Vannacht bijt de wind met ijzige tanden Tekent de bomen met een aura van zilverkille handen * De sterren schitteren fel in de nacht Er is honger in de ogen van het vogelvolk Stil schuilt het konijn met witberijpte vacht Onder de schaduw van een verloren wolk * Deze nacht is maanloos, zonder uitzicht voor de pelgrim... * De fruitboom staat naakt, de rozenstruik enkel doorn De aarde vol grillige rotsen koud als hoorn De mol slaapt en de eekhoorn verborgen in een bladerbed Delen hun huis met het zaad van boon en amelkoren En onder het ijs beweegt een stroom, nauwelijks te horen * Deze nacht is maanloos, zonder dromen voor de pelgrim... * Maar plots weerklinkt een stem in de vouwen van de wind Met het eenvoudig verhaal van een gezegend kind En over de heuvels wasemt het noorderlicht Met een boodschap van groot gewicht De nakende dageraad zingt : er is iets groots op til Vrede op aarde voor alle harten van goede wil...
|