Inhoud blog
  • Dinsdag 2 en woensdag 3 oktober 2019 Een dagje niksen in Compostela
  • Dinsdag 1 oktober 2019 Uw spoor wil ik volgen.
  • Maandag 30 september 2019 Nog drie keer slapen
  • Zondag 29 september 2019 WELKOM IN GALICIË
  • Zaterdag 28 september 2019 Cruz de Ferro
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Neos Camino 2019
    Als 30 Neos-pelgrims samen onderweg !
    30-09-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zondag 29 september 2019 WELKOM IN GALICIË

    Galicië heet ons welkom

    Wat een geluk dat alerte pelgrims van Neos de vlam uit de broodrooster snel konden doven of we waren misschien het slachtoffer geworden van een hotelbrand. Waar moesten we dan overnachten? Wat dan met al onze opgeslagen herinneringen in valiezen en laptops? Mijn adem was niet sterk genoeg om het vlammetje uit te blazen, een andere vond het juiste stopcontact niet om het te doen stoppen maar de kordate handeling van de patron was efficiënter.
    Zijn vieze blik liet vermoeden dat een of andere slimme pelgrim een croissant in het toestel probeerde op te warmen.
    Dat kon nooit van onze groep geweest zijn want de onze verstaan al gebarentaal dus ook beeldtaal die zegt dat men dergelijke koeken niet in het toestel mag stoppen.

    Sorry voor die andere pelgrims als ik het zou verkeerd hebben.

    Alsof dit incident meteen de vlam in de pijp van onze Neospelgrims aanwakkerde.
    Niet de minste angst zag ik deze morgen in de ogen van de moedige karavaan Neospelgrims.
    Nochtans stond er vandaag toch een stevige etappe op het programma.
    13 km, enkel maar klimmen, langzaam in het begin en na 2 km fors en steil naar boven, naar O Cebreiro. 

    Iedereen weer stipt op tijd op de car. De weersvooruitzichten zijn zonnig en de aankomstplaats zou in de namiddag overwegend bewolkt zijn.

    We kunnen niet blijven wachten op een kudde koeien die voor onze car uitloopt.
    We stijgen uit de car en lopen de rosbruine kudde voorbij. 

    De koewachter drijft hen naar een malse groene weide en onze kudde vindt de pelgrimsweg langs groenende weiden met koetjes met hun klingelende belletjes, langs kabbelende beekjes. We wanen ons een ogenblik in Oostenrijk.

    Langs de zacht klimmende weg gaat het rustig vooruit. 
    Het onverzorgde decor rond dit kleine kerkje doet mij vermoeden dat het voorgoed gesloten is. Vorig jaar kon ik er nog een echte kaars doen branden. Zingt Boudewijn de Groot niet: “En daar komen andere tijden…”

    Langs die weg hoor ik een oma die elke dag van haar verder leven een relaas, impressies van de voorbije dag met de hand in een boek neerpent. En als haar pasgeboren kleinkind 18 jaar wordt mag hij of zij beslist een van de waardevolste geschenken verwachten. Voldoende inhoudsvolle stof om over na te denken, waarschijnlijk ook om het lied van Boudewijn de Groot te bevestigen.

    Het gaat wat steiler, ik loop liever mijn eigen tempo, behoorlijk trager. 
    Een levensboek, wat een mooi initiatief! Vast een boek met veel opgetekende momenten van vreugde, ook met pagina’s waar men tussen de regels pijn zal voelen, maar vooral een boek dat liefde straalt.

    De weg wordt voor mij net zoals voor kompanen een ware calvarietocht. Heel steil, zoeken om je voet op de juiste plaats te zetten. Mijn rugzakje is mijn kleine kruis en met mijn wandelstokken kan ik de eerste val onder mijn kruis verhinderen.

    Jong Koreaans geweld snelt mij voorbij. Ik hijg, stop even, blaas het uit. Geen Maria Magdalena langs de weg om mijn zweet te deppen. La Faba, een lief dorpje met een kerkje om op zondag wat op adem te komen onder het ware kruis.

