Liedjes die blijven bekoren, wilt u er graag nog eens eentje terug horen, voel je vrij en op verzoek plaats ik het er bij
Een blogje voor U en door U gemaakt
25-10-2008
37ste etappe
.....
Zo een korte en warme nacht is niet veel waard,
om 5u30 werd ik al wakker van het gehinnik van een paard.
Om 6 u ben ik maar opgestaan,
en ik vroeg aan mijn kompanen hoe het hen was vergaan.
We maakten onze rugzakken weer stapklaar,
en na het ontbijt sprongen we alweer op de kaar.
Rond 7 u verlieten we ons zomerverblijf,
we voelden elke pijnlijke knook in ons lijf.
De ganse dag ging het weer op en neer,
op sommige momenten voelden we onze knieën niet meer.
Maar als je dan rondkijkt hier in deze prachtige natuur,
vergeet je alles en geniet je , uur na uur.
Wat een geluk dat ik al veel foto's heb gemaakt,
zo kunnen de thuisblijvers toch ook een beetje meegenieten van wat we allemaal hebben meegemaakt.
Stilaan liep het tegen de middag aan,
en spraken we onze pic-nic aan.
Na Poutinau haddden we nog ongeveer 2 km te gaan,
maar aan de kruisbaan zagen we geen enkele wegwijzer meer staan.
Op eigen houtje durfden we het niet wagen,
dus hielden we een auto tegen om de weg te vragen.
We moesten rechtsaf en nog een keer steil omhoog en dan nog naar beneden,
en dan was het ergste voor vandaag weeral geleden.
In Flavignac aangekomen wilden we eerst onze kelen spoelen,
want door de warmte en het zware parcours, begonnen die wel droog aan te voelen.
We hebben een paar cola's en een paar pinten gedronken,
en samen op een goede afloop geklonken.
Daarna gingen we verder naar het gemeentehuis,
daar kregen we de sleutel van de pelgrimsrefuge en onze stempel incluis.
Nadat we ons in de refuge hadden geinstalleerd,
voelden we dat onze pic-nic ook al was verteerd.
Guy en Antonio gingen voor het eten zorgen,
en terwijl stippelde ik de route uit voor morgen.
De mannen hadden echt hun best gedaan om er wat van te maken,
ik heb het mij in elk geval goed laten smaken.
Na het eten heb ik de afwas voor mijn rekening genomen,
zo konden mijn collega's ook effe bekomen.
Na dat we alles hadden opgeruimd,
gingen we nog even buiten zitten en vergeleken we wie er al het meeste was gebruind.
Het was toch weer een aangename dag,
ik hoop nu wel dat ik vannacht wat beter slapen mag.
...
Vandaag zijn we na het ontbijt om 7u45 vertrokken uit Saint Leonard,
We gingen richting Limoges, en na 2 km waren de eerste klimmen al weer daar.
7 km stappen in stijgende lijn,
ik denk wel dat er leukere dingen zijn,
maar na het klimmen komt altijd het dalen,
we zullen het ook deze keer wel halen.
Bij het binnenkomen van Ejeaux juichten we allemaal spontaan,
want we zagen daar een mooie bank in de volle schaduw staan.
Het was nodig om even uit te blazen,
want in deze temperaturen stappen, het is bakken geblazen.
Na een halfuurtje rust bonden we onze rugzakken weer aan,
en besloten we om weer wat verder te gaan.
Drie dorpjes verder zijn we in een wei gestopt,
om te kijken wat we als pic-nic in onze rugzak hadden gepropt.
We moesten het stellen met wat hesp en een stukje brood,
maar daarvan ga je zeker niet dood.
We hielden weer een half uur platte rust,
want met zo een hitte is dat echt een must.
We moesten nog maar 1 km tot onze eindbestemming gaan,
en dus gingen we er nog even flink tegen aan.
We hoopten dat we in Solignac snel een mooie plaats zouden vinden om te overnachten,
maar eer ze iets voor ons gevonden hadden, moesten we wel heel lang wachten.
uiteindelijk kwamen we terecht bij vriendelijke particulieren,
die boden ons hun open veranda aan, maar het was juist naast de wei van de dieren.
