Het had een mooie weekend kunnen zijn voor de Antwerpse ploegen in de Beneleague, met een onverwachte overwinning van Merksem bij Aalsmeer en een zege van Sasja tegen de Lions. Maar dat laatste ging helaas niet door. Sasja stevende halfweg de tweede helft wel af op de zege, maar speelde dan tien minuten ontstellend zwak en gaf zo de twee punten prijs aan de Lions, die al bij al niet de indruk van een echte topploeg nalieten.
Het waren wel de Lions die het best uit de startblokken schoten en eerst met doelpunten van ex-Sasja speler Luka Groff en later met treffers van Baart en Steins uitliepen tot 6-8. Sasja verweerde zich kranig langs Jacobs en Rola, maar bleef toch op achtervolgen aangewezen tot 8-11. Dan nam de thuisploeg geleidelijk het commando over en Rola, Bertels en Roelants brachten Sasja 13-12 voor. Groff scoorde nog tegen, zodat met een 13-13 gelijke stand op het bord kon gerust worden. Sasja kwam gemotiveerd uit de kleedkamer en ging verder op het elan van net voor de pauze. Hoewel de Hobokenaren niet echt een kloofje konden slaan, hielden ze wel de touwtjes in handen en net voor halfweg de tweede helft was er bij 21-19 nog steeds een voorsprong van twee punten. Steins en Stavast brachten de Lions weer op gelijke hoogte en dan ging bij sommige, ook ervaren spelers het licht uit. Er werd meer energie gestoken in het bekritiseren van de overigens goed leidende scheidsrechters, dan dat er gedacht werd aan secuur aanvallen en verdedigen. Een schril contrast met het goede handbalspel van de eerste vijftien minuten. Het gaf de Lions wel de gelegenheid om nog eens vijf keer op rij te scoren, zodat de stand van 21-19 werd omgebogen naar 21-26. Wedstrijd gespeeld en Sasja een vogel voor de kat. Dacht men, want de Hobokenaren begonnen aan een verbluffend slotoffensief. Jacobs, Lamberigts, Matthijs en vooral Bertels brachten Sasja zowaar terug tot 27-28. Het inhaalmanoeuvre kwam echter net te laat en het doelpunt van Pepels in de laatste minuut betekende de doodsteek voor de thuisploeg. Het laatste doelpunt van Rola kon daar ook niets meer aan veranderen. Op die manier konden de, toch ietwat tegenvallende Lions, met twee punten zichtbaar opgelucht naar huis. Volgende zaterdag moet Sasja zorgen voor een revanche in de derby tegen stadsgenoot Olse, wil het de Merksemnaren voorblijven in de rangschikking !
Hugo Cassauwers van de kring voor heemkunde gaf een duidelijke omschrijving over het werk van JEF DE MEY, de auteur van de brochure.
Op haar beurt nam Linda Verlinden, schepen van ondermeer ‘erfgoed’ het woord om met het wierrookvat te zwaaien richting Wilrica en de schrijver van de brochure.
Jef De Mey bracht daarna de funeraire wandeling in beeld; vele ‘straatnamen’ klonken ons gekend in de oren – veel grafzerken waren échte naamkaartjes. Voorbeelden?
Ik zou zeggen : raadpleeg de brochure – want die brochure geeft duidelijk weer wat de families één voor één bijdroegen tot het ‘dagelijks LEVEN…in Wilrijk.
En tenslotte gaf de heer De Mey nog mee: maak die fun-eraire wandeling --- maar leg de nadruk op FUN!
En, Jef – wij wachten nog op uw volgend werk over …heliopolis…
De brochure ‘Van verdwenen kerkhof naar begraafplaats’ is vanaf zaterdag 8 oktober verkrijgbaar aan de infobalie van het Wilrijkse districtshuis (Bist 1, 2610 Wilrijk) en kost 1 euro.
vzw monumentenwacht vlaanderen viert haar 25ste verjaardag
De spectaculaire beelden van aan kerktorens bungelende monumentenwachters zijn iedereen ondertussen wel bekend. Al 25 jaar behartigt Monumentenwacht, als partner van eigenaars en beheerders van waardevol erfgoed, het belang van goed en efficiënt onderhoud. Door haar unieke manier van werken is Monumentenwacht in de loop der jaren uitgegroeid tot hét expertisecentrum op vlak van preventieve conservering in de vijf Vlaamse provincies. De monumentenwachters inspecteren heus niet alleen kerktorens. Ondertussen komen ze ook interieurs, begraafplaatsen, molens, varend erfgoed en zelfs archeologisch erfgoed inspecteren. Haar missie, “beter voorkomen dan genezen”, kadert in een integraal erfgoedbeleid.