    Ik hoor in mijn rug bekend gekakel. Ik heb gelijk. Ook zij vinden onder dit dak wat stille rust. Zij mogen ook mijn lied horen dat ik hier elk jaar probeer te zingen. 
    “Deep River… Wil ook jij niet aanwezig zijn op dat gospelfeest waar alleen maar vrede is…”

    Over het algemeen zing ik het zonder toehoorders, nu zijn een handvol gezellen mijn geprivilegieerd auditorium.

    De weg gaat verder omhoog. Mijn adem bepaalt mijn tempo. Een stoere pelgrim steekt zijn hoog gevulde pint omhoog. Ik laat mij niet verleiden. Ik vul als een sobere pelgrim mijn drinkfles met water aan de fontein. 

    Het zweet tekent op de rug van een kranige pelgrim als het ware een beer af een beer van een pelgrim.

    Waar halen de zingende zusjes die adem vandaan om Ultreya y suseya uit te kraaien terwijl zij van de ene rots naar de andere rots springen. Zouden er toch bergkippetjes bestaan?

    Nu stop ik toch om iets extra aan te trekken. Ik heb die felle wind niet nodig om mijn zeer bezweet lichaam te verfrissen. Bij een verrukkelijk vers sinaasappelsap hoor ik van twee gezellinnen net hetzelfde verhaal van een calvarieweg en de angst om een verkoudheid op te doen.

    Troost, lieve dames, nog een goed half uurtje klimmen en O Cebreiro wordt ons O Cebreiro.

    De calvarietocht gaat verder en eindelijk steken we de grens over. We verlaten het ruwe rotspad van Castilla y León om over het fijn en plat gerolde kiezelpad Galicië te bereiken. Zou de pelgrimsweg hier beter verzorgd zijn omdat Compostela in Galicië ligt?

    De weersvoorspelling komt uit. Zeer bewolkt, fris en zelfs lichte miezel.
    In de herberg waar het een leuke mix is van dorpelingen met burgers van overal ter wereld klinkt het nog rumoeriger dan het mij al zeer vertrouwde Neos-gekakel.
    Leuke beelden, een Koreaanse die met een vork pulpo kan eten.
    Een boeiende babbel met aangename pelgrims uit ons gezelschap. Met een glas bier, met een bordje pulpo hoor ik een gevuld levensverhaal. 

    Ik zie mijn volgelingen terug in het portaal van de kerk. Ze luisteren met aandacht naar dat wonderverhaal van die boer die in de jaren 1300 in het bergdorp het gure weer van hoge sneeuw en dichte nevels trotseerde om naar de mis te komen. De monnik verklaarde tijdens de consecratie het gelovig boertje goed zot en nu staat de pateen en de kelk ten toon waarop de hostie vlees werd en de wijn bloed. 

    Ik beloon de aandacht van mijn toehoorders met een Iers lied: “Oh Danny boy… and kneel and say an Ave there for me…”

    Hoe kil en vochtig om door de nevels onze car te vinden, hoe deugddoend om het niet kapot te krijgen humeur van mijn pelgrimsgezellen te horen.
    Wat een recuperatievermogen bezitten die pelgrims toch.
    Ze zijn nog maar net van onder de douche of ze bevolken al een naburig terras. Ik hoorde dat daar overvloedig exotische gele limonade geschonken werd. Het was iets in de zin van Richard of Ricardo, het was alleszins iets met bedwelmende anijssmaak.

    Vast een maagopener voor een echt Spaanse avondmaal.
    Un caldo Gallego, een Galicische bouillon met een rijke variatie aan groenten, gevolgd door een vis gegaard in de oven met veel look en vergezeld met een lekkere aromatische rijst. Een kaastaart van het huis was de afsluiter.
    Een korte wandeling naar het hotel was niet voldoende om dit alles te verwerken. Een Rennietje zal mij wat moeten helpen.

    Nog wat voorbereidend getokkel op mijn klavier voor onze trouwe bloglezers. Nu kan ik met een gerust geweten onder de dekens.

