God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Mijn zoon, streef naar bedachtzaamheid en wijs beraad, verlies die nooit uit het oog. Ze zullen een bron van leven voor je zijn, een sieraad om je hals.
Stil zou ik willen zijn vandaag en vertoeven en verwijlen bij zo velen die mij dierbaar zijn maar die rusten in de aarde, geborgen in de eeuwigheid van uw liefde.
Ik draag hun namen in mijn hart, en meer nog dan hun namen de herinnering aan wie ze zijn geweest…
Zij hebben van mij gehouden. Ik hield van hen. Zij hebben mij gemaakt tot wie ik ben… Zo talrijk zijn ze reeds, lieve God: familie, buren, kennissen, goede vrienden… Zo velen dichtbij en veraf.
Stil zou ik willen zijn vandaag en in die stilte - uw stilte - dankbaar toeven en verwijlen bij zo velen die mij dierbaar zijn en die rusten in de aarde.
Goede God, zo graag wil ik zelf de grond van mijn bestaan zijn, niemand iets schuldig zijn, mijn eigen baas zijn. Maak me eenvoudig en oprecht genoeg om te erkennen dat ik U en uw mensen alles schuldig blijf: liefde, genegenheid, verzoening, het leven zelf.
‘Vrede laat Ik jullie na, mijn eigen vrede geef Ik jullie, een andere dan de wereld te bieden heeft. Je moet je dus niet zo laten verontrusten en de moed niet verliezen.’
Heer, ik kom tot U en in de stilte van de ontluikende, nieuwe dag, zoek ik Uw aanwezigheid. Ik sluit mijn ogen, vouw mijn handen en verlang ernaar even met U alleen te zijn. U bent mijn Heer en het is mijn diepst verlangen dat U mij op al mijn wegen leidt. Ik heb geen woorden om te spreken, Heer; ‘k wil slechts alleen even met U samen zijn.
In de stilte van deze nieuwe dag, in Uw aanwezigheid, kom ik tot rust en ontvang nieuwe kracht. Uw Geest doorstroomt mijn wezen als ik U, hier in de stilte ontmoet. In mijn hart ontspringt een lied van lof en dank; ik zing voor Hem, heel zacht. Niets mag dit stille samen-zijn verstoren; hier ligt mijn sterkte als ik de nieuwe dag begroet.
Dit prachtige gedicht kwam ik tegen tijdens het opruimen van wat spulletjes uit vervlogen tijden..............
DE ROZENKRANS....
Als het vroeger weer oktober was de herfst had zich gemeld werd er bij potkachel en pijp een sterk verhaal verteld........ De lamp die bleef nog even uit petroleum was duur als enig licht.... het schijnsel van hout of kolenvuur In DIE tijd waren ouders thuis geëerd en heel wat mans men bad tezamen in geloof devoot de Rozenkrans
Voorwaar.....de tijd die stond niet stil nog minder de techniek Wie niet modern denkt elke dag noemt men al gauw ....antiek.... Men heeft het voor gebed of God nu immers veel te druk.... er moet zo nodig geld verdiend Daarvoor ...koopt....men ...GELUK? Ons hele leven is gericht op de miljoenendans De mens van NU heeft echt geen tijd meer voor de Rozenkrans
Maar.....razen rampen plotseling over ons leven heen en zoekt de mens naar hulp en steun voelt hij zich ..bang....alleen??? Is hij teneinde raad ziet hij geen toekomst meer? drijft hij ontredderd, zonder hoop en stuurloos heen en weer? Is hij de koers in het leven kwijt Geeft niemand hem nog kans? Dan grijpt die ZELFDE mens ineens die...OUDE ROZENKRANS !!!!!
Bij u, HEER, schuil ik, maak mij nooit te schande. Bevrijd mij en doe mij recht, hoor mij, haast u mij te helpen, wees voor mij een rots, een toevlucht, een vesting die mij redding biedt.
Er wordt wel eens geklaagd dat God in Nederland uit het openbare leven wordt verbannen "In Nederland lijkt op God een actief uitzettingsbeleid van toepassing te zijn. God is op het vliegtuig gezet naar het eiland van de privé-sfeer. Het is ieder voor zich en God voor ons allen. Maar bouw je daarmee een menselijke samenleving op?”