Wat begon als koepelorganisatie en vijf provinciale monumentenwachten met telkens twee bouwkundige monumentenwachters, is ondertussen uitgegroeid tot een organisatie met een staf van een zestigtal vaste medewerkers en 6.724 aangesloten erfgoedobjecten. Jaarlijks voeren de monumentenwachters ongeveer 1000 inspecties uit. Na 25 jaar staat de totale teller op 21.115 inspecties.
Goed onderhoud van erfgoed begint met vast te stellen in welke staat het zich bevindt en op basis daarvan de onderhoudsnoden te bepalen. Ten behoeve hiervan voert Monumentenwacht periodieke inspecties uit om de onderhoudstoestand goed te kunnen opvolgen en op tijd te signaleren wanneer actie nodig is. De neerslag hiervan in een rapport en de deskundige begeleiding die monumentenwachters bieden, zijn voor veel eigenaars/beheerders de stimulans om gebreken aan te pakken en aan periodiek onderhoud te doen. De werkwijze van Monumentwacht is uniek door haar bottom-up approach, haar expertise inzake preventieve conservering en haar objectieve en onafhankelijke dienstverlening.
(zie ook bijgevoegde achtergrondinfo)
Contactgegevens
Monumentenwacht Vlaanderen Voorzitter: Luk Lemmens, gedeputeerde provincie Antwerpen, secretariaat: 03 240 50 31 - Dagelijkse leiding: Manoëlle Verbeeck, Tina Van den Durpe: 03 212.29.50 – info@monumentenwacht.be ı www.monumentenwacht.be
Achtergrondinformatie bij perstekst 25 jaar Monumentenwacht Vlaanderen vzw
Historiek Op 12 september 1991 zag Monumentenwacht Vlaanderen het licht als initiatief van de Koning Boudewijnstichting, de Vereniging van Vlaamse Provincies en de toenmalige Stichting Monumenten- en Landschapszorg. De vereniging werd in het leven geroepen naar Nederlands voorbeeld als concreet antwoord op de behoefte aan meer en efficiënter onderhoud van gebouwen. Dankzij regelmatig onderhoud kan het erfgoed immers langer standhouden met opmerkelijk minder restauraties. Herstellingskosten nemen aanzienlijk toe als je het werk zelfs maar één jaar uitstelt. Met tijdig en efficiënt onderhoud voorkom je verdere aftakeling en bijhorende ingrepen. Investeren in preventie loont dan ook echt de moeite! Met deze idee ging de overheid de eigenaars en beheerders van monumenten stimuleren om hun erfgoed beter te beheren. Als hulp daarbij steunde ze de oprichting van Monumentenwacht.
Uniek samenwerkingsverband Monumentenwacht kenmerkt zich door een uniek samenwerkingsverband tussen verschillende overheden. Na de oprichting van Monumentenwacht Vlaanderen in 1991, worden een jaar later, in 1992, vijf provinciale Monumentenwachtverenigingen opgericht in elke provincie. In 2014 ondergaat de organisatie, tot dan toe bestaande uit zes vzw’s, een bestuurshervorming. Enkel Monumentenwacht Vlaanderen blijft bestaan als vzw onder de koepel van de Vereniging van Vlaamse Provincies. Monumentenwacht West-Vlaanderen wordt een autonoom provinciebedrijf en de andere vier provinciale Monumentenwachten (Antwerpen, Limburg, Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant) worden verankerd binnen de diensten van de respectieve provincies. Vandaag de dag zijn het dan ook de vijf Vlaamse provincies die instaan voor de financiering van de hoofdopdracht van Monumentenwacht, zowel bij de provinciale teams als bij de ondersteunende taak van Monumentenwacht Vlaanderen. Ook de Vlaamse overheid erkent en ondersteunt de rol van de vzw Monumentenwacht Vlaanderen. Jaarlijks worden vanuit de Vlaamse overheid financiële middelen voorzien voor de drie projecten: varend erfgoed, archeologie en meerjarenonderhoudsplanning.
