PETER WELFFENS
Op 7 mei 1924 zag Peter Welffens het levenslicht in ‘De parochie van de miserie’ in het Antwerpse Sint-Andrieskwartier.
Zijn thuis ademde muziek en het was dus niet te verwonderen dat Peter ook koos voor een muzikale opleiding en succesvolle carrière als dirigent en componist.
Hij overleed in Deurne op 11 februari 2003.
Muziek van bij de wieg
Peters vader, Louis Welffens, was beroepsmusicus en violist. Hij bracht zijn zoon de eerste beginselen van notenleer bij alsook het pianospel. Hij leerde hem via de partituur Beethovens 9de symfonie kennen.
Samen zongen ze in het Antwerps kathedraalkoor en onder leiding van Lodewijk De Vocht zongen ze de Mattheuspassie van Bach. Daar ontstond Peters grote muziekdroom, vooral gericht op de grote symfonische muziek.
Muzikale opleiding
Reeds op zijn 11de begon Welffens lessen notenleer, piano en klarinet te volgen aan het Antwerpse conservatorium. Hij behaalde er het diploma harmonie bij Jef Van Hoof (1943), piano bij Marinus De Jong (1947) en contrapunt bij Karel Candael (1949).
Tijdens de jaren ’50 volgde Welffens zomercursussen aan het Mozarteum in Salzburg (compositie bij o.a. Wolfgang Fortner en orkestdirectie bij Igor Markevitsj).
Van grote leermeesters gesproken!
Loopbaan als musicus
Alweer samen met zijn vader speelde Peter Welffens in het orkest ‘Symphonie Grisar’. Peter speelde klarinet. In 1942 echter mocht hij dat ensemble zelf dirigeren, en dan nog in een eigen gecomponeerd symfonisch gedicht.
In 1943 werd hij repetent bij de Koninklijke Vlaamse Opera in Gent en kon zo ontsnappen aan een verplichte tewerkstelling in Duitsland.
Een poging om in 1944 over te stappen naar de Antwerpse opera mislukte, maar Van 1945 tot 1989 was hij muziekdirecteur, pianist en klanktechnicus van het Koninklijk Jeugdtheater met tussendoor gastdirecties bij de Koninklijke Nederlandse Schouwburg, de Vlaamse Opera en de dansgezelschappen van Lea Daan en de Gezusters Brabants.
In de zestiger jaren werd hij muzikaal adviseur en huiscomponist voor Studio Herman Teirlinck.
De periode tussen 1970 en 1975 was voor Welffens een moeilijke periode met o.a. een alcoholprobleem, paniekaanvallen, angst om op een podium op te treden en identiteitscrisissen. Hij voelde zich als scheppend kunstenaar overbodig en ervaarde een generatieconflict. Het idyllische en romantische van sprookjesfictie moest wijken voor het experimentele en morele lessen.
Achteraf noemde hij deze periode een ‘zwart gat’ en voelde hij zich herboren met een creatieve explosie en een gevoel van evenwicht als gevolg.
Vanaf 1979 zetelde hij geregeld in jury’s van muziekwedstrijden en examens aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen. In 1981 werd hij docent praktische harmonie aan het Conservatorium van Antwerpen.
Componist
Zoals eerder gemeld had Welffens reeds vroeg een droom gericht op symfonische muziek.
Hij componeerde dan vanzelfsprekend heel wat orkestmuziek: een symfonisch gedicht; twee symfonieën; Baroksuite; Concertino voor altviool, cello en strijkorkest; Concerto voor clavecimbel, strijkers en pauken; Rubensdiptiek; Sinfonia per orchestra da camera en Due movimenti per archi.
Hij componeerde tevens balletten en kamermuziek voor koperkwintet, houtblazerskwintet, Strijkkwartetten, Kontrasten voor klarinet en piano; Octet voor fluit, hobo, klarinet, fagot en strijkkwartet; Suite voor blazerskwartet; Prayer before the Apocalypse voor zes hoorns en Caleidoscoop voor hobo en piano.
Zijn verbondenheid met het muziektheater leidde vanzelfsprekend ook tot heel wat vocale composities.
We vermelden de liedcycli ‘Orpheus en Eurydice’ (tekst van P. Van Keymeulen) voor bariton en orkest en ‘Paysages tristes’ (tekst van P. Verlaine), een drieluik voor sopraan en instrumentaal ensemble.