We waren te moe en het was veel te warm om nog verder op zoek te gaan,
dus namen we hun aanbod zonder nadenken aan.
We spreidden ons matje uit op de betonnen vloer,
en gingen ons daarna wassen met een emmer water op de koer.
Ondertussen was Guy in het dorp om eten gegaan,
en hebben Antonio en ik al de vuile was gedaan.
Guy kwam terug en zei: mannen ,vandaag is het nog maar eens spagetti met paté of tonijn.
Maar een pelgrim mag niet kieskeurig zijn.
We hadden eten, dat is wat telt en zo blijven we op de been.
Na het avondmaal hebben we de volgende route al eens bekeken: waar gaan we morgen heen?
Rond half elf waren we moe en volledig uitgeblust,
we waren dringend toe aan een beetje rust.
Daar lagen we op een betonnen vloer en dunne matrassen,
maar ja, moeilijk gaat ook, we moesten ons maar zien aan te passen.
Door de warmte lukte het mij niet goed om in te slapen,
en ik werd ook verstoord door het gesnurk van Antonio en het gebleit van de schapen.
Ik lig constant te draaien, heen en weer,
maar uiteindelijk vallen ook mijn blaffeturen neer.
...
Na een heerlijk nachtje slapen, ben ik om 6u opgestaan.
Ik zette alvast het vuur om thee te maken aan.
Het ontbijt was niet zo een festijn,
we moesten ons stokbrood soppen in de thee , wilde het eetbaar zijn.
Rond 7 u hebben we Marcheix achter ons gelaten,
en gingen we weer op pad, samen met mijn twee andere maten.
Net zoals de voorbije dagen kregen we weer zware kost te verteren,
en moesten we ons lichaam tegen de hete zon verweren.
Bergop,bergaf, dwars door weide en velden, zandweg in, zandweg uit,
Het was volop hooitijd, en het water spoot mijn pikkende ogen uit.
Gelukkig konden we af en toe wat in de schaduw lopen,
maar het was nooit voor lang, want het zonnetje kwam er altijd weer terug doorgekropen.
In Les Billanges rustten we even uit op de trappen van de kerk,
het was nodig, want er volgde nog zwaar werk.
We zetten onze weg voort langs een steile kasseienbaan,
het was niet simpel om daar tegen op te gaan.
Met veel moeite geraakten we tot boven,
maar het is ons gelukt, dank U Heer, we zullen U vanavond loven.
Rond een uur of elf kwamen we Dagnon binnen,
hier gingen we even rusten, daar moesten we niet over verzinnen.
Ook de honger begon stilaan te knagen,
en we wilden ons graag aan een omeletje wagen.
Dat lekkere eitje heeft ons goed gedaan,
en zo konden we er voor de laatste 10 km weer tegenaan.
Onze weg ging weer door het bos en langs holle wegen,
we kwamen ook een rivier en een meertje tegen.
Uiteindelijk belandden we op de D39, nog eens een gewone baan,
en daar zagen we het plaatje van Saint Leonard de Noblat staan.
In het Office de Tourisme hebben we onze stempels verkregen,
en hebben we ook de sleutels van de refuge Saint Leonard gekregen.
Naar het schijnt zou daar een Hollandse dame logeren,
dat vond ik wel leuk, dan kon in eindelijk nog eens in het vlaams parleren.
We kwamen in de refuge aan,
en hebben onmiddellijk onze rugzak afgedaan.
Na zo een hete en zware dag was dat een hele opluchting,
nu maar vlug op zoek naar een lekkere verfrissing.
Na het douchen zijn we om boodschappen gegaan,
want die moeten iedere dag worden gedaan.
Terug in de refuge, konden we al snel aan tafel gaan,
en het eten van vandaag sprak ons ook wel aan.
Ondertussen hadden we ook Gerty, de Hollandse dame, leren kennen,
Ze kwam uit Zeeland, en was hier de streek met de fiets aan het verkennen.
We hebben met haar gezellig nog wat nagepraat,
en voor we het wisten was het weeral laat.
...
Vandaag zijn we om 6u30 opgestaan,
en na een lekker ontbijt kunnen we er weer tegen aan.