De provinciale monumentenwachten leveren de eerstelijnsdienstverlening. Zij voeren de inspecties uit en voorzien de leden van advies en ondersteuning bij het behoud en beheer van hun erfgoed. Monumentenwacht Vlaanderen is de organisatie die de samenwerking tussen de provinciale monumentenwachten optimaliseert en verstevigt om de kwaliteit en de gelijkwaardigheid van de diensten over de vijf Vlaamse provincies te garanderen. Ze is bovendien verantwoordelijk voor het bundelen van deskundigheid en de uitwisseling van ervaring en kennis door middel van vernieuwingsprojecten, het ontwikkelen van methodieken, interprovinciaal overleg, het organiseren van opleidingen voor monumentenwachters, uitbrengen van publicaties…
Een dienstverlening in beweging In 25 jaar is niet alleen de organisatie geëvolueerd, maar ook de dienstverlening. Wanneer deze zich aanvankelijk beperkte tot toestandsinspecties van gebouwd erfgoed, kwamen daar na verloop van tijd ook historische interieurs (1997), roerend, varend (2008) en zelfs archeologisch erfgoed (2009) bij. Vandaag de dag heeft Monumentenwacht voor elk van deze disciplines een specialist in huis. Dit laat een integrale erfgoedbenadering toe. Ook voor speciale categorieën van gebouwd erfgoed (denk maar aan molens, funerair erfgoed, klein historisch erfgoed zoals veldkruisen, militair erfgoed enz.) zijn er gespecialiseerde monumentenwachters. Een (voorlopig) laatste uitbreiding van de dienstverlening vond plaats in 2011, met de “meerjarenonderhoudsplanning en kostprijsindicatie”. Eigenaars en beheerders van bouwkundig erfgoed die lid zijn van Monumentenwacht kunnen vanaf nu voor een indicatie van de kostprijs en een planning van de aanbevolen onderhoudswerken terecht bij de medewerkers meerjarenonderhoudsplanning. De dienstverlening voor archeologisch en varend erfgoed, en de “kostprijsindicatie” vereisen een specifieke expertise en worden daarom centraal vanuit Monumentenwacht Vlaanderen voor alle provinciale leden van Monumentenwacht aangeboden.
Naast een verbreding van de dienstverlening wordt achter de schermen ook permanent gewerkt aan het optimaliseren van de kwaliteit van de dienstverlening. Naast onder andere de continue opleiding van de medewerkers en het uitwerken van methodologieën, worden ook op vlak van datamanagement de nieuwste technologieën opgevolgd. De centrale monumentenwachtdatabank wordt hierbij momenteel omgebouwd naar een toekomstgerichte webbased databankomgeving. Daarnaast werd de laatste jaren ook gewerkt aan de ontwikkeling van een nieuw rapportagesysteem voor de bouwkundige inspecties, om zo de dienstverlening te optimaliseren. De bouwkundige rapporten zullen voortaan opgemaakt worden in een databank. Nieuw hierbij is onder andere dat de verschillende adviezen van de monumentenwachters zullen worden samengevat in een heldere onderhoudskalender. De rapporten zijn er zo op gericht dat de eigenaars of beheerders er gemakkelijk mee aan de slag kunnen of ermee naar een specialist of uitvoerder kunnen stappen. Voorts kunnen de rapporten gebruikt worden om een premie aan te vragen of een beheersplan op te maken. Via deze vernieuwingen wil Monumentenwacht haar leden nog beter ondersteunen, nu en in de toekomst.
Enkele cijfers In de verschillende erfgoedverenigingen, -agentschappen en –overheden zijn er een groeiend aantal databanken met gegevens over het Vlaamse erfgoed. De gegevens in deze databanken zijn vaak uniek en zeer waardevol in beleids- en besluitvorming. Zo beschikt Monumentenwacht onder andere over een uniek beeld over de staat en de evolutie van haar aangesloten bouwkundig, varend en archeologisch erfgoed. Deze statistische gegevens worden jaarlijks gedeeld met de Vlaamse overheid.
Ongeveer 1/3 van het beschermd bouwkundig erfgoed maakt deel uit van het bestand van Monumentenwacht. Op 30/09/16 telt het volledige bestand van Monumentenwacht 6.724 beschermde en niet-beschermde te inspecteren objecten. Hoewel in dit bestand kerken sterk vertegenwoordigd zijn, geven de inspectieverslagen een goed beeld van de fysieke staat van het onroerend erfgoed in Vlaanderen. Om een indicatie van de globale toestand van het ganse gebouw of complex te verkrijgen, wordt door Monumentenwacht een gewogen gemiddelde van de cijfers van de bouwonderdelen berekend. Hierin wegen de staat van daken, goten en kapconstructies zwaarder door, omdat deze delen als ‘schil’ van de constructie het schadelijke (regen)water moeten buiten houden. De globale staat van de gebouwen wordt weergegeven in vijf categorieën gaande van goed (80-100%) tot zeer slecht (0-20%).
