2001-01-26 ~ op zee
Gisterenavond ging het aan tafel efkes over de bijna-aanvaring van vier dagen geleden in de baai van Ningbo -tekst 330 Choff Luc had de scheepshoorn wel luid en duidelijk gehoord, edoch, hij kon niet zomaar naar de brug springen, hij was op de wc. Wij waren het er danig over eens dat dit een geldige reden was om niet direct op post te zijn.
Waar was ik nu gebleven met mijn relaas over onze uitstap naar Ningbo? Ah ja, van de stad weer naar boord geraken. Wijs geworden na ons Koreaans avontuur van vier jaar geleden -tekst 208- hebben we een taxi genomen bij een groot hotel. Niet dat daar een ander soort taxi's staat, maar bij een groot hotel is allicht iemand die Engels spreekt. En anders haalt de portier wel iemand die Engels spreekt. 't Was nodig ook: de eerste chauffeur had persies nog nooit van het havengebied gehoord, niet in het Engels en niet in het Chinees. Want het adres van het schip stond in de twee talen op ons papierke. -misschien kon hij niet lezen, bedenk ik nu Op de duur stonden er zeven mensen om ons op weg te helpen. Zelfs de mevrouw die telkens opnieuw de trappen droog dweilde hielp mee. De baliemeneer van het hotel stelde voor een hotelcar te nemen. Eerst hadden we hotelcard verstaan. Oeioei, wat is een hotelcard? Iets dat wij niet hebben! CAR, niet card, met een wagen van het hotel zijn we terug geraakt, de randsteden door en het industriegebied in. Onderweg hebben we veel vuurwerk gezien vanwege het Chinese Oudejaar/Nieuwjaar.
De car van het hotel mocht het terrein van de terminal niet op. Van aan de grote poort tot aan poort n°1 was het een eindje stappen, door de koude wind. Aan poort n°1 was het winkeltje nog open. De mevrouw wou onze overschot aan yuan wel weer in dollars wisselen, had ze 's middags gezegd. We waren rillerig van de kou, de mevrouw zette twee bekertjes heet water voor ons op haar toonbankje. Wij dachten dat daar theezakjes zouden inhangen. Nee, ze deed teken dat we het mochten opdrinken. LM was zo enthousiast bij de gedachte aan een slok heet water dat hij zijn bekertje om stootte. Water over het toonbankje, in de schuif met sigaretten & op de schabbetjes met paperassen. De mevrouw begon uitgebreid schabbetjes af te kuisen en schuifjes uit te drogen. Pakje per pakje, doosje per doosje. De eerstkomende minuten zouden er geen ene yuan gewisseld worden, zoveel was duidelijk.
Daarop was het haar etensuur. Wij hadden haar overlast bezorgd en konden dat goedmaken door haar gezelschap te houden terwijl ze haar maaltje opslobberde. 'k Zat daar heel de tijd met de yuan in mijn hand, duidelijk zichtbaar, ze zou niet vergeten waarom wij daar nog zaten. Eindelijk maakte ze aanstalten om met geldzaakjes te beginnen. Het wisselen verliep trager dan in de namiddag. Misschien zat ze uit te rekenen dat wij ofwel vree weinig opgedaan hadden, ofwel ergens nog bij gewisseld hadden. En bij wisselen gaat het over percentjes hè. We hebben mekaar 'eppie noejier' gewenst, het soldaatje aan poort n°1 ook, maar die mocht niet antwoorden en wij weer naar het schip. Over een weg uit de boeken van Pearl Buck. De koets van de keizer van China kon daar elk moment langs komen. In de koets zouden potjes gloeiende houtskool staan, stoofjes. https://nl.wikipedia.org/wiki/Pearl_S._Buck , https://asiasociety.org/blog/asia/rehabilitation-pearl-buck
Er stond een ijzige wind. Hij beet bijna LM zijn oren af. Ik heb mijn sjaal rond zijn hoofd gedraaid. Dat hielp een beetje. Aan het water was het nog kouder.
