De manoeuvres en kampen werden enkele dagen voor aanvang aangekondigd om de verrassing zo goed mogelijk te houden.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Merendeels duurden deze activiteiten ongeveer een week met uitzondering van het weekeind.
Een kamp bestond er meestal in oefeningen uit te voeren als schieten; vuurdoop; aanleren van tactiek op het veld en hiervan de uitvoering zowel bij dag als bij nacht, dit alles op een vooraf gekend terrein zoals Leopoldsburg; Elsenborn; Florenville en Lagland(Aarlen).
Een manoeuvres was daarentegen interessanter gezien dit gebeurde over een voor ons ongekend terrein welke meerdere gemeenten en zelfs provincies besloeg.
De manoeuvres waren oefeningen van gevechten tussen de rode en de blauwe met als de witte als scheidrechters.
Deze manoeuvres gingen meestal dan ook gepaard met als aanvang een valschermsprong uit het vliegtuig.
Aanvankelijk werd er dan een vliegveld in de nabijheid gebruikt (b.v. St-Hubert) als DZ-zone om in een later stadium de gewone velden en weiden te gebruiken, dit dan met de bijhorende risicos.
Een afgebakende weide met prikkeldraad; een geploegd veld met voren; grachten; bomen en struiken waren hindernissen waar de onnodige kwetsuren konden worden opgelopen.
Eens deze hindernissen gepasseerd kon de eigenlijke oefening beginnen, dit ook meestal met het camoufleren van persoon en plaats met het oog op overnachting of het bezetten van een zekere stelling op hinderlaag.
Meermaals werd van het manoeuvres gebruik gemaakt om lange marsen van 50 km en meer dagelijks af te leggen waarbij er alle terreinen en zelfs waterlopen werden gebruikt om het doel te bereiken.
Deze marsen gebeurden zowel bij dag als bij nacht.
Bij dag kon men nog genieten van het landschap voor zover dat men het woord genieten kan gebruiken doch bij nacht was het als een blinde gezien men geen benul had van plaats en richting.
Een pad bewandelen in een bos kan men vergelijken met een donkere kamer waarbij men enkel de man voor u en de man na u ziet, zwijgen tijdens de verplaatsingen was dan ook de boodschap.
Een onderdrukte vloek wanneer men struikelde over boomwortels of stukken steen was het enigste wat men hoorde.
Na het bewuste doel te hebben bereikt was elke ondergrond goed genoeg om zich te slapen te leggen, het gebeurde dat zelfs bij een kleine rustpauze men in slaap viel om dan nog verder te moeten trekken, feit wat meestal zwaar aanvoelde.
De manoeuvres gebeurden meestal in compagnieverband waarbij elk peloton zijn opdracht kreeg.
In het peloton kreeg dan iedere sectie zijn specifieke opdracht om het beoogde tot een goed einde te brengen.
Er zijn ook manoeuvres geweest waarbij het peloton verdeeld werd in ploegen van 4 à 5 man welke dan op pad werden gestuurd al dan niet met stafkaart en/of kompas.
Bij deze oefeningen kwam dan ook het kaartlezen en het overwinnen van natuurlijke hindernissen tot uiting.
Deze bewegingen gaven u dan ook meer vrijheid doch op een bepaalde dag en tijdstip diende het doel te worden bereikt om het vervoer en eventueel het eten niet te missen.
Alzo herinner ik mij nog een oefening te Nisramont waarbij aanvankelijk met een rubberboot de Ourthe diende te worden afgevaren.
Het kader welke deze bootjes ter beschikking stelden en ook ophaalden gaven ons de opdracht bij het tweede pad links op de oever het bootje achter te laten en langs die weg met stafkaart de verzamelplaats voor het eten op te zoeken.
Zo gezegd zo gedaan tot wij het bos verlieten en terecht kwamen in de omgeving van de stuwdam aldaar.
Volgens de stafkaart kwamen de herkenningspunten overeen doch de gezochte plaats werd niet gevonden.
Ik moet wel laten opmerken dat dit gebeurde bij nacht.
Na enkele uren zwerven in de onmiddellijke omgeving en ten einde raad werden wij opgezocht door 1é sergeant C
.
Deze zou ons naar de verzamelplaats brengen aangezien er een fout was geslopen in de aanvankelijke berichtgeving.
Het was niet het tweede pad maar het eerste pad dat diende genomen te worden.
korporaal De Br
.., afkomstig van St-Niklaas, was door het rondlopen zodanig vermoeid dat hij zijn camouflagebroek wou uittrekken wat hem verboden werd door de 1é sergeant C... .
De Br
.., toch zijn zin uitvoerend werd het weigeren van bevel aangesmeerd wat hem later voor de Krijgsraad te Luik, acht (8) dagen cachot zou opleveren.
|