Dag 25 : 14-06-2009 : Triacastela - Portomarin . 49 km
Na twee slopende bergritten hebben we vandaag noodgedwongen wat minder kilometers gefietst. De lucht was grijs en het parcours allesbehalve gemakkelijk. De hoogste bergtoppen zijn we overgeraakt, maar de opeenvolging van meerdere kleine klimmetjes erna doet pijn. We fietsten langs een mooi gebied met vele kleine riviertjes tussen bosrijke hellingen. Vele naamborden zijn tweetalig (Spaans en Keltisch). In Samos zijn we even gestopt voor fotos te nemen van het Monasterio San Julian. Daarna reden we verder richting Sarria. Het was vandaag processie en de straten waren bedekt met een lang bloemtapijt. Via een lange klim en heuvelachtig traject bereikten we Portomarin dat aan de overzijde van een stuwmeer ligt. Het dorp is nu hogerop gelegen omdat het oude dorp verdween voor de bouw van de stuwdam. De mooiste gebouwen werden echter steen voor steen afgebroken en opnieuw op elkaar gezet, zo ook de twaalfde eeuwse vierkante kerk. Nic had vandaag even geluk toen in volle afdaling een kudde koeien opeens de weg overstak. Gelukkig zijn de Norta fietsten stevig en betrouwbaar zoniet ... We logeren in een fraai hotel genaamd "Villa Jardin" met zeer ruime kamers in het hart van de stad.
Dag 24 : 13-06-2009 : Ponferrada - Triacastela . 85 km
We zijn in Galicië en gaan in rechte lijn op Santiago de Compostela af; nog ongeveer 160 km te fietsen. We zitten lichtjes voorop op ons schema, omdat alles beter loopt dan verwacht. De voorbije dagen zien we steeds meer en meer stappende "peregrinos" in lange slierten langs de wegen. Fietsers vertegenwoordigen echter maar een klein percentage. Ook het weer is prachtig en in de namiddag stijgt het kwik tot rond de 30 graden. Het stadje Ponferrada heeft een goede indruk op ons nagelaten; goed hotel, prachtige gebouwen en een rijk uitgangsleven. Tot in de vroege uurtjes zitten de Spanjaarden op terrasjes en vertellen met luide stem hun verhalen. Om 8u waren we al op weg, samen met 2 bejaarde Zwitsers, die met een simpele wegenkaart op de Camino zitten. Beide heren waren ons dankbaar om gedurende 25 km met ons mee te fietsen.Toen de eerste klim eraan kwam hielden zij het voor bekeken. Er volgden nog meerdere klimmen van 6% tot 10% dit om van 550m hoogte naar 1335m te geraken. Hoogtepunt was de CEBREIRO op 1310m na een klim van 2,5 km met stijging tot 10%! Het landschap was adembenemend mooi, maar de tocht keihard. Regelmatig eten en vooral drinken (suikerwater) was de boodschap. Nic had bijzonder goede benen en reed meerdere km probleemloos voorop, tot de honger haar velde..... Als afsluiter kregen we na de top nog enkele korte klimmetjes alvorens een lange afdaling van 12 km met dalingspercentage 7% aan te vangen, richting Triacastela. Onze Nederlandse vrienden, Jan uit Puttershoek en Ernst uit Appeldoorn verwelkomden ons met een drankje op een zonnig terrasje. Goed 20 minuten later zagen we de Italiaan Franco aankomen, maar de Duitser Jann had de rol moeten lossen en bleef achter in een Albergue op de Cebreiro. Het was een zware tocht; niet voor watjes of niet voor "doetjes" zoals de Hollanders zeggen. En morgen gaan we er gezond terug tegenaan. Fré en Nic.
Dag 23 : 12-06-2009 : Astorga - Ponferrada : 58 km
Lekker weertje vandaag, zon en windstil. We verlieten vrij makkelijk het stadje Astorga (op 870m hoogte) voor een zware tocht naar Cruz de Ferro (1.500m). De eerste 25 km verliepen vlot, en langzaam maar zeker bergop. Vanaf het dorpje El Ganso waren we al op 1.030 m hoogte en ons "trippelken" deed zijn werk. Ons doel was via Foncebadon (de Montes de Leon) het gekende Cruz de Ferro, een eeuwenoud kruis op een boomstam, te bereiken, om zoals iedere pelgrim een steen op de grote hoop te leggen. De steenhoop ligt op de grens van de vruchtbare streek El Bierzo. Her en der zien we opnieuw wijngaarden. Na een spectaculaire lange en steile afdaling in de vallei van El Bierzo hebben we zicht op onze eindbestemming Ponferrada en de met sneeuw bedekte bergen voor morgen. Tijdig remmen en oppassen in de haarspeldbochten vragen veel concentratie. Enkele malen houden we halt omdat de velgen verhit zijn van het veelvuldig remmen. Het uitzicht was onbeschrijfelijk. We logeren in een ruim Hostal tegenover de Tempeliersburcht met hoge kanteeltorens. De Tempeliers (geestelijke ridderorde) had als taak de Camino en de pelgrims te beschermen. Zoals wij elkaar een goede dag toewensen, wenst men hier elke pelgrim een "buen camino" toe.