10h: Vandaag is het windstil en het water is zo glad als een spiegel. We varen door een school vliegende vissen. Ze trekken duizend streepjes door het water. Mooi hoor. Persies elfjes die neerstrijken en opstijgen. En een school bruinvissen! of iets dat er op lijkt. Ze buitelen en halen capriolen uit. 't Is persies speeltijd. Op foto zal er niet veel te zien zijn, een beetje geplons misschien. We varen ten zuiden van Taiwan. Het zeewater is alweer 26°C en de frisse dagen in het machien zijn voorbij.
2001-01-29 ~ op zee
Morgen hebben we nog eens Singapore Passage. We gaan bij Jurong stoppen om te bunkeren en misschien wordt de romp nu behandeld. Dat duurt allemaal wel efkes. Misschien kan ik aan de wal.
Op 26/12 hadden we dus die lifeboattest hè. Tegelijk moest choff Luc daar beneden de romp eens bekijken of er veel wier aan vastgegroeid was (en ik mocht toen mee van hem om de foto's te maken). Al dat wier en andere aangroeisels worden een 'baard' genoemd, het schip heeft dan een baard. Mij leek het die dag eerder lang groen haar dat mooi golfde in het water. Zeemeerminnen en -mannen hebben zo'n haar, denk ik. Dat zeewier en andere aangroeisels remmen de vaart van het schip af. Het verbruikt dan meer brandstof om dezelfde snelheid te kunnen aanhouden. Zo 24hrs per dag. Dat loopt op. Daarom moest de romp gecontroleerd worden op 'baard' en als er een baard is dan moet al dat groeisel er af. Daar bestaan gespecialiseerde firma's voor, oa in Singapore. -in Singapore vindt een schip alles wat het nodig heeft, echt alles En die mensen zouden dus morgen komen. Nu kan het heel goed zijn dat de baard er al vanzelf afgevallen is, want we zijn in water van 11°C geweest en dat is te koud voor tropische groeisels. Ze gaan dood en lossen. Dan staan die mensen hier morgen voor niks. Van aan deck is niet te zien of er nog veel spul aan de romp groeit. Misschien is het te zien aan het brandstofverbruik?
Als ze morgen de romp komen kuisen zou 'k misschien beter aan boord blijven, want dan valt er vanalles te beleven. Dan gaan er duikers naar beneden. Gaan ze de romp met druk kuisen, en hoe gaat dat onder water? Of gaan ze hem met een petattenmeske afkrabben, 2x 335m lengte en 22m diepte. Maar ik zal niet aan boord blijven als ik er af kan want ik heb een missie. Ik ga geen boodschappen doen, ik ga op expeditie. In stilte. Voor LM. En ik ga brieven posten ook natuurlijk. -ik herinner mij die dag zeer levendig, ik was zelf tevreden met het resultaat van de missie
De inspecteur Hakl komt voor een dagje aan boord, hij was toch in de buurt. Hij vaart niet mee tot Sri Lanka, zoals eerst gepland, omdat hij elders nog verplichtingen heeft. Jammer, 'k Had wel eens willen vertragen aan Sri Lanka. Misschien hadden we een stuk kustlijn kunnen zien. Dat wordt dus noppes. Langs de andere kant is het veel beter & vooral rustiger dat hij niet mee vaart. Cheng Zeba is zo al een nerveus (en soms krikkel) manneke.
