later nog door Chasechemoei, naar alle waarschijnlijkheid uit magazijnen van Ninetjer's tombe of uit de bovenbouw ervan, werden ontvreemd om tenslotte definitief te belanden in de oostelijke gallerijen onder het TPC (trappyramidecomplex) van Djoser of elders waar ze door hem werden geplaatst in het eerste deel van zijn regering >
De befaamde Heb-sed albasten vaas uit het TPC (Cairo Museum JdE 64872; Firth-Quibell, Step Pyr., 1935, 135, pl. 104) vertoont een deel van een bijna uitgewiste inscriptie in inkt die verwijst naar het vierde feest van Sokar (cfr. de Palermo Steen voor de vorige vier feesten). Op een ander vaas komt een beter bewaarde inscriptie voor met een jaar dat naar de Shemsoe Hor, de zeventiende census van het vee, een aanduiding van de Oeadj-Hor phyle en van de Inj-Setjet (cfr. Peribsen) verwijst. [Lacau-Lauer, Pyr. Deg. V, 274, fig. 153]. Alhoewel geen koningsnaam voorkomt schijnt alles er toch op te wijzen dat deze vaas aan Ninetjer toebehoorde. [A.M. Roth, Egyptian Phyles...1991, 223; D. Gould, in: Bickel-Loprieno (eds.) Aeg. Helvet. 17, 31]. Onder meer de phyle naam, de "jaarfeiten" en andere epigrafische en stylistische argumenten samen met de vorm van de vaas ( zeer gelijkend op de eenhorige albasten vaas met de naam van Hetepsechemwoei cfr. PD IV, nr. 50) lijken in die richting te wijzen .
Vervolg ( zegelafdrukken en graf van deze koning ) binnenkort