Frans en Karel
beslissen om eens in Gent te gaan feesten. Ze pakken goed wat pilsjes in een
cafe en kijken eens goed naar het schone volk. Plots zegt Frans tegen Karel:
"Jong, we hebben de laatste bus gemist! Hoe gaan we nu
naar de Donk?"
Frans: "Ja jong, had ik nog niet gemerkt."
Karel: "En ons geld is ook al op joh. Nu hebben we niet
genoeg voor een taxi."
Frans: "Weet je wat jong? We pikken een bus en rijden
ermee naar huis!"
Karel: "Goed idee jong."
En ze gaan naar het depot van de Lijn om een bus te stelen.
Frans: "Karel, jij blijft hier wacht houden en ik zal
de bus gaan stelen."
Frans gaat naar binnen en merkt dat er geen kat te zien is,
dus stapt hij in de bus en vertrekt. Buiten parkeert hij de bus, stapt uit en
gaat terug het depot binnen.
"Wat doet Frans nu", denkt Karel, "waarom
gaat hij terug naar binnen?"
Frans stapt in een 2de bus, vertrekt en parkeert de bus
naast de eerste.
Vervolgens gaat hij WEER naar binnen. Karel kan het maar
niet begrijpen:
"Maar jong toch, straks komt de politie, wat doet die
nu. Is ie zot geworden?"
Frans stapt in 3de bus en doet weer hetzelfde. Op het moment
dat hij voor een 4e keer naar binnen wil rennen, houdt Karel hem tegen.
"Wat doet je nu jong? Straks komt de politie. Waarom ga
je 3 bussen halen? Laten we toch gewoon naar huis rijden?!"
Frans: "Maar Karel jong, de bus naar de Donk staat
helemaal achteraan."
Twee mannen zitten in een bootje, zegt de één: "er zit een gaatje in 't bootje". Zegt de ander; "doen we er daar weer een gaatje bij, dan loopt het er daar weer uit".