Uit de beschikbare cijfers van Monumentenwacht blijkt dat de gebouwschil van 43% van de geïnspecteerde monumenten in redelijke staat is en 27% van de gebouwen in goede staat is. 23% van de gebouwen is echter in matige staat. 6 % van de monumenten is in slechte staat en 1% zelfs in zeer slechte staat.
Figuur: Globale staat van gebouwen op basis van de beschikbare objectscores op 30/09/2016 voor de objecten en complexen binnen het bestand van Monumentenwacht Vlaanderen waaraan een objectscore werd toegekend
Tien studenten UAntwerpen beleven unieke uitwisseling met studenten uit Chongqing Onderwijssamenwerking als gevolg van vriendschapsakkoord provincies Antwerpen en Chongqing
Het nieuwe academiejaar is nog pril, maar tien studenten van UAntwerpen beleefden nog voor de officiële start waarschijnlijk al het persoonlijke hoogtepunt van hun jaar. In het kader van de Summer School ‘Transport and Logistics in a Changing Economy’ werden ze ondergedompeld in de bruisende wereld van de Chinese grootstad Chongqing.
Het was reeds voor het tweede jaar op rij dat tien studenten uit de Faculteit Toegepaste Economische Wetenschappen van UAntwerpen naar Chongqing reisden. De uitwisseling kadert binnen de samenwerking tussen de zusterprovincies Antwerpen en Chongqing, en wordt daarom door de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Antwerpen ondersteund. “Vijf jaar geleden sloten de provincie Antwerpen en de stadsprovincie Chongqing een vriendschapsakkoord. In die tijd zijn er heel wat samenwerkingen opgezet, zowel op bedrijfsniveau als op vlak van onderwijs. Dat laatste is voor de provincie Antwerpen ook vanuit economisch standpunt belangrijk. De studenten van nu zijn immers de beslissingmakers van morgen”, stelt Ludwig Caluwé, gedeputeerde voor Economie en Internationale Samenwerking. “Daarnaast is de aanwezigheid van een sterk uitgebouwde logistieke sector één van de aspecten die onze beide regio’s verbind. Ook de spoorverbinding tussen China en Europa biedt tal van mogelijkheden voor bedrijven uit Antwerpen en Chongqing.”
De studenten maakten kennis met de Chinese maatschappij en cultuur, maar vooral met de lokale economie en logistieke ketens. “Een wondermooie ervaring aan het andere eind van de wereld, die mij veel geleerd heeft over transport en logistiek alsook over de Chinese cultuur en het eten”, stelt studente Rachel Niemba Suka. Er werden onder andere bezoeken gebracht aan één van de grootste logistieke spelers in Chongqing, Minsheng Shipping Company, de nieuwe logistieke zone Chongqing Logistics City en de lokale site van het Belgisch-Nederlandse Bosal. Ook de spoorverbinding tussen Chongqing en Europa en de mogelijkheden die deze biedt binnen de opkomst van de e-commerce in China, stond op het programma. Voor de studenten ging een nieuwe wereld open, aldus Laura Bessems: “Samen met tien medestudenten dit mogen ervaren creëert meer dan een vriendschappelijke band en herinneringen voor de rest van ons leven. Ik kan POM Antwerpen enkel maar bedanken voor de geweldige opportuniteit. Onze reis naar Chongqing was één om nooit te vergeten.”
Studenten UAntwerpen in Chingqong - Copyright: POM Antwerpen
Joint Institute for Transport and Logistics
Met de oprichting van het Joint Institute for Transport and Logistics in 2013 is de band tussen Chongqing University en UAntwerpen formeel bestendigd. De jaarlijkse uitwisseling van zowel docenten als studenten is voor UAntwerpen erg belangrijk in het kader van de internationalisering en is tevens een manier om kennis te delen tussen de Universiteiten. Gedeputeerde Caluwé is ook opgetogen met de studenten uit Chongqing, die neerstrijken in de provincie Antwerpen: “Tijdens hun studie in Antwerpen aan C-MAT (Centre for Maritime and Air Transport Management) zullen de studenten van dichtbij kennis maken met de logistieke troeven en internationale uitstraling van onze provincie. Dit zal hen ook na het afstuderen bij blijven en nemen ze ongetwijfeld mee in hun verdere carrière.”