We volgen niet de route die we eigenlijk moesten gaan,
maar gingen wel langs de gewone baan.
Dokter Jean had ons deze route gegeven,
want de oorspronkelijk te volgen weg was met doornstruiken omgeven.
Ook al hadden we nu goede weg om te gaan,
er kwamen toch weer een paar serieuze beklimmingen aan.
Met moeite geraakten we tot boven,
maar eenmaal boven op de top, was het uitzicht niet te geloven.
Zoals je weet schiep God Hemel en aarde, en neem maar van me aan:
hier heeft Hij echt wel zijn best gedaan.
Vandaag moesten we een temperatuur van 40 graden trotseren,
de hoogste tijd dus voor de kelen te smeren.
Na een half uurtje rust waren we een beetje terug op adem gekomen,
en duurde het niet lang meer voor we op onze bestemming zouden komen.
Na een laatste maal klimmen en dalen konden we Marcheix binnen stappen,
het werd tijd, want we moesten allemaal naar adem happen.
In de eerste de beste bar ploften we neer,
we hadden echt bijna geen adem meer.
Met een lekkere frisse pint smeerden we onze droge kelen,
je voelde zo je wonden helen.
Vandaag konden we overnachten in een gite d'étape, netjes verzorgd en zeer mooi,
zelfs de dekens op de bedden lagen in de plooi.
We lieten het water van de douche wat langer stromen,
dat was wel nodig om van die zware tocht te bekomen.
Toen we opgefrist waren trokken we propere kleren aan,
en we beslisten om op restaurant te gaan.
Het was tenslotte zondag en vandaag waren we met spagetti niet tevree.
We kozen een leuk restaurantje uit en voor 20 euro de man bestelden we een 4-gangen diner.
We aten eindelijk nog eens lekkere frietjes, na meer dan dertig dagen,
en of dat smaakte, dat moet je niet vragen!!!!
Mensenlief, wat hebben we gefret!
We geraakten nog amper tot aan ons bed.
Mijn maten moesten dringend rusten, ze waren helemaal uitgeteld.
Maar ik heb eerst nog even met het thuisfront gebeld.
Daarna was het ook voor mij genoeg geweest,
ik kon niet meer, na zo een lekker eetfeest.
...
Om 6u30 klopte Guy al op onze deur , gepakt en gezakt, klaar om te gaan,
maar wij wilden eerst nog ontbijten, een boterham met een lekkere banaan.
Rond half acht hebben we de camping verlaten,
en begonnen we aan onze nieuwe dagtocht, samen als drie echte maten.
Vandaag was het weer goed klimmen en dalen,
en de zon had er geen probleem mee om de dertig graden te halen.
Daarbij nog een zware rugzak om te dragen,
je zou van minder beginnen zagen.
We volgden zo goed mogelijk ons spoor,
nu eens rechts, dan weer links, soms rechtdoor.
De mooie vergezichten stemden ons blij,
en de hitte die namen we er maar bij.
We kwamen in Benevent aan maar moesten nog verder omhoog tot aan de kerk,
hopelijk was dit het laatste klimwerk.
Daar kregen we de sleutel van het pelgrimshuis,
We kwamen bij een Franse dokter terecht, Guy voelde er zich direkt thuis.
Die twee taterden er op los, niet normaal,
ondertussen zorgde de vrouw des huizes voor drinken voor ons allemaal.
Nadien hebben wij ons op ons gemakske in de kamer geinstalleerd
en ook nog maar eens een waske geplaceerd.
Onze kleren stonken naar het zweet,
wat wil je, het is overdag echt heet.
Als avondmaal aten we brood en kaas,en een glaasje wijn,
meer moest dat echt niet zijn.
Rond 20.00 u ging ik op de uitkijk staan,
want normaal kwam rond dat uur Marcel op zijn moto bij ons aan.
Maar na een half uur stond ik daar nog te loeren,
ik geraakte bijna over mijn toeren.
Maar gelukkig een beetje later was hij daar,
we waren blij dat we mekaar zagen en omhelsden elkaar.
We zijn samen naar een cafeetje in het dorp gelopen,
want Marcel wilde heel graag weten hoe mijn tocht tot nu toe was verlopen.