    Chris

    30-09-2019 om 12:35 geschreven door Peregrino Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (12 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maandag 30 september 2019 Nog drie keer slapen

    Nog drie keer slapen…

    Net als kleine kinderen lagen we 14 dagen geleden al af te tellen. Nog drie keer slapen en dan beginnen we aan een nog onbekend avontuur.
    Vandaag verlaten we ons hotel in Cacabelos en herhaal ik op de car dezelfde gedachte. Nog drie keer slapen en we sluiten onze geliefden weer in onze armen maar ook de ons bekende bezigheden van elke dag wachten op een antwoord.

    Maar thuiskomen met een rugzak onvergetelijke herinneringen, met een resem verhalen, met een ingezwachtelde voet die je finaal met veel wilskracht aan het pelgrimswerk zette, met nog een beetje spierpijn die je meteen weer doet terugdenken aan de moed die je vond om dat moeilijke pad te overwinnen.

    Maar we zijn nog verre van (t)huis. We hebben vandaag nog een mooie tocht af te werken van Sarria naar Portomarín, de voorlaatste etappe. 
    Niet omdat mijn rug mij parten speelt maar vooral omdat ik wat nabeschouwingen wil schrijven loop ik vandaag niet mee met mijn gezellen. Al lachend vertelde ik hen dat ik samen met Mathias moest delibereren wie al dan niet een eindstempel krijgt, tenminste als er nog plaats is voor die stempel in de credential die ze in St.-Jean-Pied-de-Port ontvingen.

    Natuurlijk als je mee op het front loopt heb je sowieso een pak inspiratie meer. Ik hoop dat mijn correspondenten mij beelden doorsturen waar ik mijn eigen fantasie kan op botvieren. Dat is toch wel eigen aan de pers om wat sensatie uit te lokken al was het maar om één lezer meer aan te trekken of nog beter om zoveel kandidaat Neospelgrims voor volgend jaar het water in de mond te doen krijgen.

    Hier in Portomarín heb ik mijn vertrouwd hoekje gevonden. Het hoekje waar ik met een glas wijn, het mag ook iets meer, de nodige inspiratie vind. Omdat een verslaggever veel inkt nodig heeft, vroeger in zijn pen, thans in zijn printer probeer ik dit op te lossen door in deze pulpería een heerlijke portie inktvis te eten.

    Op het terras is de temperatuur aangenamer. De kippenleverancier brengt een levering gezonde kippetjes, buitenlopers, gevoed met Galicisch voer. Onze Vlaamse kippetjes zijn stevige buitenlopers, je moet hun billetjes zien, je moet hen ’s avonds al die Galicische lekkernijen zien eten, je moet hen zien wijn drinken. Met hun gespierde vlerken vliegen zij de hellingen op en hun gekakel getuigt van extreme gezondheid. 
    Neen señor kippenboer, ik hou die kippetjes liever in mijn buurt. Zij brengen alleen maar het eerlijkste animo in onze pelgrimskeet.

    Lap, ik mag mijn laptop dicht lappen. Daar komt al een eerste snelloper aan. Niet moeilijk Pier kent zijn weg hier blindelings. En nu komt het ene kippetje na het andere binnen gevlogen. Ik sta verstomd. Laat die dames maar kakelen als kippen. Zij verdienen veel meer dan mijn allegorisch woordenspel. 

    Dit zijn dames met pit, dit zijn moedige moeders die weten wat doorzetten en verbijten betekent. Zij bezitten een rebelsheid die typisch is voor de jeugd. Ik adviseer hen de veilige afdaling naar het stuwmeer te nemen. Neen, zij kiezen de rechtdoor steile afdaling. En dan lees ik in die speelse vrouwenogen van 75 jaar: “Chris, als jij denkt dat wij dat niet meer kunnen.” Ik zit toch even stil op mijn stoel. En zij is niet alleen de waaghals, nog andere met haar deden die gewaagde afdaling. Ik krijg zelfs een opmerking dat zij spijtig genoeg dit waagstuk niet vonden. 

