(voor meer uitleg van deze begrippen, zie de wikipedia website).
De viewfinders zijn gemaakt van karton en hierop geplakte satestokjes

17-09-2011 om 15:16 geschreven door Joseph  

Van de eerste foto sessie heb ik geleerd dat de stand van de zon een grote invloed heeft op alle beelden. Sommige foto dienen s'morgens genomen te worden, andere weer in de latere namiddag. Het standpunt van de foto bepaald of iets krachtiger/grootser toont. Niet altijd ben ik er in geslaagd een dominant punt op een juiste plaats op de foto te krijgen. Hieraan zal ik later meer aandacht aan moeten geven. Om een drieluik te maken dien ik er ook voor te zorgen dat de 3 luiken harmonisch bij elkaar horen. Maar voorlopig genoeg materiaal om een compositie te ontwerpen

Enkele foto's met commentaar

Sint Michiels kerk

1 2 3 4

De fotos met een laag standpunt, kikvorsperspectief , geven de kerk een krachtige uitstraling. De stand van de zon, de reflecties in het water en de keuze van gebouwen kunnen het beeld aantrekkelijker maken.  Voorlopige keuze is foto 2

1 2 3 
De drie foto's kunnen gecombineerd worden tot een mooie panoramische foto . Gezien ik geen breedbeeld fototoestel bezit zal ik met statief overlappende foto's moeten maken om een panoramisch beeld te creëren


Sint Baafs kathedraal, het Belfort en de Sint Nikolaaskerk
1 2 3 4

De 3 bezienswaardigheden zijn in 1 beeld te vangen. Ook hier is een kikvorsperspectief de beste keuze. De foto's dienen in de namiddag genomen te worden om de 3 hoofd gebouwen in het zonlicht te plaatsen en de gebouwen aan de Sint Michiels helling in de schaduw. Voorlopige keuze foto 3

Detail fotos
1 2 3 4

16-09-2011 om 00:00 geschreven door Joseph  

• Zelfstandig werk in het atelier. 

• Individuele en gezamenlijke begeleiding rond welomschreven opdracht. 

• Zelfstandig voorstellen / presenteren van gemaakt werk. 

• De student schrijft minstens twee maal per jaar een reflectieverslag. 

• Deze schrijvend-reflectieve praktijk heeft onder andere de bedoeling om de individuele werkontwikkeling te duiden en wordt als pedagogisch instrument mee opgenomen in de dialoog tussen student en leraar. 

1. De student is in staat een volwaardig kunstwerk te realiseren. Onder meer: • weet de inhoud, vorm en artistieke middelen van zijn werk op een precieze manier op elkaar af te stemmen • vertoont het nodige doorzicht waardoor hij de artistieke probleemstellingen zelf ziet en tracht op te lossen. 

2. De student heeft inzicht in zijn eigen artistiek parcours en zijn positie binnen de beeldende kunst en is in staat zijn onderzoeksterrein en de evolutie ervan te duiden en te synthetiseren. 

3. De student heeft inzicht in de tentoonstellingspraktijk en kan deze toepassen. 

Onder meer: 

• kan een relevante selectie maken uit het gerealiseerde werk en deze op een zinvolle manier tentoonstellen. 

• begrijpt hoe beelden op elkaar of op de ruimte inwerken en kan deze processen constructief aanwenden. 

• kan de presentie van zijn werk op zich nemen. 

• kan zijn werk documenteren en bundelen in een portfolio. 

4. De student kan zijn kritische zin constructief inzetten voor de tentoonstelling van zijn werk.

5. De student vertoont de nodige discipline en zelfredzaamheid waardoor hij zijn eindwerk op tijd kan realiseren. 

• Het moet de student ertoe brengen een project te realiseren waarmee hij succesvol zijn specialisatie in de schilderkunst kan afronden. 

• Voorts moet de student de aanzet te leveren tot een eigen oeuvre en werk realiseren waarvan de technische kwaliteit overeenstemt met het opgezette concept. 

• Het gerealiseerde project zal een artistieke uitspraak moeten bevatten die getuigt van een sterke oorspronkelijkheid en van de uitgesproken identiteit van de student. 

• Door reflectie over eigen werk en de kunstscène zal de student zijn kritische zin en zijn intellectuele weerbaarheid ontwikkelen die hem in staat stellen autonoom verder te werken en constructief met kritiek om te gaan. 

• Het tentoonstellen van het werk, de confrontatie aangaan met zowel de ruimte als de jury. 

• In verschillende toonmomenten zal de student de context van zijn werk leren ontwikkelen. 

• De student zal een portfolio moeten aanleggen met een weerslag van zijn evolutie en een verbale situering van zijn werk. 

• Contextgericht werken; aandacht voor het geheel van het werk, het oeuvre, aandacht voor de relatie tussen de verschillende werken, voor de relatie van het werk met de ruimte. 

 • Presenteren van het eindwerk.

 

• Steeds mogelijkheid tot een persoonlijke afspraak met de leraar. 

 • Permanente evaluatie: wekelijks contact met individuele feedback. 

• In februari 2012 is er een gebonden evaluatie door een interne jury, een beoordeling en individuele werkbespreking. 

• In juni 2012 is er een eindevaluatie van het artistieke werk door een externe examenjury.

• Werkstukken moeten steeds op de vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd. 

• In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.

15-09-2011 om 00:00 geschreven door Joseph  

14-09-2011 om 00:00 geschreven door Joseph  

• Door middel van planning het werk tijdig te kunnen afronden

• Door , in overleg met de leraar, de beoordelingscriteria op te stellen waaraan het schilderwerk moet voldoen

• Door , in overleg met de leraar, mijn vereiste competenties verder te ontwikkelen

• Door tussentijdse interne evaluaties te organiseren, de voortgang en kwaliteit van het werk te beoordelen en eventuele correctieve acties op te stellen

09-09-2011 om 00:00 geschreven door Joseph  

08-09-2011 om 00:00 geschreven door Joseph