Vroeger hoorde men in Mechelen waar ik geboren ben al eens 't volgende zeggen : " Meert zal heur meê nemen, voor meert nen stoel zetten. " Daar hebt ge die stoel weer ! Vermoedelijk waren die uitspraken wel de rechtstreekse aanleiding waaruit de volgende apologische spreuk ontstaan is :
"Kom ik door maartje, zo leef ik nog een jaartje. "
Ook mijne goeie vriend klein Warreke zei dat en de vent, wel hij stierf op de 1ste april. De maan in maart brengt " kwaai weer " mee, zo beweren men toch en in verband daarmee ken ik een anekdote die ik u zeker niet wil onthouden. In Loenhout was het dat er twee wijvekes naast elkander woonde bij zoverre dat tussen het bed van de ene en dat van de andere enkel een "half steense muureke" stond. De 31ste maart, om middernacht, klopte de ene op de muur en riep tot de andere : " We zijn de meert al weer eens door ! " - En ze waren alle twee nog in de meertse maan. Wat er ook moge van zijn, sla de volgende spreuk zeker niet in de wind :
" Die zich zelve bemint, wachte zich voor maartse zon en aprilse wind. "
En in West Vlaanderen wel daar zegt men ' t vlolgende :
" Dat 't alle weêr is dat 't wilt, ontkleed u niet voor half maarte of april. "
Men wil ons alleen duidelijk maken dat het lichaam stilletjes moet gewennen aan de vernieuwde warmte. Opgepast dus, geen ongewenste verkoudheden opdoen !!!! Of doe ook niet zoals de Jan :
" Is er 't were niet de tijd is er, zei Jan en hij ging te Pasen met zijn witte broek door de sneeuw. "
Morgen ben ik er weer, u komt toch ook ? En wat er dan op 't menu staat, laat dat nog eens een verrassing zijn !
|