Dag 22 : 11-06-2009 : Mansilla de las Mulas- Astorga : 83 km
Het weer verandert elke dag in het noorden van Spanje. Deze morgen was er voor het eerst dichte mist tot ongeveer 9u30. Het was dan ook oppassen geblazen op de drukke weg, richting León. Het geel veiligheidsvestje aan, samen met de verlichting op de fietsen, moesten de aandacht trekken van de vele vrachtwagens die langs ons voorbijraasden. De stad León was prachtig, een immense kathedraal die zowel langs binnen als buiten de nodige bewondering kreeg. Ook diverse andere gebouwen in de stad genoten onze aandacht. Franko en Jann waren op post bij de kathedraal. We reden samen de stad uit maar kwamen op een zeer drukke weg terecht, richting Astorga. Na veel bijsturing zijn we uiteindelijk op onze geplande route, met kleine dorpjes en vervallen kerkjes geraakt. Kort na de middag waren we in Villar de Mazariffe, een pelsgrimsdorp met speciale kerk en bijghorende ooievaarsnesten. De temperatuur was aangenaam, met enkele kleine wolkjes en geen wind: fietsweer. We reden langs vlakke wegen en meerdere kilometers over kiezelwegen. In Hospital de Orbigo reden en stapten we zoals miljoenen voorgangers over de Romeinse brug over de Rio Orbigo. Via rustige landelijke wegen bereikten we probleemloos Astorga, een stadje met een rijk en waardevol verleden. De specialiteit van de stad is de Mantecada, een soort botercakje, alsook de gekende chocolade. Na een stevig maal (polo) vandaag op tijd in bed, want morgen krijgen we een bergrit. We logeren in Hostal Luso, waar alles naar wens is.
Dag 21 : 10-06-2009 : Fromista - Mansilla de los Mules : 104 km
We hebben er bijna 1800 km opzitten. Ondanks alles het elke dag een nieuw avontuur. In ons verblijf "pension Marisa" was er al beweging vanaf 5 uur deze morgen van de eerste stappers die vertrokken voor hun Camino. Om 7u30 was het onze beurt, het was fris en donkere wolken ontsierden de hemel. Gelukkig hadden we een relatief vlak parcours, alhoewel we toch op een hoogte van om en bij de 900m fietsen. We zitten nog steeds in de provincie Palencia en rijden door de "Tierra de Campos"; uitgestrekte velden tot aan de horizon voorzien van graan, stoppelgras en naakte rode aarde. De wijngaarden zijn al enige tijd verdwenen. Af en toe zien we een klein vergeten dorpje. Links van de weg stappen her en der Pelgrims, gehuld in regenjassen. In Carrion de los Condes nemen we een uitgebreid lekker ontbijt en zetten koers richting Sagahun. De wind en regen meemt toe en de tocht wordt opnieuw moeilijk. Naast vele aanwijzingen "Camino de Compostela - 467 km" en verder diverse bevestigingen dat je op de goede weg zit , is de brede baan eentonig en lang ! In Calzadilla de la Cueza ontmoeten we in een Albergue 2 meisjes uit Korea en hebben een goed gesprek in het Engels. Een foto wordt genomen als herinnering. In Sahagun eten we in Albergue "La Trinidad"samen met onze Italiaanse vriend Franko uit Trieste en een Duitser Johann. Beide besluiten om samen met ons verder te rijden. Het weer is ondertussen beter geworden, de temperatuur gestegen en de km gaan vlot voorbij. We boeken een Hostal "Las Delicias" in Mansilla de las Mulas, zodat we extra 25 km moeten rijden naast onze voorziene planning. Het laatste stuk : 15 km - is weer eentonig en we houden even halt in El Burgo Ramero , in de provincie León, en genieten van een lekker biertje op een terrasje. Ons verblijf in Mansilla is een meevaller, ruime en nette kamer en het eten - Pelgrimsmaaltijd - is verzorgd en gevarieerd: We eindigen de dag rond 21u30 in bed na een wandeling door het dorpje.Wat proviand wordt ingeslagen voor morgen (fruit = Bananen) Zoals in vele Spaanse dorpjes wonen er ook hier bovenop de kerktoren ooievaars . Ik stel vast dat onze conditie elke dag beter wordt, alhoewel spierpijn nooit ver weg is, maar de eindstreep komt in zicht !
