We lopen een stukje door en komen bij de libanoneik Quercus libani; dit is de moederboom van diverse kruisingen met de moseik: Quercus libonaris 'Rotterdam' en Quercus libonaris 'Trompenburg'. Het blad is klein en smal, de eikels zijn groot. Vlak naast deze boom staat een grote eik, Quercus x turneri 'Pseudoturneri' een groenblijvende eik. Het is een kruising van Quercus ilex, de hulsteik, en Quercus robur, de zomereik. Er achter staat een struikkastanje Aesculus parviflora, in 1937 geplant. De bloei is in de zomer met crèmekleurige kaarsen. Om het zaad zit een gladde bolster. Als we doorlopen komen wij bij een treurbeuk aan. Het is een boom met de naam Fagus sylvatica 'Pendula'. Ze heeft aan de noord-zuidzijde, een tak die wordt gehandhaafd, om een mooi gedeelte van de boom over de sloot te laten groeien. Quercus frainetto de boom die iets verderop staat, is een boom die al vele namen heeft gehad. Het begon met Quercus hungarica, toen werd het Quercus pannonica, nu is het Quercus frainetto. Volgens de nomenclatuur geldt de oudste naam die wereldwijd gevonden wordt. Rechtsaf gaan we een paadje in, waar op de hoek een gouden treurbeuk staat, Fagus sylvatica 'Aurea Pendula'. Hiervan is altijd een reserveboom van aanwezig, omdat het een zwakke boom is. De struik die iets verder naar achtere staat is de Augurkenstruik, Decaisnea fargessi. Deze bloeit met grote gele trossen en de vruchten die daarna komen, zijn dikke blauwe peulen, waarin zwarte platronde zaden in een geleiachtige substantie zitten. De zaden ontkiemen niet als ze worden schoon gemaakt. Echter wel als de zaden in het gelei blijven zitten. We gaan een stukje naar links, naar een brug die naar de kas toeloopt. Naast de brug staat rechts aan de waterkant een boom die in Zuidoost-Azie thuis hoort. het is Albizia julibrissin 'Rosea', een tot de mimosa behorende soort. De bloei is in de zomer met heel veel roze meeldraden. In de winter wordt de boom aan de voet beschermd tegen zonnebrand en vorst.