‘Stroppe la corde’ (op tekst van E.Veterman) is een opera in drie bedrijven met een naspel. Daarnaast is er de jeugdopera ‘De dubbeldroom’ en het frisse muzikaal sprookje voor recitanten, solostemmen, kinderkoor en orkest ‘Hoe de slakken een huis kregen’ op een tekst van Koningin Fabiola.
Voor 4-stemmig gemengd koor componeerde hij ‘Stabat Mater’.
Uiteraard kunnen we niet naast de muziek die Welffens componeerde bij toneelstukken. Tussen 1945 en 1989 was hij immers vast verbonden bij het Koninklijk Jeugdtheater en gelegenheidscomponist bij de Koninklijke Nederlandse Schouwburg, de Vlaamse Opera en de dansgezelschappen van Lea Daan en de Gezusters Brabants. We vermelden: ‘De Burger-Edelman’ (Molière), ‘ Peter Pan’, ‘Pinokkio’, ‘Ondine’, ‘De Storm’ (W. Shakespeare), ‘De bruiloft van Kamacho’ (P. Van Langendyck), ‘Een midzomernachtsdroom’ (W. Shakespeare), ‘De Schone en het beest’, ‘Assepoes’, ‘Jonkvrouwe Edelwater’, ‘Gloriant’, ‘Dona Mirabella’ (F. de Pillecyn) ‘Antigone’ (Sophokles), ‘Coriolanus’ (W. Shakespeare), ‘De straat zijn wij’, ‘Polleke, de Belg’ en ‘Het lied van Hiadwadha’.
Zijn laatste compositie is een werk voor orgel: ‘Ic segh adieu’ en dateert van 24 april 1997.
Een kroniek over het muzikantenleven in Antwerpen met anekdotes uit zijn eigen leven en dat van zijn vader bleef onuitgegeven.
Aanvankelijk (tot 1952) componeerde Welffens in de laatromantische Vlaamse traditie met een brede lyriek, zware orkestratie, ruimte voor gevoel en klassieke tonaliteit.
Na zijn verblijf aan het Mozarteum en onder invloed van Reniet Van der Velden zien we modernistische invloeden, voornamelijk van Bartók en Stravinsky. We horen in zijn werken scherpe dissonanten, polytonaliteit, heftige ritmes en maatwisselingen. Kopers en slagwerk zijn prominenter aanwezig. Welffens maakte sporadisch ook gebruik van de dodecafonie. Hij zocht naar een evenwicht tussen gevoel en cerebraliteit.
Erkenning
Welffens’ werk werd verscheidene malen bekroond. Zo werd zijn verzamelde werk voor het Koninklijk Jeugdtheater in 1965 onderscheiden met de Edward Keurvels-prijs. En voor zijn liedcyclus ‘Orpheus en Euridice’ kreeg hij de Lodewijk Mortelmansprijs. In 1997 werd hij laureaat van de Sabam-prijs.
In Canada en Zweden werden balletten op zijn muziek gedanst.
Ooit noemde een recensent (De Standaard 5/4/90) Peter Welffens één van de meest productieve Vlaamse componisten. Als componist, dirigent en pedagoog koppelde Welffens gedegen vakkennis aan een jeugdig enthousiasme en wijze ervaring aan een eerlijke bekommernis voor de toekomst van cultureel Vlaanderen.
Te beluisteren
In het VRT-radioarchief zitten talrijke opnames van werken van Welffens.
Maar ook op cd kan men heel wat van zijn werken beluisteren. Bijvoorbeeld Strijkkwartet nr. 1 en nr. 2 (Phaedra In Flanders’ Fields), Tweede symfonie (Alpha Brussels, Wandelen met Eva (Phaedra In Flanders’ Fields) en De kruisoprichting (MUSICA BELGICA).
Daarnaast bezit het Brussels conservatorium (collectie CeBeDeM) opnames van zijn voornaamste werken op 10 cassetten (inclusief interview met componist).
Op YouTube kan men luisteren naar Peter Welffens’ tweede Symfonie uitgevoerd door het Antwerp Philharmonic Orchestra onder leiding van Silveer van den Broek. https://www.youtube.com/watch?v=BdK0Zz2Uv68
|