    Ik leef mee met die immer goedgezinde pelgrim. In al haar enthousiasme op de camino is ze haar credential toch wel kwijtgeraakt. En er waren slechts nog een paar stempelvakjes vrij om morgen de finale stempels te laten zetten.

    En wil je nu nog wat horen. Ik vroeg deze morgen om de tijd zo te doseren dat wij om 17 uur konden vertrekken, wat zeker moest lukken op dit parcours als je al vanaf 9.45 uur aan het wandelen bent. Het genootschap “Double V” gekend om met al hun charmes op zijn minst honderden pelgrims te ontmoeten konden het zo plannen dat zij stipt om 17 uur de steile trappen naar de stelplaats van de car kwamen opgestormd. Ongelooflijk! En dan moet je nog die blijheid van die twee gezichten lezen. Dat zijn momenten die ik nooit vergeet. Geen gezeur dat het tijdsbestek te kort was, integendeel, fier dat zij weer een geweldige prestatie geleverd hadden zonder de afspraken te negeren.

    Wij rijden verder en onderweg zoek ik al naar woorden voor mijn slotbeschouwing van morgen. Als ik het positivisme van die pelgrimsgroep niet in de verf zet dan schiet ik veel te kort in mijn begeleiding. Een klein minpunt wordt voor die groep pelgrims nooit een punt van grote discussie. Het wordt met de lach, met de zon van hun hart omgebogen naar een nieuwe weg. Dit zijn pelgrims niet min of niet meer. 

    We komen aan in Los Abetos, dichtbij het startpunt van morgen, ons einddoel. 
    De kamersleutels zijn verdeeld.
    Weet je het nog? Mijn lederen medaillon die ik vergeten was in Carrión de los Condes?
    Dank Santiago, hij is aangekomen in het hotel. Ik voel mij gelukkig als een klein kind. Mijn beschermamulet voor al mijn caminos, vandaag al negen in totaal. Ook dank voor die lieve pelgrimsgezel die met haar zeer vlotte Spaanse taal alles in de goede richting stuurde.

    Wie zou zijn voeten niet laten verzorgen in zo een luxueus salon en dat door iemand die dicht bij de Blankenbergse Pier woont. Niet een salon van mijn voeten maar een salon voor waardevolle pelgrimerende Neosvoeten.

    Wat een fantastische groep vrienden. Met ware stielkennis schenkt onze vrouwelijke sommelier van tafel naar tafel de wijn rond en ze vergeet niemand, ook Mathias en mij niet. Wij werden wel vergeten door het restaurantpersoneel en zie nu het duo dat tijdens de rit vooraan zit en nu verdoken achter een stomme zuil. 

    Om elke verzuiling tegen te gaan kies ik de weg van vrede en rust. Cel 1030 biedt mij dit zalige comfort. 

    Chris

    30-09-2019 om 23:34 geschreven door Peregrino Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (10 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    02-10-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dinsdag 1 oktober 2019 Uw spoor wil ik volgen.

    Uw spoor wil ik volgen

    Eerst en vooral, de blogschrijver laat zich verontschuldigen voor het nogal late nieuws.
    Neen, de Vlaamse regering was niet de hindernis. Wat trekken wij ons op deze camino hun geleuter aan. Beter zouden zij in blok deze camino eens lopen, misschien creëren zij een groepsgeest waarvoor die 31 Neospelgrims een voorbeeld kunnen zijn.

    De laatste echte volwaardige pelgrimsdag. Spannend voor de pelgrims die uitzien om het beeld van Jacobus te omhelzen, even spannend voor mij maar ook zeer druk om nog een slotbeschouwing te kunnen schrijven. Dit was mijn excuus.

