Ennio Morricone OMRI (Rome, 10 november 1928) is een Italiaanse componist die de muziek voor ruim 500 films en televisieseries componeerde en orkestreerde. Hij componeerde tevens meer dan honderd popsongs (voor onder meer Mireille Mathieu en Mina) en een 150-tal klassieke composities zoals een opera, een tiental viool- en pianoconcerto's en kamermuziek.
Tot zijn bekendste filmscores behoren For a Few Dollars More (1965), The Good, The Bad & The Ugly (1966), Once Upon a Time in the West (1968), Once Upon a Time in America (1984), The Mission (1986), The Untouchables (1987), Cinema Paradiso (1989), Bugsy (1991), Wolf (1994), Malèna (2001), Fateless (2005) en Baaria (2009). Hij schrijft momenteel muziek voor 'Capone Rising' van Brian De Palma.
De componist verkocht wereldwijd meer dan 50 miljoen albums en singles, waarvan meer dan 6,5 miljoen in Frankrijk, ruim drie miljoen in de Verenigde Staten en meer dan twee miljoen albums in Korea.
Biografie
Op zesjarige leeftijd startte Morricone met het componeren van muziek. Vier jaar later ving hij aan met zijn opleiding aan het Conservatorium van de Accademia Nazionale di Santa Cecilia waar hij trompet studeert. Zijn eerste volwaardige composities schreef hij net na de Tweede Wereldoorlog, waaronder de klassieke stukken Il Mattino (1946), Imitazione (1947) en Iintimità (1947). In 1952 behaalde Morricone met grootse onderscheiding het diploma 'Instrumentation for band' en twee jaar later het diploma 'Composition'.
In de jaren vijftig en zestig orkestreerde Morricone de muziek voor popartiesten (waaronder Paul Anka en Mireille Mathieu) en componeerde hij een honderdtal popsongs waarvan de hit 'Se telefonando' (1966) van Mina. Daarbuiten schreef hij achtergrondmuziek voor de nationale omroep Radio Audizioni Italiane (RAI) en werkte hij als muzikaal assistent en orkestrator voor televisieprogramma's.
Il Federale
De eerst stap in de filmmuziekwereld zette Morricone in 1959 toen hij fungeerde als dirigent en orkestrator voor de film Death of a Friend. Twee jaar later componeerde hij de muziek voor Luciane Salces film Il Federale, zijn eerste officiële score. De samenwerking met Salce verliep vlot en werd overgedaan voor nog een vijftal andere films.
Samenwerking met Italiaanse regisseurs
Sergio Leone
Het is echter de samenwerking met jeugdvriend Sergio Leone die Morricone bekend maakte. De westernfilm A Fistful of Dollars (1964) werd een wereldsucces mede dankzij de muziek die in de film overheerste. Budgetbeperkingen maakte het echter voor de componist financieel onmogelijk om een volwaardig orkest te gebruiken. Hij maakte voor vele scores dan ook gebruik van ongebruikelijke instrumenten om de muziek toch groots te laten overkomen.
Siciliaanse folkinstrumenten, enkele houtblazers, de toen recent ontwikkelde (elektrische) Fender gitaar, een koor en allerlei special effects vormden de basis van zijn filmmuziek uit deze periode. Hij ontwikkelde de muzikale mogelijkheden om een score te componeren. Met A Fistful Of Dollars begon ook de tien jaar durende samenwerking met Alessandro Alessandroni, een begenadigd 'whistler', en met het koor 'Cantori Moderni'.
Morricone componeerde de scores voor alle Leone-films, acht in totaal, met klassiekers als For a Few Dollars More (1965), The Good, The Bad & The Ugly (1966), Once Upon a Time in the West (1968) en Once Upon a Time in America (1984). De muziek, die vaak al af was alvorens de film werd gedraaid, werd op de filmset afgespeeld via grote luidsprekers om zo de acteurs in de juiste stemming te brengen. Sergio Leone vond Morricone's muziek zo goed dat de muziek in zijn films vaak een onmiskenbare rol speelt.
De westernscores (een dertigtal in totaal) van Morricone behoren tot de bestsellers wat filmmuziek betreft. De best verkochte score van Morricone is Once Upon a Time in the West met een wereldwijde verkoop tussen 5 en 10 miljoen exemplaren. De muziek uit deze film werd door Willem Duys zeer intensief in zijn radioprogramma "Muziek Mozaïk" gedraaid waarna de langspeelplaat ervan in Nederland een 800.000 maal over de toonbank ging.
In 1971 haalde de componist de hitlijsten met Here's to You, gezongen door de Amerikaanse folkzangeres . Dat jaar kreeg hij zijn eerste gouden plaat in Italië voor de verkoop van één miljoen albums. Tevens mocht Morricone in 1971 een Targa d'Oro in ontvangst nemen voor de wereldwijde verkoop van 22 miljoen albums.
Morricone werd één van de meest gevraagde filmcomponisten. In de jaren zestig en zeventig componeerde hij jaarlijks 15 tot 25 scores, een gemiddelde dat weinig filmcomponisten hem later nadeden. Morricone koos zijn projecten niet echt zorgvuldig en wees dan ook weinig projecten af.