Door ons gebabbel vloog de tijd voorbij,
en tot afscheid gaf Marcel een mooie kaart, nieuwe sokken en een zalfje aan mij.
Terug in mijn kamer aangekomen zette ik mij op een stoeltje neer,
want de tekst die op de kaart stond pakte mij weer:
Beste Ludo,
Je bent nu al een maand onderweg,
hopelijk met niet al te veel pech.
We laten dag en nacht een kaarsje branden,
zo kom je, gezegend, door alle landen.
Laat af en toe eens weten,
waardat je hebt gezeten.
Geniet van je lange trip,
ook al heb je soms een dip.
We wensen je nog veel goede moed,
en tot slot, van iedereen een dikke toet!!!
Als je zoiets leest, dan springen de tranen in je ogen en doet het goed te weten,
dat er heel veel mensen je nog niet zijn vergeten.
Ondertussen was het de hoogste tijd om naar bed te gaan,
maar ik heb toch nog eerst een rozenkrans gedaan.
Zoals ik het had verwacht, was dit een bijna slapeloze nacht. Mijn ganse lijf deed overal zeer, het bidden van de rozenkrans heeft me niet geholpen deze keer. Rond 7 u wilde Guy mij komen wakker maken, maar ik had al bijna mijn hele rugzak ingeladen. Vandaag vertrokken we dus wel heel vroeg, maar we hadden een zware tocht voor de boeg. We gingen weer omhoog en omlaag langs kleine paden en wegen,langs een mooie rivier, Beste mensen, wat is het mooi hier!!! We stapten rustig verder, uur na uur, en genoten ondertussen van de warme zon en de mooie natuur. Gelukkig konden we af en toe eens in de schaduw gaan, want een hele dag door de blakende zon, dat kan niemand aan. Op onze weg hebben we ook Antonio ontmoet, hij was Braziliaan, Guy was in zijn nopjes, want nu kon hij er weer eens flink in het Frans tegen gaan. Van al dat stappen en praten was onze suikerspiegel flink naar beneden gezonken, en op een terrasje in een mooi dorp, hebben we een cola en een biertje gedronken. Na deze drinkstop hadden we nog 10 km te gaan, en moe maar voldaan kwamen we in centrum van La Souterraine aan. Daar zagen we een mooie bronzen schelp op de grond, zoals ik er in Vezelay ook al een vond. We gingen verder naar de kerk en klopten bij de zusters aan, om te vragen of we bij hen vanavond op logement konden gaan. Daar gaf echter niemand thuis, dus moesten we op zoek naar een ander huis. Dat was echter vlugger gezegd dan gedaan, de enige mogelijkheid was om weer op een camping te gaan. Guy zag dit niet echt zitten en liep maar te zagen, terwijl we inkopen voor de avond deden was hij nog aan het klagen. Maar deze keer viel het al wat beter mee, we kregen van de camping een tuinhuis ter beschikking voor twee. Dus Guy besloot weer te slapen in zijn tent, en Antonio en ik waren met het tuinhuis zeer content. We zagen dat er zelfs matrassen waren, dat zou onze knoken toch wat sparen. Nadat we ons hadden geinstalleerd, hebben we allemaal van een goede frisse douche geprofiteerd. Toen was het tijd om aan het avondeten te beginnen, maar wat gingen we vanavond verzinnen? We hadden echt genoeg van spagetti en een harde korst, dus hij maakte witte bonen in tomatensaus met worst. En smaken dat dat deed!!! Ook al was het buiten snikheet. Rond een uur of negen wilden we naar bed toe gaan, maar daar was de eerste uren niets van aan. In het tuinhuis was het bloedheet, we lagen in een mum van tijd te baden in het zweet. Van ellende zijn we dan maar terug opgestaan, en Antonio is het tuinhuis met een gieter water te lijf gegaan. Rond een uur of elf gingen we nog eens een kanske wagen, en hoopten we ons door de nacht te slagen.
...
De leute en het plezier van gisteren hebben ons deugd gedaan,
want we zijn pas rond 8 uur opgestaan.
In de keuken van Mr. en Mevr. Rodier kregen we ons ontbijt,
en daarna was het weeral tijd voor het afscheid.