PERSINFO & INTERVIEWS
Beleidsverantwoordelijke: Ludwig Caluwé, gedeputeerde bevoegd voor Economie en Internationale Samenwerking
Jolien is helemaal gesetteld in haar nieuwe woonst en maakt vanaf nu dus weer heerlijke receptjes voor ons. Alvast iets om naar uit te kijken, want vandaag krijg je van mij enkel de inhoud van de pakketten, Jolien houd ik voor donderdag
Inhoud grote pakketten: •witte kool en bloemkool van de Stadsboerderij (veld Wommelgem) •patisson van de Stadsboerderij (veld Wommelgem) •rode kool van de Stadsboerderij (veld Wommelgem) •raapsteel van Herdershof •rucola van Herdershof •rode biet van de Wriemeling •paksoi van de Wriemeling
De tweewekelijkse pakketten bevatten courgette, patisson, bloemkool en rode kool van ons eigen veld in Wommelgem, raapsteel en rucola van Herdershof en paksoi van De Wriemeling.
Inhoud kleine pakketten: •patisson van de Stadsboerderij (veld Wommelgem) •koolrabi van de Wriemeling •raapsteel van Herdershof •rode biet van de Wriemeling •paksoi
De kleine tweewekelijkse pakketten bevatten pompoen, patisson, spitskool en savooi van ons eigen veld in Wommelgem en paksoi van Herdershof.
zondag 9 oktober 2016 van 13u tot 18u – Rivierenhof (2100 Antwerpen / Deurne)
Maak aanstaande zondag in het Rivierenhof kennis met haalbare, duurzame, lokale alternatieven voor een lekker gezond leven met een kleinere voetafdruk.
Workshops, proeverijen en infostands dompelen je tijdens Ecodroom voor de 16e keer onder in de wereld van de ecologische reflex en verantwoorde voeding. Langsheen de Parkweg ontdek je tal van kraampjes waar je planten, kruiden en eerder onbekende, ‘vergeten’ groenten kan kopen. Daartussen vind je verrassende hapjes, milieuvriendelijke producten, streekproducten en ander ambachtelijk gemaakt lekkers.
Op zoek naar inspiratie voor een bewuster en groener leven?
Jaar na jaar is Ecodroom een markt om te genieten van de herfstkleuren in het park. Daarnaast kun je ook rekenen op lekkere gezonde gastronomie, een grote rommelmarkt, een fantastisch repair café (nu uitgebreid met een fietsherstelatelier!) en altijd weer verrassende nieuwigheden.
Dit jaar kun je je bijvoorbeeld gratis laten vervoeren door de Deurnese Fietstaxi of je tijdens een gratis maquillagesessie laten adviseren over het gebruik van 100% natuurlijke en biologische make-up. Uiteraard kun je op Ecodroom kennismaken met de nieuwste vegetarische en veganistische snacks. Op de weide tegenover de Kinderboerderij laat de Jeugddienst Deurne de kleinsten spelen, ravotten en knutselen en vind je een ‘Groen Café’. De Buurtmobiel informeert je over alle mogelijkheden tot sporten in Deurne. Velt onthaalt je sfeervol in de Oostvleugel van het kasteel met lekkere biologische hapjes, prachtige boeken en de allerlaatste nieuwe weetjes over ecologische tuinieren.
Hergebruik, duurzaamheid en plezier gaan hand in hand
Kom zeker snuisteren op de rommelmarkt, breng je fiets of kleine elektrische toestellen binnen voor herstel in het fietsherstelatelier en repair café van de Spectrumschool want de ecologische reflex staat op deze milieuhappening centraal.
Ook de Kinderboerderij Rivierenhof doet opnieuw mee! Iedereen die wil, kan via plezante spelletjes gezonde ‘snoepjes’ verdienen voor de dieren op het erf. Spring, gooi, raad of hinkel jij worteltjes en appeltjes bij mekaar?
We verwachten je!
Ecodroom vind je aanstaande zondagnamiddag (13u – 18u) slingerend langsheen de Parkweg tussen het Sprookjeshuis, kasteel Rivierenhof en de Ruggeveldlaan: met het fietsherstelatelier en Repair café aan het kasteel Rivierenhof, de rommelmarkt aan Sportzone Oost en dierenverwennerij op de Kinderboerderij Rivierenhof (omgeving Rozentuin) in 2100 Deurne. Zoals altijd is de toegang tot Ecodroom gratis.
