Er mag dan, gedeeltelijk misplaatste, hilariteit over de hoofddoekentax van Wilders onstaan, het attribuut zelf verdient ook serieuze kritiek. De meeste critici van de hoofddoek wijzen op het vrouwonvriendelijke aspect, op het vrouwbeeld dat er mee wordt uitgedragen, op de sexuele moraal van de islamitische mannen die er mee wordt geïmpliceerd (wie geen hoofddoek draagt is een hoer en staat bloot aan verkrachting), en op de anti-westerse ongelijkheid tussen vrouwen en mannen waaruit de gewoonte voortkomt (de draagster wil een goede moslima zijn in de ogen van vader, ooms, broers en neefjes).
Allemaal waar, maar ook en zeker zo essentieel is dat de hoofddoek een demarcatie aanbrengt tussen verschillende groepen burgers: wij, islamieten, wonen hier wel tussen jullie maar we willen er niet bij horen. Wij zijn anders.
meer lezen op:
de zwijger spreekt