    De dag begon niet gemakkelijk voor mij. Je hebt het gisteren kunnen zien en lezen dat Mathias en ik aan een tafeltje alleen zaten. Ontbijttafel, zelfde scenario als gisteren met dat verschil dat Mathias geen ontbijtman is.
    Mijn bord is royaal gevuld met roerei, broodjes, enz., enz. 
    Plots krijg ik mij daar toch een aubade, een morgenlied, nog nooit meegemaakt.
    “Ultreya e suseya…” Eerlijk, mijn eerste hap stokte in mijn keel. Ik wilde meezingen maar het lukte mij niet. 30 pelgrims hadden mijn keel dichtgesnoerd met een lied dat ik hen nota bene aanleerde en waarmee ze elke dag de zon lieten verschijnen en schijnen. Dankbare zonnige mensen. Als begeleider kan je alleen maar van zo een groep positieve geesten dromen.

    Wil je die aubade horen dan zal je toch even op volgende link moeten klikken: 

     

    Een goed half uur later liepen we al in het sterk geurend eucalyptuswoud. De vochtigheid van de voorbije dagen maakte het aroma nog heerlijker.

    Er hangt toch iets wonder boven ons hoofd. Regen, zwaarbewolkt wordt ons de laatste dagen steeds voorspeld en Jacobus schenkt ons een aangename wandeltemperatuur zelfs af en toe met veel zon.
    Op heel onze tocht hebben we nog geen drup regen gehad niettegenstaande alle negatieve voorspellingen.

    Ik wandel alleen door die groene kathedraal met zijn hoge bomen als gladde zuilen.
    Een sfeer die mij uitnodigt om te bidden. Ik denk aan mijn camino van 2004 terug toen ik mijn tocht van drie maanden in het teken stelde van “Uw spoor wil ik volgen.”
    Dit was een fragment uit ons scoutsgebed van zoveel jaar geleden “… uw spoor wil ik volgen waarheen het ook leide…”

    Men zegt het zo vaak: eens scout altijd scout. Trouwens wat ik hier doe is net hetzelfde. Mijn verkenners van toen zijn vandaag mijn pelgrims.
    Ik probeer hen de weg te tonen, ik probeer via die aardenweg, via dit bergpad, via die dorpsstraat hen ook een beetje hun innerlijke weg te laten ontdekken.
    Ik heb weliswaar mijn zeer beperkte middelen. Maar ik doe dit met mijn overtuiging, een geloof dat ik gevonden heb door Zijn spoor proberen te volgen, ook met vallen en opstaan.
    Ik doe dit zonder mijn overtuiging te willen opdringen. Ik doe dit met groot respect voor elke overtuiging.

    Het is ook een gebed om te danken. 

    Wat een innige vreugde mogen beleven om samen de camino te mogen lopen met mensen die bereid zijn om hun pelgrimshart te delen met andere. Dank, dat ik dit op mijn leeftijd nog kan meemaken. Dank! 

    De scout trekt verder. En om een thé verde iets verder te drinken stopt hij. Hij geniet eens te meer van de vrolijkheid van zijn gezellen op dit zonnig terrasje. 

    Nog wat klimmen en dan nog wat hoger en eindelijk kom ik aan op de Monte do Gozo, de berg van vreugde.
    Vanaf hier zie je in goede weersomstandigheden de torens van de kathedraal. Yes, ik zie ze.

    Nog een uurtje en ik kom voor de negende maal als voetpelgrim op het indrukwekkende Praza do Obradoiro aan. Ik mag de apostel waarvoor wij het deden embrasseren. Hem een abrazo, een omhelzing geven. En dan mag ik ook al mijn gezellen een warme knuffel geven.

    Sfeer alom op de terrassen, in de bar. Hun vuur geraakt nooit uitgeblust.

    Wat een enthousiasme verschijnt op de trappen van de kathedraal waarin het binnen één bouwwerf is.
    Felicitaties klinken luid, de knuffels zijn extreem hartelijk. 

    Hoor en zie dit pelgrimsvuur op de trappen van het zilverplein.
    Klik gauw op onderstaande link.

    https://youtu.be/KpXuKn1PVzI

    Nu willen we naar het hotel. Wil het maar niet regenen dan hebben we toch een regendouche verdiend en daarna moet ik nog snel mijn slotgedachten bijwerken.
    Om 19 uur willen we in het kapelletje dat zo idyllisch in het park van het hotel staat nog eens samen zijn om een mooie veertiendaagse af te sluiten. Alsof na een zeer gemakkelijke deliberatie de prijzen geschonken worden.