Mijn dierbare heeft mij een tof jobke toebedacht. Tegen woensdag moet een mail met gelukwensen klaar zijn voor Mevr Linde van de loondienst, want zij gaat met pensioen. Mijn probleem : in welke bewoordingen feliciteert men iemand die niet graag met pensioen gaat? Ze zag tegen haar pensioen tegenop, vertelde ze in november'99. Ze blijft wel als adviseur, maar dat zal deeltijds zijn, zei capt Wero. En zo zit ik te koekeloeren naar een blanco scherm, 'k kan niks vinde voor Mevr Linde. Enkele weken geleden hadden LM & ik al eens iets ineen gebreid, we vonden het zelf bijna goed. Ipv dat direct neer te schrijven of in te tikken, nee ... Nu wordt het dringend en ik kan me niet herinneren met welke woorden we dat rijmsel toen ineen geknutseld hebben. En 't is nog wel voor Mevr Linde, zij is één en al stiptheid en exactitude. En een echt cijferhoofd. -zulke mensen bewonder ik mateloos Al van zo lang hij bij de rederij is kent LM haar. In augustus is dat 30 jaar. En zij is altijd bereid om uitleg te geven tot het duidelijk is. Een wonder van een vrouw. En voor LM een periode die voorbij was, misschien een beetje emotioneel. Daar heb ik qua rijmwerk het volgende van gebakken:
Geachte Mevrouw,
'k Vond dat ik moest gaan varen, als piepkuiken van negentien, en kwam bij de rederij. U was er al langer bij, u had er zo al meer gezien.
Dank u voor al die jaren exacte cijfers en getallen en soms moeilijke gevallen: was er iets tekort, u wist het te vinden. Was er iets teveel, u wist mij te vinden.
Tot ziens Mevr Linde
'van negentien' : eerst stond er 'op kaai 214' waar toen de rederij gevestigd was. Maar was het 214 of 212? 212 zou zeer slecht uitkomen, want wat rijmt er op twaalf? Oké, 'piepkuiken van negentien' dan maar.
Straks komt mijn piepkuiken boven uit het machien, hij is nu 49. Minder blond en iets meer grijs in baard & haren en zeven keer meer wijs dan toen hij begon met varen. Ziezo, de opwarming is gedaan, nu kan ik blijven rijmen tot einde blz 6. Doen?
2001-02-02 ~ op zee
Mijn 'missie' in Singapore was een succes. 'k Heb 12 Belgische kranten te pakken gekregen, in twee van de landstalen. En waar vindt men Belgische kranten in het buitenland? Op de Belgische ambassade! In de lobby liggen die. Te liggen. Dat weet ik al van voor ik vaarde, al van in '75, van toen bij Wies in DC. Het is 26 jaar dat ik dat weet en deze keer heb ik er eens aan gedacht. Maar ja, een schip komt niet zo vaak in een havenstad die tegelijk ook hoofdstad is. Geldt dat als excuus voor mijn vergeten? Nee zeker ...
Aan de receptioniste (een lokale dame) heb ik uitgelegd waarvoor ik kwam. Zij begreep direct dat oude kranten goud waard zijn op een tanker ver van huis en ik kreeg ze allemaal mee. Allemaal, zo was er op het tafeltje plaats voor de lading nieuwe (van de voorbije week) die juist toegekomen waren. Lang leve de diplomatieke valies, mijn dag was nu al goed. Toen naar het postkantoor, daar ging het vlotter dan verwacht. Voor postzegels is een klein apart kantoortje binnen het kantoor (een soort glazen kooi) dus moest ik niet staan aanschuiven in die lange file. Om 14h was ik klaar met mijn missie en het bootje had ik pas om 20h.
Naar Raffles Hotel dan maar, dat is een historisch gebouw en we hebben het nog geen enkele keer gezien. Nu weet ik waarom. Het ligt niet aan Raffles Place zoals cheng Zeba vorige contractperiode meende te moeten stellen, (en enkele weken geleden nog eens), maar aan City Hall, één metrostation verder. Op de kaart staat het vermeld als Raffles City, daarom dacht ik dat het niet Raffles Hotel kon zijn, alhoewel het op Stamford Road ligt. 'k dacht al wel dat het niet aan Raffles Place lag, dat plein ken ik ondertussen met mijn ogen toe, en de zijstraten erbij. Raffles Hotel ligt op de LINKER oever van de Singapore River, in het oud koloniaal gedeelte. Uptown, de Oude Chic.
