vlnr. 1ste rij: Freddy Van Damme - ? - Erwin Van Damme - Maurice ... 2 de rij: Noëlla Delcart - Benny De Donder - Marie - José ... - Guy Mannaert 3 de rij Ronny Van Bleyenbergh - Marc Vermeiren - Annie Lenssens - ... 4 de rij Paul Dauwe - Willy Van Hemelrijck Onderwijzeres: Juffrouw De Strooper.
Hij trok onlangs op zijn zolder en vond er ‘resten’ van een Ros Beiaard… Dit ros heeft zijn vader nog gemaakt, net voor de Ros Beiaardommegang van 1990. De oudste zoon van Marcel had het toen nogal te pakken met het Ros Beiaardgebeuren. Hij was toen 9 jaar en zijn peter, de vader van Marcel, besliste voor hem eigenhandig een Ros Beiaard te maken. Zowat de hele familie en de vriendenkring moest en zou naar ‘ZIJN ROS’ komen kijken. Ook de basisschool was dit lot beschoren. Ondertussen staat het Ros niet meer te blinken, het staat eerder al jaren onder het stof te verkommeren. En aangezien het Ros Beiaard stilaan weer "hot" wordt heb ik het weer eens gaan opzoeken. Het staat nog steeds onder het stof en daar is nogal wat oplapwerk aan. Hierbij enkele foto’s van het werk…
Station Dendermonde is een spoorwegknooppunt in de stad Dendermonde dat in 1837 samen met spoorlijn 53 (Mechelen - Gent-Zuid) werd geopend. Op 2 januari 1837 werd de spoorlijn Mechelen-Dendermonde als derde tracé van ons nationaal spoorwegnet in gebruik genomen. Het betrof het eerste deel van de lijn Mechelen-Oostende. Op 28 september 1837 werd ook de lijn Dendermonde-Gent in gebruik genomen. In 1853 volgde via spoorlijn 57 de verbinding met Aalst en in 1856 met Lokeren. In 1877 werd spoorlijn 56 (Dendermonde – Hamme - Sint-Niklaas) geopend. In 1880 werd Dendermonde op spoorlijn 52 (Dendermonde – Puurs - Antwerpen-Zuid) aangesloten en in 1881 volgde uiteindelijk spoorlijn 60 die Dendermonde met Asse en Brussel-Noord verbindt. In 1940 brandde het houten station uit 1880 volledig af. Onmiddellijk werd door de bezetter opdracht gegeven tot de bouw van een nieuw station. De vermoedelijke architecten zijn Josse en Maurice Van Kriekinge. Het nieuwe gebouw werd opgetrokken in gele baksteen. De kubusvormige ontvangsthal in het midden wordt geflankeerd door een rechthoekige klokkentoren. Op 2 juni 1957 werd het reizigersverkeer op spoorlijn 56 opgeheven. Op 31 mei 1964 werd de verbinding met Aalst verbroken (spoorlijn 57). Hierdoor is Aalst vandaag de dag niet rechtstreeks per spoor verbonden met de provincie Antwerpen. Men dient nu om te reizen via Brussel of Schellebelle. De spoorwegbedding tussen Dendermonde en Aalst is echter nog volledig in handen van Infrabel. De NMBS onderzoekt de heropening van deze spoorwegschakel. (Bron internet)
In 1837 woonde Koning Leopold I de aankomst van de eerste drie treinen te Dendermonde bij, waarna er drie dagen lang feest werd gevierd en zelfs het Ros Beiaard van stal werd gehaald. Nu is het station, met dagelijks meer dan 5.000 reizigers, een van de drukste stations van Oost-Vlaanderen. De spoorweg bracht een ganse reeks nieuwe gebouwen met zich mee: stations, seinhuizen, wachthuisjes, loodsen en andere dienstgebouwen. Toen Dendermonde zich tegen het einde van 1870 tot een druk spoorwegknooppunt had ontwikkeld, werden er opnieuw plannen gemaakt om de capaciteit van de infrastructuur te vergroten. Dit nieuwe station (1880-1881) bestond uit een ruim houten stationsgebouw, een grote goederenloods en een verhoogde en overdekte laadvloer. Langs de noordzijde van het Stationsplein trokken particulieren tussen 1881 en 1890 een reeks mooie houten huizen op. Het waren hoofdzakelijk herbergen en hotel-restaurants, afgestemd op een reizigerspubliek. In 1883 werd de gasverlichting doorgetrokken tot het station en in 1901 de elektrische verlichting. Pas in 1910-1911 ging men uiteindelijk over tot de aanleg van een tunnel voor reizigers en het oprichten van metalen perronoverkappingen en schuilplaatsen op de kaaien. Bij het naderen van de Duitse troepen werden eind augustus 1914 de meeste huizen aan het Statieplein gesloopt door het Belgische leger. Het houten stationsgebouw werd bewaard, maar werd in 1940 in brand gestoken. In 1942-1943 werd het vervangen door het huidige gebouw van de Brusselse architecten Van Kriekinge. De houten locomotievenloods werd in 1944 door terugtrekkende Duitse troepen in brand gestoken. In de vijftiger jaren kwamen de Stationsstraat en het Stadspark tot stand. Het Stationsplein werd na WO II verschillende malen heraangelegd, maar vormt nog steeds het knooppunt van het openbaar vervoer in de stad.