    Ik heb weer het woord, eens te meer. Mijn volgelingen zien duidelijk welk spoor zij moeten volgen. Ze kunnen niet naast mijn pijl.

    Je moet begrijpen, beste lezers, dat ik jullie niet de hele tekst van mijn laudatio kan bezorgen want anders had het niet de minste zin dat die moedige pelgrims al die kilometers liepen, dat ze de pijntjes moesten verdragen en al die dorst moesten lijden. 
    Weet je wat, zorg dat je er de volgende keer bij bent, je beleeft iets buitengewoons. Vraag het maar aan alle deelnemers die deze weg als onvergetelijk in hun hart bewaren.

    Toch een klein fragment:

    “… De camino is een feest van ontmoeting. Een woord dat voor mij in deze groep met hoofdletters moet geschreven worden. Onszelf ontmoeten met onze gaven en gebreken. In een vreemde taal de onbekende wereld van een andere pelgrim ontmoeten. Op die pelgrimsweg de wereld kleiner maken. Elke pelgrim loopt met dezelfde gedachte op die weg van vrede, de weg waarop geen haat of machtswellust bestaat.
    Het is een beetje mijn lijfspreuk geworden, de weg waarop vreemden vrienden worden. Een weg waarop ik ook jullie mocht ontmoeten en waarvoor ik jullie diep dankbaar ben
    … “

    Ook al krijgen mijn pelgrims geen officiële oorkonde van het pelgrimsbureau niettegenstaande hun volgestempelde credential wel dan mag ik hen er een uitreiken in naam van Neos vzw. Samen met de stempels in hun credential is deze oorkonde een blijvende herinnering. (Toch snel een woordje van dank aan Nicole, bestuurslid van Neos Oosterzele, die zo kalligrafisch mooi de namen van mijn pelgrimsvrienden schreef.)

    Zie ze pronken met hun “diploma”. Daar geeft Neos een glas bubbels op. Op Neos! Op ons allemaal! 

    Mijn beste peregrinos y peregrinas, buen camino y hasta luego of kort en bondig tot op een of ander kruispunt van ontmoeting. Het ga jullie verder goed op jullie levenscamino.

    Chris

     

     

    02-10-2019 om 00:00 geschreven door Peregrino Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (9 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    03-10-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dinsdag 2 en woensdag 3 oktober 2019 Een dagje niksen in Compostela

    Een dagje niksen in Compostela

    De echte tocht is voorbij. We zijn donderdag 19 september vertrokken ergens in Vlaanderen en we zijn gisteren, dinsdag 1 oktober na 11 etappes in Santiago de Compostela aangekomen. We hebben Santiago, het beeld van de heilige apostel Jacobus omhelsd, we hebben elkaar een warme omhelzing kunnen geven en we zijn allen geëerd met een oorkonde.
    We houden vooral een onvergetelijke herinnering aan deze tocht over net zoals al die andere Neospelgrims die ons voor gingen.

    Vandaag is een dag die snel beschreven is. Onze pelgrims willen iets meer zien en vernemen over deze internationale pelgrimsstad. Maar daarvoor moeten we eerst nog verhuizen naar een ander hotel. Vannacht gaan we een ster meer, gaan we 5 sterren zien fonkelen aan ons NH-hotelfirmament.

    Zij volgen mijn spoor. Niet moeilijk, ik heb mijn T-shirt met de gele pijl erop. Op het Obradoiro plein is het een drukte van jewelste. Ik laat hen een tekst horen van Luc Sels, rector van de KULeuven. Een inspiratie die hij schreef toen hij op professor Swinnen wachtte die als eerbetoon voor zijn zoon vanuit Leuven 2 marathons per dag liep, 2400 km in 32 dagen.