Nu heet hier wel vanalles 'Stamford' of Raffles hè. Boulevard, avenue, road, center, place ... Sir Stamford Raffles was de man die op het eiland een Britse nederzetting neergepoot heeft in 1819. Hij had toen al een titel, gekregen voor bewezen diensten op Java. Hij had het eiland (toen nog Temasek) al op het oog, in geval de Britten Java zouden verliezen aan de Nederlanders. Wat het geval was. https://nl.wikipedia.org/wiki/Thomas_Stamford_Raffles , https://nl.wikipedia.org/wiki/Raffles_Hotel , Afbeeldingen van raffles hotel singapore Java ligt hier schuin recht tegenover links onder Singapore. Rechts als ge van de Zuidpool komt.
Daarna weer de naar de rechteroever, waar de volkswijken zijn. Chinatown in en deze keer niet alleen Cross Street, maar vooral de zijstraten. Awel, het is er de moeite! wanneer we komen lossen in Singapore, binnen een week of twee drie, moet LM er absoluut mee naar toe. In die wijk krijgt men uitvloeisels van traditionele Chinese toestanden te zien die in het China van Mao misschien niet mochten blijven bestaan en al lang verdwenen zijn.
Tenzij in die oude wijk -een hutong- van Ningbo misschien? Maar dat is persies geen wijk waar buitenstaanders eens mogen door lopen. Belangstelling was daar voelbaar niet gewenst. 't Was eerder een dievenkwartier uit een film. Zoiets als 't Patershol in Gent, volgens de beschrijvingen over de jaren stillekes. Zo iets waar de TBC in de muren woont.
2001-02-03 ~ op zee
'k Heb al enkele kranten doorlopen en er staat in DS van di-02/01 een artikel over de Saoedi's in Bahrein! Aan deze kant van de wereld horen we al wel eens iets over de (rijke) Saoedi's hun schijnheilige vroomheid. -tekst 327 & 331- Maar dat een Belgische krant daarover iets zou laten doorschemeren had ik in de verste verte niet gedacht. En ik ben blij dat het er staat. Ik zal direct eens wat kopiekes gaan maken zie, dan leest ge het ook eens van een ander. Ow, zut, dit is bijna het einde van de brief. Dan gaan de kopiekes maar mee in de volgende brief, 'k zal het niet vergeten. 'k Moet wel zorgen dat er in Ras Tanura (Saoedi Arabië) geen kopieke meer rondslingert. Het artikel is in het Nederlands natuurlijk, maar de tekening is verstaanbaar in alle talen. Als zij dat zien liggen krijgen we problemen. Het schip krijgt problemen met de Saoedi's en ik ook, met de rederij erbij. Dan is 't voor mij gedaan met varen, denk ik.
2001-02-04 ~ op zee
LM komt zojuist een werkdiskette brengen. Daar staat een Excelbestand op, in 'voorlopige opmaak' en daar mag ik deze namiddag aan puzzelen. Lay-out in Excel, het is passen en meten, en dat doe ik heel graag. Als ik tijd heb en als er geen haast bij is.
De zee ziet er weer fantastisch uit. Omdat het zondag is? Windkracht nul. Als dit een zeilschip was zou er nogal gesakkerd worden, denk ik want we zitten zo ongeveer in de doldrums. https://nl.wikipedia.org/wiki/Intertropische_convergentiezone
Gisteren werden we getrakteerd op een zonsondergang uit de reisfolders. Honderd tinten van rood en oranje en nog eens zoveel van roze, met een staalkaart van alle mogelijke wolkenformaties in alle tinten van wit, paars en grijs. En dat alles op spiegelglad water. En tussen lucht en water ..., een horizon van 360°. Want dat hebben wij, horizon van 360°. De voorstelling heeft een half uur geduurd. Toen was het donker. Vanavond nog eens, hoop ik.
Choff Luc had gisteren regen voorspeld, aan de wolken te zien, maar daar zijn we vannacht blijkbaar onderuit gevaren. De wolken die we vandaag hebben zien er wit en braaf uit.
|