De dag dat wij - met ons transport - in kamp Ambarawa aankwamen, staat nog als de dag van gisteren in mijn geheugen gegrift, vertelt Lottie. "Wij kwamen terecht in oude legerbarakken. Wij waren het zoveelste transport, dus de barakken waren al overvol met vrouwen en kinderen. Wij moesten slapen op houten britsen en kregen voor vier personen 2 oude versleten kapokmatrassen toebedeeld. Zodoende had ieder van ons 50 centimer ruimte om te slapen en eventueel te eten. De ruimte vóór de britsen, 2 meter breed dus, was bestemd voor de kleren die we nog hadden en voor overige benodigdheden. Ik, Lottie, was toen ongeveer 13 á 14 jaar oud. En omdat mijn moeder veel in de ziekenbarak was opgenomen, was ik op die jonge leeftijd, tijdenlang hoofd van het gezin. Vaak als er nieuwe transporten aankwamen moesten wij van barak verhuizen. Vanaf de leeftijd van 13 á 14 jaar moesten de meisjes corvee diensten verrichten. Zelf werd ik ook vanaf de eerste dag ingedeeld bij het corvee werk. Zo moest ik, samen met anderen, fourageren. Dus het schamele eten ophalen bij de uitdeelpost en naar de barakken brengen. Dit gebeurde met grote karren. 's Morgens haalden wij met die karren de stijfelspap op die als ontbijt voor iedereen moest dienen. Het corveewerk rouleerde. Zo moesten wij ook de grote kooktonnen schoonschuren. En de zogenaamde WC's schoonmaken. De WC's waren hokjes die boven een sloot waren gebouwd. De poep die in die sloot terecht kwam moest dan weggespoten worden. Verder moest ik als omroeper dienst doen en langs alle barakken lopen om aan te kondigen dat die specifieke barak eten kon gaan halen bij de uitdeelpost. Onze corveeploegen, die onder leiding van Nederlandse vrouwen stonden, hadden de hele dag werk. Dan was er nog het dagelijkse appèl waarbij iedereen zich moest verzamelen om geteld te worden en om voor de Japanse kampbewakers voortdurend diep te buigen. Op een keer moest ik vanwege kiespijn naar de dokter. Waarschijnlijk was er geen tandarts in het kamp aanwezig, en de dokter beschikte niet over de nodige instrumenten. Zonder verdoving trok de dokter de kies met een knijptang , hetgeen een héle pijnlijke aangelegenheid was (aldus Lottie)".
|