    Deze tekst omschrijft schitterend de ziel van dit geweldige plein:

    “Op 22 september 2017 was ik in Compostela. Voor het eerst.
    Ik nam er bij aankomst enkele uurtjes de tijd om te kijken, te beleven, te bewonderen.
    Een na een en soms in groepjes kwamen de pelgrims aan op het plein van de kathedraal, de Praza do Obradoiro.
    Veelal overmand door emoties. 
    Sommigen gingen even op het plein zitten om die intense beleving te laten inwerken. Hier en daar vielen pelgrims elkaar in de armen. Zij moesten elkaar ongetwijfeld onderweg al tegengekomen zijn.
    In het gezoem op het plein ontwaarde ik vele talen.
    Dat plein in Compostela is een plaats waar paspoorten en nationaliteiten van geen tel zijn.
    Het is een plaats die aantrekt en verbindt.
    Een plaats waar elke pelgrim een verhaal meebrengt.
    Een verhaal van doelen en beloften.
    Vaak ook een verhaal van diep verdriet en persoonlijk lijden.
    Maar altijd een verhaal van hoop.”

    (Getuigenis van Luc Sels,  rector KULeuven)

    Door enge straatjes kan ik een paar typische restaurantjes laten zien, een mooi standingvol en historisch Café Casino. De verschillende pleinen rond de kathedraal hebben wel wat meer inhoud.

    Ik vertelde dat in het timpaan boven de ingangspoort langs de Praza da Patería een halfnaakte overspelige vrouw staat afgebeeld met het afgehakte hoofd van haar minnaar in haar handen. Een alerte pelgrim onder ons was al meteen op zoek naar een overspelige vrouw onder die massa pelgrims. Zou hij het gedurfd hebben om met zijn beroepsverleden als slager de minnaar een kopje kleiner te maken. De rust keerde weer toen ze het prachtig beeld van David zagen die op de harp speelt.

    Om 12 uur is de pelgrimsmis. Niet in de kathedraal zolang de verbouwingswerken doorgaan, wel in de naburige St.-Franciscuskerk. Het is er heel druk, zelfs zonder botafumeiro, het reuze wierookvat willen de pelgrims talrijk dankzeggen voor hun geslaagde tocht. Bovendien is er een hele delegatie van de nationale politie aanwezig.
    Ik vind geen stoel. Alle banken zijn bezet. Mijn arme rug zoekt wat zitcomfort. Aan een biechtstoel staat een stoel zo uitnodigend naar mij te lonken. Er zit geen biechteling op. Ik neem hem stilletjes weg en schuif hem wat van het biechtvenstertje weg. Ik zit gemakkelijk. Komt, echt waar, na enige tijd een dame naar mij. Zij wil mij haar zondig leven helemaal uit doeken doen. Je zult wel verstaan dat ik omwille van het biechtgeheim niets uit die biecht mag verklappen. Ik zal het ook niet doen, ik snapte er trouwens geen sikkepit van. Maar ik zat zeer comfortabel. Zou ik dat moeten biechten?

    Na de mis kuier ik wat rond. Ik zie veel bekende pelgrims die de pelgrimsstaf gewisseld hebben voor een gastronomisch terrasje, ik zie winkelende dames met winkeltasjes, anders gevuld dan de rugzak van de voorbije dagen. 

    HET FONSECAHUIS WAAR THANS DE FACULTEIT FARMACIE ONDERGEBRACHT IS;

    DE PATIO IN HET PARADORHOTEL DE LOS REYES CATÓLICOS

    Ik zag een dame op een terras die het geratel van een Spaanse meidengroep iets te storend vond. Gedistingeerd neemt ze haar spullen op en schuift ze een paar tafeltjes verder. Het bestelde gerecht komt eraan en zij vindt geen bestek. Men brengt haar met veel tact het nodige. Ja, je vraagt je nu waarschijnlijk af, en dan? 
    Juist, een alledaags fait divers. Waarmee moet een journalist zoal zijn tijd invullen en ook zijn schrijfblad. Een schilder tekent toch ook iets doodgewoons, hoeveel nietszeggende foto’s worden er genomen. Dus ik zag een stil spelletje dat mij boeide.