Waar God wordt doodgezwegen, komt het leven van de mens in gevaar. Ook in het evangelie wordt regelmatig onderstreept dat we God een plaats moeten geven in ons leven én de medemens. Geloof in God moet altijd gekoppeld zijn aan respect en zorg voor de medemens. Anders is ons gelovig zijn een leugen.
Eigenlijk geloof ik niets, en twijfel ik aan alles, zelfs aan U. Maar soms, wanneer ik denk dat Gij waarachtig leeft, dan denk ik, dat Gij Liefde zijt, en eenzaam, en dat, in dezelfde wanhoop, Gij mij zoekt zoals ik U.
Zelf echter trok hij een dagreis ver de woestijn in, ging zitten onder een bremstruik en begeerde te mogen sterven, en zeide: Het is genoeg! Neem nu Here, mijn leven, want ik ben niet beter dan mijn vaderen. 5Daarop legde hij zich neer en sliep in onder een bremstruik. Doch zie, daar raakte een engel hem aan en zeide tot hem: Sta op, eet. 6Toen hij rondzag, was daar, aan zijn hoofdeinde, een koek op gloeiende stenen gebakken en een kruik water. Hij at en dronk en legde zich weer neer. 7Doch wederom, ten tweeden male, raakte de engel des Heren hem aan, en zeide: Sta op, eet, want de reis zou voor u te ver zijn. 8Toen stond hij op, at en dronk en ging door de kracht van die spijs veertig dagen en veertig nachten tot aan het gebergte Gods, Horeb.
NU Iemand die ‘in zak en as’ zit, is verslagen, terneergeslagen, soms ook in financieel opzicht.
BIJBEL Verwijst naar een oude gewoonte bij de Israëlieten, die een zakvormig rouwkleed van ruwe stof aantrokken en as over hun hun hoofd strooiden als teken van verdriet, bijvoorbeeld bij iemands overlijden. In Daniël 9 2:3 staat: In zijn eerste regeringsjaar viel bij het lezen van de boeken mijn aandacht op het getal van zeventig jaren, de tijd dat, volgens het woord van de Heer aan de profeet Jeremia, Jeruzalem in puin zou liggen.
En ik, Daniël, richtte mij tot de Heer God om door bidden en smeken en door vasten in zak en as van Hem inzicht te verkrijgen.
BIJBEL In Matteüs 23:23-24 waarschuwt Jezus: Wee u, schriftgeleerden en farizeeën, schijnheiligen; u draagt een tiende af van munt, anijs en komijn, maar wat het zwaarst weegt in de wet verwaarloost u: recht, barmhartigheid en trouw! Het ene moet u doen, maar het andere niet laten.
Blinde leiders, die de mug uitzeven en de kameel doorslikken!
NU Een plezier om naar te kijken, van grote schoonheid.
BIJBEL Dit gaat terug op de tuin van Eden (Genesis 3:6): De vrouw keek naar de boom. Zijn vruchten zagen er heerlijk uit,
ze waren een lust voor het oog,
en ze vond het aanlokkelijk dat de boom haar wijsheid zou schenken. Ze plukte een paar vruchten en at ervan. Ze gaf ook wat aan haar man, die bij haar was, en ook hij at ervan.
NU Goede buren kunnen sneller hulp bieden dan familieleden of vrienden die veraf wonen.
BIJBEL Gebaseerd op een passage uit het boek Spreuken (27:10): Laat je vriend en de vriend van je vader niet in de steek en ga het huis van je broer niet binnen op de dag dat je door rampspoed wordt getroffen.
NU Onverwacht, onopgemerkt, heimelijk - eerder met een negatieve bijklank. Hij verdween als een dief in de nacht.
BIJBEL Op vijf plaatsen in het Nieuwe Testament komt de uitdrukking geheel of gedeeltelijk voor. De dag van de Heer zal komen als een dief, luidt het in de Tweede Brief van Petrus (2 Petrus 3:10). In de Eerste brief aan de Tessalonicenzen (1 Tes 5:2) luidt het:
U weet zelf heel goed dat de dag van de Heer komt als een dief in de nacht.
•Kardinaal is een titel voor de hoogste waardigheidsbekleders, die het voornaamste college voor het bestuur van de katholieke Kerk vormen. •Zij vertegenwoordigen de wereldkerk of leiden de belangrijkste congregaties en raden in Rome •Zij kiezen na het overlijden van de paus in een conclaaf een opvolger. •Bij hun aanstelling krijgen ze een roodzijden toga, een rode kalot en een bonnet.