Giuseppe Tornatore
De samenwerking met de Italiaanse regisseur Giuseppe Tornatore duurde ondertussen twintig jaar. Morricone componeerde in 1989 de muziek voor het fel bejubelde Cinema Paradiso. Zijn zoon Andrea (°1964) componeerde voor deze film de 'Love Theme'. De samenwerking met Tornatore leidde tot films als A Pure Formality (1994), The Legend of 1900 (1998), Malèna (Oscarnominatie, 2001), La sconosciuta (2006), Leningrad (2008) en Baaria (2009).
Andere
Hij werkte samen met bijna elke Italiaanse topregisseur na Fellini, waaronder Luciane Salce (8x), Sergio Corbucci (7x), Roberto Faenza (8x), Alberto Negrin (10x), Giuliano Montaldo (12x), Bernardo Bertolucci (5x), Elio Petri (7x) en Giuseppe Tornatore (10x). Morricone schreef ook de muziek voor twee films van Franco Zeffirelli, Per Firenze (1966) en Hamlet (1990). Daarnaast componeerde Morricone regelmatig muziek voor Franse regisseurs. Vooral de muziek voor de film Le Professionel (1981) van Georges Lautner werd erg succesvol. Wereldwijd werden van de filmscore drie miljoen exemplaren verkocht.
Hollywoodproducties
Days of Heaven
In 1978 componeerde Morricone de muziek voor Days of Heaven van Terrence Malick, de tweede Hollywoodfilm (na Exorcist II: The Heretic, 1977) waarvoor hij de score schreef. De muziek leverde hem een eerste Academy Award nominatie op.
Morricone was niet echt Hollywood-minded. Dit verklaart gedeeltelijk waarom de componist nooit een Oscar won voor een score, ondanks de vijf oscarnominaties die hij in de wacht sleepte. Morricone schreef relatief weinig muziek voor Hollywoodfilms (slechts voor een dertigtal). De componist had bovendien nooit de tijd gevonden om Engels te leren waardoor de samenwerking met Engelse en Amerikaanse regisseurs niet steeds vlot verliep.
Begin jaren tachtig stopte de componist bijna volledig met het componeren van scores voor Amerikaanse films. Zijn bekendste Amerikaanse filmmuziek uit die periode was voor The Thing (1982) van horrorregisseur John Carpenter.
The Mission
Sinds het succes van het met vier Oscars bekroonde The Mission (Oscarnominatie, 1986) ging Morricone weer meer componeren voor de Hollywoodproducties. The Mission wordt beschouwd als Morricone's beste score van de jaren tachtig. Meer dan twee miljoen exemplaren gingen ervan over de toonbank. Het succes leidde tot andere vruchtbare samenwerkingen zoals met de regisseurs Barry Levinson (Bugsy - Oscarnominatie, 1991 en Disclosure, 1994), Wolfgang Petersen (In the Line of Fire, 1993), Warren Beatty (Love Affair, 1994 en Bulworth, 1998), Mike Nichols (Wolf, 1994) en Oliver Stone (U Turn, 1997).
Brian De Palma
De succesvolste samenwerking met een Amerikaanse regisseur was echter die met Brian De Palma waarvoor hij de score van The Untouchables (1987) schreef. Een score die hem een Grammy Award opleverde en resulteerde in een derde Academy Award nominatie. De samenwerking met De Palma duurt ondertussen al meer dan twintig jaar en resulteerde in scores voor Hollywoodfilms als Casualties of War (1988), Mission to Mars (2000) en Capone Rising (2008).
Sinds de jaren negentig spitste hij zich meer toe op het componeren van concertmuziek. Toch schreef hij op jaarbasis nog ongeveer 4 à 5 scores.
Na de milleniumwisseling
De verzamelaar We All Love Ennio Morricone verscheen in 2007. Een album met composities van Morricone uitgevoerd door gerenommeerde artiesten als Céline Dion, Metallica, Bruce Springsteen en Roger Waters. Springsteen won met zijn vertolking van Once Upon a Time in the West een Grammy Award voor 'Best Instrumental Performance'.
Morricone werkt nog steeds 7 dagen op 7, negen uur lang, aan composities en dit zonder enig muziekinstrument te gebruiken. Tot zijn recentste scores behoort Capone Rising van Brian De Palma, de sequel op The Untouchables van 1987.
Awards
Morricone werd vijf keer genomineerd voor een Oscar (voor Days of Heaven, The Mission, The Untouchables, Bugsy, Malèna), maar won nooit.
In 2008 won hij de Honorary Academy Award, een prestigieuze prijs die enkel de componist Alex North (componist van A Clockwork Orange) eerder won. Hij droeg de Oscar op aan zijn vrouw Maria Travia waarmee hij op 13 oktober 1956 trouwde. Zij krijgt als eerste de composities van haar man te horen en beoordeelt de kwaliteit ervan. Maria Travia schreef vele songteksten voor de scores van Morricone, waaronder de Gregoriaanse teksten van The Mission.
Verder heeft hij, naast prestigieuze Italiaanse filmprijzen, meerdere BAFTA-awards, Grammy Awards en Golden Globes op zijn naam staan.