Het kievits eieren zoeken wordt meest gedaan in Friesland. Daar wordt het "ljipaai sykje"genoemd. Het eieren zoeken is gekoppels aan de nazorg. De nazorg houdt in dat er een stokje bij het nest wordt geplaatst, zodat bijvoorbeeld de boer bij het maaien het nest niet kapot rijdt. Als je eieren gaat zoeken moet je vooral letten op het gedrag van het mannetje en het vrouwtje. Kenners zien daaraan of het een 'kans'(fries: kânske) is of niet. Sinds 1993 is het eieren zoeken in het hele land toegestaan tussen 1 maart en 8 april. 9 april is de sluitingsdatum. In de provincie Friesland is het een oude gwoonte dat het 1e kievits ei aan de Commissaris van de Koningin wordt aangeboden. De vinder krijgt de "Sulveren ljip", een ereteken dat door het Provinciaal Bestuur wordt geschonken. Ook alle 31 burgemeesters van Friesland ontvangen een eerste"kievitsei uit hun eigen gemeente.
Een van Frieslands helden is de boer Pier Donia. Hij leefde tussen 1470 en 1520. Hij werd Grutte Pier genoemd omdat hij een reus van een kerel was. In het Fries Museum liggen nog zijn helm en zwaard. Het zwaard is 2 meter en 30 centimeter lang. Grutte Pier was een hardwerkende boer toen in 1515 zijn boerderij in brand was gestoken. Hij verdacht de Saksen hiervan die toen over Friesland regeerden. Hij wilde wraak en bracht een leger bijeen om tegen de Saksen te vechten. Later vocht hij tegen de Hollanders die Friesland wilden veroveren. Grutte Pier en zijn mannen waren heel wreed. Hij liet alle gevangenen een rijmpje opzeggen en wie dat niet kon werd zonder pardon over boord gesmeten!
Bûter, brea en griene tsiis, wa't dat net sizze kin is gjin oprjochte fries!
Een uilenbord is een dreihoekig bord op een boerenschuur. Het dient er voor om de uiteinden van het dak te beschermen en er voor te zorgen dat de regen niet binnen komt. Het is vaak versierd met 2 zwanefiguren. De boeren wilden graag dat er uilen in hun schuur nestelden omdat het goede muizenvangers waren. Daarom werden er gaten gemaakt in het uilenbord; de vogels konden de ruimte tussen het bord en de schuur gebruiken voor een nest. De vorm verschilt van streek tot streek.
De provincie Friesland telt 11 steden. Ieder jaar wordt een een sportief"elfstedentocht" evenement georganiseerd, zoals schaatsen (als het ijs het toelaat), op de step, met auto's en motoren, fietsen, roeien, wandeltocht. De tocht op de schaats is bijna 200 km. Op het hele traject moet een ijsdikte zijn van minimaal 15 cm. Kleinere wakken worden eventueel voorzien van ijstranspantaties. De wandeltocht is ongeveer 205 km. Dat klinkt zwaar, maar gelukkig kun je het in 5 dagen doen. De fietstocht is 240 km lang en wordt in 1 dag gedaan op Pinkstermaandag. De 230 km met de step wordt als de zwaarste ervaren. Langs de route kunt u de mooiste plekjes in het Friese landschap bewonderen.
In Friesland wordt Fries gesproken. Maar liefst 74% van de bevolking spreekt Fries. (Friesland telt ongeveer 625.000 inwoners). Bijna 100% van de bevolking kan het verstaan. De Friezen zijn erg trots op hun taal. Bûter, brea en griene tsiis, wa't dat net sizze kin, is gjin oprjochte Fries. Vrij vertaald: boter, roggebrood en groene kaas, wie dat niet kan uitspreken is geen echte Fries. De taal is al meer dan 1500 jaar oud en is officieel erkend als tweede rijkstaal van Nederland. Het is een Germaanse taal, dat blijkt ook uit verwante woorden zoals: skiep - sheep -----tsiis - cheese-----jier - year In de provincie Friesland spreekt met ook nog verschillende dialecten zoals het Stellingwerfs, het Bildts, en het Stadsfries. Officiele dokumenten mogen in het Fries opgesteld worden en er bestaat ook de mogelijkheid voor tweetalige plaatsnaamborden.
Sneek heeft sinds een jaar een houten brug over de rijksweg. Wat deze brug zo uniek maakt, is dat de houten constructie het stalen rijdek kan dragan. Bovendien kan er verkeer over heen uit de hoogste veerkeersklasse. De feiten van de houten brug op een rijtje: lengte: 32 meter breedte: 12 meter hoogte: 16 meter (zonder onderbouw) gewicht stalen rijdek: 150.000 kilo gewicht houten opbouw: 300.000 kilo gewicht draad-en verbindingsstangen: 9000 kilo hoeveelheid hout: 690 kubieke meter houtsoort: Accoya (productiebos in Nieuw Zeeland)
Ieder jaar is er "skûtsjesilen" op de Friese wateren. Het zijn origine tjalken (skûtsjes) die in een zeilwedstrijd tegen elkaar uitkomen op diverse Friese meren.
De skûtsjes zijn van origine oude zeil-vrachtschepen (30-40 tonners, beurtschepen) waarmee eeuwen geleden vracht werd vervoerd.Het gaat er meestal nogal heftig aan toe tijdens de wedstrijden, maar 's avonds drinken ze weer allemaal gezamenlijk een Beerenburg. (dit is een fries kruidendrankje). Veel steden en dorpen hebben een eigen skûtsje.
Sinds halverwege de vorige eeuw werden er al hardzeilwedstrijden op de Friese meren georganiseerd, voornamelijk door cafés en zeilverenigingen. Uit de hele wereld komen cameraploegen om dit zeilevenement te filmen.
Sneek is de stad van de watersporters. De grote trek is altijd naar het Sneekermeer, zo'n 5 km ten oosten van Sneek. Vooral bekend is de jaarlijks terugkerende Sneekweek. Voor de watersporters is dit een feestweek die zijn weerga niet kent. De Sneekweek is het grootste zeilevenement op binnenwater van Europa. Behalve gezeild op het Snekermeer wordt er tijdens de Sneekweek feest gevierd in de binnenstad van Sneek. Dit gebeurt met onder andere een kermis en vele festiviteiten. Sneek is ook één van de Friese Elf steden. De waterpoort is rond 1492 gebouwd, tegelijk met de stadswaL rond de stad
Sneek is de stad van de watersporters. De grote trek is altijd naar het Sneekermeer, zo'n 5 km ten oosten van Sneek. Vooral bekend is de jaarlijks terugkerende Sneekweek. Voor de watersporters is dit een feestweek die zijn weerga niet kent. De Sneekweek is het grootste zeilevenement op binnenwater van Europa. Behalve gezeild op het Snekermeer wordt er tijdens de Sneekweek feest gevierd in de binnenstad van Sneek. Dit gebeurt met onder andere een kermis en vele festiviteiten. Sneek is ook één van de Friese Elf steden.