    Nu wil ik een laatste maal een wegwijzer zijn naar het hotel. De stipte groep laat mij niet wachten. Allerlei leuke verhalen, elk het zijne.

    In het hotel lukt het moeilijk om een pacharán besteld te krijgen. Misschien mijn laatste op deze reis. Ik verdien hem, ik heb nog hard gewerkt om de impressies van onze aankomst in Compostela levendig te omschrijven.

    Ik sluit aan bij die geweldige groep pelgrims voor het laatste avondmaal. Niet dat van Leonardo da Vinci maar het laatste avondmaal van 31 Neospelgrims die alle met de neus in dezelfde richting het spoor volgden die ik voor hen mocht uittekenen.
    Een laatste avondmaal waar geen Judas aanwezig is.

    Nog eens klinken met het glas. 
    Stilte a.u.b. Een van de zingende zusjes neemt het woord, het is een spontaan dankwoord, een woord dat uit het hart komt. 
    “Dank Chris, dank Mathias, dank Pier…” Een aandenken dat gekoesterd wordt. De kus die ik haar geef is een symbolische kus aan iedereen.
    En uiteraard onze pelgrimshymne. “Ultreya e suseya…” Neen, die melodie verdwijnt nooit meer uit jullie memorie.

    Kippenrolletje op een gelei van spinazie, zeebaars op puree met een getomateerde saus en een chocolade dessert.

    Wat een gegiechel. Je moet nu wat horen. De bewuste dame die een tafel verder opschoof en een couvert vroeg, vindt de zoek gewaande couvert toch wel in haar handtas. Wat nu? 
    Grote over en weer discussie met haar hartsvriendin. 
    - Dat moet teruggebracht worden!
    - Neen, ik vind mijn weg niet in het donker…
    En zo ging het nog wat voort tot ik met mijn recente ervaring als biechtvader vergiffenis schonk aan de lieve zondares. Zij heeft die daad niet wetens willens gepleegd, het was gewoon een zeer kort moment van zinsverbijstering. Ga in vrede mijn lieve pelgrim en met dit couvert in je nabijheid zal je nooit nog die unieke pelgrimstocht vergeten.

    Het geweten van de zondares moet de voorbije 5-sterrennacht zwaar gewogen hebben. Als dat gewicht ook nog eens bij dat van haar valies moet geteld worden zal ze in de luchthaven zeker een extra nota krijgen.
    Doch zij kan haar gewetensbezwaard verhaal kwijt bij twee barmhartige zielen.
    Zij gaan in versnelde pas naar het oord waar de zondeval gebeurde. De twee maagdekes (niet letterlijk op te nemen, dit is gewoon een dichterlijke omschrijving) bekennen de ontvreemding en samen zingen zij “Ultreya e suseia, Deus adjuva nos…” God heeft geholpen en het hen vergeven. Dat hadden ze in Compostela nog nooit meegemaakt.
    Onze vertrekdag werd een wonder van barmhartigheid.

    Mogen wij ook op onze verdere levenscamino vooruitgeholpen worden met de hulp van God met zijn liefde en uitgesproken barhartigheid voor zijn pelgrims.

    Mucha gracias mis amigos y amigas!

    Dit blog is opgedragen aan pelgrims die dankzij Neos vrienden werden op die wondere weg.
    Dank aan de hoofdrolspelers van deze blog.
    Dank! Johan, Carlos, Jean-Pierre, Karine, Annie, Eleane, Stefaan, Mieke, Raf, Lieve, Lyd, Jacqueline, Vroni, Viviane, Doris, Sabine, Wim, Grete, Nest, Christa, Marc, Monique, Nicole, Anne, Marleen, Kristien, Hedwig, Yo, Myriam, Pier.

    Jullie medepelgrim, Chris

     

    03-10-2019 om 12:58 geschreven door Peregrino Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (9 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!