Deze morgen was het nauwelijks 8 graden toen we de grote stad Burgos verlieten langs de Kathedraal samem met vele stappers en enkele fietsers. Het verlaten van een grote stad is nooit simpel en gaat dikwijls gepaard met een stevige klim, zo ook nu over een afstand van 2km met stijging tot 7%. De dag beloofde weinig goeds; betrokken lucht, wind en geen zon te bespeuren, een beetje weer op zijn Belgisch. Het landschap is hier dan ook groen en vele landbouwprodukten alom aanwezig.In Vilviestre hadden we een nieuwe klim ditmaal over 3 km met stijging tot 6%. Toegeven, het klimmem gaat iets beter, maar is met pak en zak niet te onderschatten, maar na elke klim komt er een afdaling..Rond de middag waren we in Hontanas op 867 m, een piepklein dorpje , maar met een prachtige en goed georganiseerde Albergue. Van alle zijden zagen we stappers uit de velden en bergen aankomen om even uit te rusten, iets lekkers te eten en te drinken en eventueel te overnachten. Toegeven, na een flinke tocht smaakt een belegd broodje uitermate lekker. Een paar km verder reden we door San Anton onder de boog van een oude ruïne die ook gebruikt wordt om Pelgrims te laten rusten. Nabij Castrojeriz reden we in gezelschap van meerdere Hollandse fietsers, die er een extra lange tocht van maakten om tijdig hun vliegtuig te halen volgende week. De voorbije dagen ontmoeten we deze groep steeds voor, tijdens of na een rit, we zullen hen missen... het is alsof je in een treincoupé zit, waar elke dag mensen in-en uitstappen of blijven zitten. De laatste 20 km richting Frómista verliepen op een kaarsrecht stuk met lichte wind. In de verte zag je af en toe een fietser of stapper vorderen, en voor de rest blijven trappen. We logeren in een klein dorpje dat leeft van de vele Pelgrims, en de plaatselijke handelaars spelen daar duidelijk op in. Het vernieuwde plein rond de mooie gotische San Pedrokerk is een blikvanger. Tijdig naar bed en gezond weer op (om 6u) is de boodschap.
Een helse tocht! Vertrokken met opnieuw tegenwind en na 5km een eerste klim van 4,5 km met stijgingspercentage van 5%. De lucht was zwaar bewolkt en tijdens de klim begon het te regenen. De snelle afdaling werd dan ook behoedzaam genomen. Wij bevinden ons nu in de provincie Burgos en het wegdek is minder fraai dan in de Rioja streek. Na km 18 volgde een 2e klim en na km 24 een 3e klim waardoor we in het dorpje St Juan de Ortega opnieuw op een hoogte van 1000m zaten. Hier even gestopt om iets te eten en warme koffie te drinken, maar ook om even uit de regen en wind te zijn. Een Duitse Pelgrim die we de vorige avond ontmoet hadden kwam te voet aan en hield het na 25 km voor bekeken. Op onze fietsteller stond op dat ogenblik reeds 31 km. Onze bedoeling was vandaag zo vlug als mogelijk de grote stad Burgos te bereiken om een warme douche te nemen. Langs de grote baan was de afstand uiteraard korter dan langs de Pelgrimsfietswegen, maar wij verkozen de veiligere route. Ook hier was oppassen geblazen de boodschap; telkens er een vrachtwagen voor of achter voorbijreed. Het water spatte hoog op en je werd letterlijk meegezogen of van de weg afgeblazen. In Ibeas de Juarros begon een klim over 700m met stijgingspercentage tussen 8% en 14%. Een moeilijke opdracht vooral als je het koud hebt, het regent en de wind blaast in je gezicht.... Blijkbaar moet je als Pelgrim de tocht verdienen en elke dag ondergaan . We waren dan ook opgelucht toen we in Burgos aankwamen. Volgens de Spaanse weerman zal het de komende dagen beter weer worden.