Hergebruik, duurzaamheid en plezier gaan op Ecodroom hand in hand.
copy richt provincie Antwerpen.
PRAKTISCHE INFO ECODROOM 2016
Wanneer: Zondag 9 oktober 2016 van 13u tot 18u.
Waar: Provinciaal groendomein Rivierenhof in 2100 Antwerpen - Deurne.
Ecodroom vind je langsheen de Parkweg tussen het Sprookjeshuis, kasteel Rivierenhof en de Ruggeveldlaan: met het fietsherstelatelier en Repair café aan het kasteel Rivierenhof, de rommelmarkt aan Sportzone Oost en dierenverwennerij op de Kinderboerderij Rivierenhof in 2100 Deurne.
PTS Boom restaureert samen met Belgisch leger laatste noodwoning uit WOI Na renovatie verhuist noodwoning naar site fort van Breendonk
Op vraag van de conservator van het fort van Breendonk restaureert de houtafdeling van de Provinciale Scholen voor Tuinbouw en Techniek campus Boom de laatste noodwoning uit de stad Willebroek. PTS klaart deze klus samen met het 11de Bataljon Genie van het Belgische leger. Tegen eind 2017 krijgt de noodwoning een tweede leven op het domein van het fort van Breendonk.
Samenwerken met Defensie
Het elfde Bataljon Genie is een polyvalent geniebataljon, gekazerneerd aan de Schelde in Burcht. De militairen, die opgeleide vakmannen zijn uit de constructiecompagnie, demonteerden de noodwoning die tot voor kort in de Gezondheidstraat in Willebroek stond.
‘De leerlingen van de houtafdeling van PTS werken intussen ijverig aan de restauratie van de verschillende onderdelen. Deze restauratie neemt waarschijnlijk het hele schooljaar in beslag. Als alles klaar is, zetten de leerlingen van PTS en het 11de Bataljon Genie de woning samen weer in elkaar op het fort van Breendonk,’ aldus gedeputeerde voor Onderwijs Inga Verhaert.
De site van het fort van Breendonk is een gepaste plaats om de noodwoning weer op te bouwen. Er is niet alleen de link met WOI, de noodwoning zal meer tot zijn recht komen naast het fort van Breendonk. Het fort is immers sinds 1996 een beschermd monument. Als alles volgens plan verloopt, zijn de werken eind 2017 afgelopen. In 2018 viert de noodwoning haar 100ste verjaardag.
Noodwoning?
Op het einde van de Eerste Wereldoorlog werden noodwoningen opgetrokken in “de verwoeste gewesten”. Ook Willebroek maakte hier deel van uit. Deze noodwoningen van 6m x 6m bestonden uit houten prefab elementen die snel in elkaar gezet werden. In Willebroek stonden 142 van deze woningen. Tot voor enkele jaren waren er nog twee exemplaren over waarvan er zelfs nog één bewoond werd. Intussen is dus ook de laatste woning afgebroken. Eind 2017 krijgt de laatste noodwoning in Breendonk een tweede leven. De noodwoning staat op de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed en werd opgericht door het Koning Albertfonds.
Laatste noodwoning uit onze regio - Copyright: provincie Antwerpen
PRAKTISCHE INFO
Wanneer: Schooljaar 2016 - 2017 en 2017 – 2018 De leerlingen werken aan de renovatie van de noodwoning tijdens de lessen praktijk op dinsdag, donderdag en vrijdag, telkens van 8.30 tot 12 uur en van 13 tot 16.20 uur
Waar: Provinciale Scholen voor Tuinbouw en Techniek campus Boom, Beukenlaan 44, Boom
Vandaag de start van energie bouwen,groen zuid word gebouwd op een goed zomer en wintercomfort door isolatie zodat er zo weinig mogelijk warmte verlies is en koeling zodoende is er minder energie voor verwarming of koeling nodig is zelfs zo een 15 Kwh per vierkante meter tot vier maal minder dan de klassieke nieuwbouw.
Warmtenetten spelen daar een grote rol in om onze energievoorziening te verduurzamen daarnaast zorgen ze er ook voor meer comfort en alzo betaalbaarder voor de gebruikers,we vermijden ook een vermindering van uitstoot van vervuilende en schadelijke gassen. Schepenen Nabilla en Minister Tommelein waren ook aanwezig en droegen hun steentje bij over het nut van zulke installaties
