Gistvoeding
Zoals iedere plant of dier hebben gisten evenwichtige voeding nodig. Naast suikers hebben de gisten ook een stikstofbron nodig. Gistvoeding is, stikstof, bestemt om de gisten te voeden opdat ze zich sterk zouden verjongen, krachtig vermenigvuldigen, goed werken voor de omzetting van suiker naar alcohol.
Op enkele uitzonderingen na zoals bosbes, braam, lijsterbes, enz. is er in elk puur, dus onverdund vruchtensap voldoende stikstof aanwezig voor een goede vergisting. In feite moeten we best gistvoeding toevoegen (1-2 gram/liter) bij alle met water verdunde sappen zoals bijvoorbeeld bij kriekensap.
Enzymen - pectines
Enzymen, in feite heten ze pecto-enzymen, zijn voldoende aanwezig in elk onverdund sap. Het zijn hulpstoffen die andere beter doen werken. We voegen er geen toe aan het sap. Wel voegen we er toe bij de gekneusde vruchten (beslaggisting), opdat de cellen beter hun inhoud, geur, kleur en smaak zouden loslaten waardoor we meer sap bekomen. Dosis: 1-4 gr/kg.
Pectines zouden we zowat de lijm van de celwand kunnen noemen. Pectine zorgt voor de soepelheid van de celwand. Het is het product, vooral gewonnen uit onrijpe appels, dat wordt toegevoegd aan confituursuiker waardoor de confituur gemakkelijker zal opstijven.
Zachte vruchten hebben een dunne celwand, waardoor ze trouwens zacht zijn en hebben daardoor ook weinig pectine. Er kan dus maar zeer weinig pectine in het sap komen.
Harde vruchten zoals appel, winterpeer en kweepeer hebben een dikke vruchtencelwand die veel pectine bevat. Vergisting van pectine geeft methylalcohol (ook methanol genoemd), We weten reeds dat dit voor de mens een giftige alcohol is. Om die reden zullen we bij hard fruit NOOIT een beslaggisting toepassen.
|