We dankten hen voor de goede ontvangst en het lekkere eten,
Mr. Rodier gaf ons nog een lift richting Eguzon, maar hadden we dat geweten....
Hij had ons aan de verkeerde kant van de rivier afgezet,
toen was het wel even uit met de pret.
21 km stappen langs de grote baan,
maar uiteindelijk kwamen we toch in het stadje aan.
We hadden er dorst van gekregen,
ik nam een cola en Guy een pintje bier, want daar zit hij niet om verlegen.
Na een half uurtje rust, trokken we weer verder op pad,
want we hadden al onze kilometertjes voor vandaag nog niet gehad.
We hadden nog 9 km tot Crozant voor de boeg,
maar met de paadjes die we voor ons zagen was dat wel genoeg.
Paadje links, weggetje rechts, omhoog, omlaag, dwars door de hagen,
maar na een tijdje begon de honger alweer te knagen.
We hielden halt midden in een wei,
en namen onze pic-nic er bij.
Na het eten besloten we om maar direct weer door te gaan,
en een beetje later kwamen we aan het gemeentehuis van Crozant aan.
We vroegen of we hier onze stempel konden krijgen,
en of ze een plaats wisten waar we vannacht konden verblijven.
Er was enkel een camping een beetje verder in de buurt,
we zochten eerst naar een hotelletje, maar alle kamers waren al verhuurd.
In het laatste hotel vroegen ze 50 euro de man,
daar schrokken we wel even van.
Met hangende pootjes zijn we dan maar terug naar de camping gegaan,
en daar begon Guy zijn tentje op te slaan.
Maar ik had geen tent bij, dus ik moest wat anders zien te vinden,
Ik kon slapen in een oud douchelokaal, tenminste als ik dat goed zou bevinden.
Veel keuze had ik niet, dus dat wordt vannacht weer slapen op een mat,
hopelijk lig ik morgenvroeg niet in het nat.
Voor het slapen gaan had ik Marcel nog aan de lijn,
die wilde weten waar we zaterdag zouden zijn,
Ik vroeg ook nog of hij mij wat nieuwe sokken wou kopen,
want ik had er al een paar tot aan de draad gelopen.
Rond 22u30 zijn we onder de wol gekropen,
in ben benieuwd hoe deze nacht zal verlopen.
Ik had een redelijk goede nacht,maar mijn rust werd toch verstoord, want toen ik juist goed lag te slapen, schrok ik wakker van gestommel op de trap dat ik had gehoord.
Bij het ontbijt stopte mevrouw Agnes mij een briefje in de hand,
het was van Goedele en haar Hollander, die waren daar ook nog aangeland.
Ik heb ook voor hen een berichtje achtergelaten,
want voor mij was het weer tijd om de gite te verlaten.
Ik nam afscheid van Mevrouw Agnes en deed mijn rugzak aan,
het was de hoogste tijd om verder te gaan.
Het zonnetje was weer nergens meer te bespeuren,
het was de regen die waarschijnlijk de ganse dag grijs zou kleuren.
Ik deed mijn poncho maar aan en ging met goede moed op stap,
het was weer een dag van klimmen en dalen, maar ik genoot toch van het mooie landschap.
Spijtig van de regen en de mistige horizon,
dat zorgde ervoor dat ik geen adembenemende foto's maken kon.
Maar die regen kon toch niet blijven duren,
en ja hoor, met Tonnere in zicht, kwam ook het zonnetje weer even gluren.
Maar niet voor lang, want achter de bergen zag ik alweer donkere wolken verschijnen,
ik hoopte dat ons Lora toch nog even zou blijven schijnen.
Kort na de middag kwam ik op mijn bestemming aan,
in Hotel Du Centre ben ik op zoek naar een kamer gegaan.
Na een warme douche ben ik in Tonnere op verkenning gegaan.
Ik bezocht de Fosse Dionne , een oude wasplaats en een bron, en ik zag ook weer een pelgrimspaal staan,
hier stond op geschreven: nog 2095 km te gaan.
Ik keerde terug naar mijn hotel waar ik een kamer had geboekt,
en na een lekker souper heb ik deze zware dag opgedoekt.